Resolutie 638 Veiligheidsraad Verenigde Naties

Uit Wikipedia, de vrije encyclopedie
Resolutie 638
Van de Veiligheidsraad van de Verenigde Naties
Datum 31 juli 1989
Nr. vergadering 2872
Code S/RES/638
Stemming
voor
15
onth.
0
tegen
0
Onderwerp Gijzeling, ontvoering en terrorisme.
Beslissing Veroordeling van alle daden van gijzeling en ontvoering en oproep tot maatregelen ertegen.
Samenstelling VN-Veiligheidsraad in 1989
Permanente leden
Niet-permanente leden
Vlag van Algerije Algerije · Vlag van Brazilië (1968-1992) Brazilië · Vlag van Canada Canada · Vlag van Colombia Colombia · Vlag van Ethiopië Ethiopië · Vlag van Finland Finland · Vlag van Maleisië Maleisië · Vlag van Nepal Nepal · Vlag van Senegal Senegal · Vlag van Joegoslavië (1943-1992) Joegoslavië
William R. Higgins, de Amerikaanse marinier die op 17 februari 1988 in Libanon werd ontvoerd door Hezbollah. Hij maakte toen deel uit van de VN-waarnemingsoperatie UNTSO.

Resolutie 638 van de Veiligheidsraad van de Verenigde Naties werd aangenomen op 31 juli 1989. De resolutie veroordeelde gijzelingen en ontvoeringen als daden van terrorisme.

Achtergrond[bewerken | brontekst bewerken]

Op 28 juli 1989 ontvoerden Israëlische commando's Sjeik Abdul Karim Obeid, de leider van Hezbollah in Libanon, in het zuiden van dat land. De man werd onder meer verantwoordelijk geacht voor de ontvoering van een Amerikaanse marinier een jaar tevoren. Israël hoopte hem te gebruiken voor een gevangenenruil.[1] Die ruil liet nog tot 2004 op zich wachten, toen Obeid samen met 400 Palestijnen en een dertigtal andere Arabische strijders werd geruild voor een Israëlisch zakenman en de stoffelijke resten van drie soldaten.[2]

De Israëlische positie was dat de gijzelingen door terroristen de militaire optie hypothekeerde. De VN, en ook de VS, zagen de Israëlische actie echter als een aanzet tot een crisis. De Amerikaanse marinier werd immers verhangen door zijn ontvoerders.[3]

Inhoud[bewerken | brontekst bewerken]

De Veiligheidsraad:

  1. veroordeelt alle gijzelnames en ontvoeringen;
  2. roept op tot de vrijlating van alle gijzelaars en ontvoerden ongeacht waar en door wie ze worden vastgehouden;
  3. roept alle landen op om hun invloed aan te wenden om alle gegijzelden en ontvoerden vrij te krijgen en gijzelingen en ontvoeringen te voorkomen;
  4. waardeert de inspanningen van de secretaris-generaal om gegijzelden en ontvoerden vrij te krijgen.
  5. doet een oproep aan alle landen die het nog niet zijn om deel te nemen aan de vier bovenstaande verdragen;
  6. dringt aan op verdere internationale samenwerking aan maatregelen ter voorkoming, vervolging en bestraffing van gijzelneming, ontvoering en internationaal terrorisme.

Verwante resoluties[bewerken | brontekst bewerken]