Colonia Claudia Ara Agrippinensium: verschil tussen versies

Uit Wikipedia, de vrije encyclopedie
Verwijderde inhoud Toegevoegde inhoud
Capaccio (overleg | bijdragen)
kGeen bewerkingssamenvatting
Flavius Aëtius
Regel 6: Regel 6:
Zo ontstond hier in [[38 v.Chr.]] (volgens sommige historici was dat pas in [[19 v.Chr.]]) het ''[[Oppidum]] Ubiorum'' (d.i. ''Ubiërsstad''), dat bestemd was om het bestuurlijke centrum van de [[provincia]] [[Germanië|Germania]] te worden. In deze nieuwe nederzetting werd, zeker vóór [[9 v.Chr.]], een vredesaltaar (Latijn: ''ara'') opgericht voor Rome en Augustus, zoals dat reeds te Lugdunum ([[Lyon]]) voor de Gallische provincies was gebeurd. De exacte ligging van dit altaar is nog steeds niet gekend. De zwager van [[Arminius (veldheer)|Arminius]], een zekere [[Segimundus|Segismundus]] (dat is de gelatiniseerde vorm van ''Sigismund''), werd in 9 v.Chr. als priester aan dit altaar verbonden.
Zo ontstond hier in [[38 v.Chr.]] (volgens sommige historici was dat pas in [[19 v.Chr.]]) het ''[[Oppidum]] Ubiorum'' (d.i. ''Ubiërsstad''), dat bestemd was om het bestuurlijke centrum van de [[provincia]] [[Germanië|Germania]] te worden. In deze nieuwe nederzetting werd, zeker vóór [[9 v.Chr.]], een vredesaltaar (Latijn: ''ara'') opgericht voor Rome en Augustus, zoals dat reeds te Lugdunum ([[Lyon]]) voor de Gallische provincies was gebeurd. De exacte ligging van dit altaar is nog steeds niet gekend. De zwager van [[Arminius (veldheer)|Arminius]], een zekere [[Segimundus|Segismundus]] (dat is de gelatiniseerde vorm van ''Sigismund''), werd in 9 v.Chr. als priester aan dit altaar verbonden.


Agrippa's kleindochter [[Julia Agrippina minor|Agrippina]], de moeder van [[keizer Nero]], werd hier in [[15]] geboren. Nadat zij in [[49]] in het huwelijk trad met [[Claudius (keizer)|keizer Claudius]] (haar oom nota bene), wist zij hem ertoe te bewegen haar geboortestad het volgende jaar te verheffen tot de status van ''[[colonia (Romeinse term)|colonia]]'', waardoor de inwoners het Italische burgerrecht verkregen. De officiële benaming van deze kolonie werd toen <small>COLONIA·CLAVDIA·ARA·AGRIPPINENSIVM</small>, in inscripties afgekort tot <small>CCAA</small>. De stad werd het bestuurscentrum van de (sinds circa 88) zelfstandige provincie [[Germania Inferior]]. Zij ontwikkelde zich snel tot een belangrijke rivierhaven, waar handel en industrie (vooral de fabricage van glas) bloeiden. De bloeiperiode werd onderbroken door de invallen van de [[Franken (volk)|Franken]] in het midden van de 3e eeuw. De verdedigingswerken van de stad werden versterkt door [[Publius Licinius Egnatius Gallienus|keizer Gallienus]] en door de gallische tegenkeizer [[Postumus]] (259-268), die er resideerde. [[Constantijn de Grote]] liet het sterke bruggenhoofd ''Divitia'' (''[[Köln-Deutz|Deutz]]'') bouwen, dat door een brug met de stad was verbonden. In [[355]] kwam de stad in handen van de Franken, maar [[Julianus Apostata|keizer Julianus]] kon ze heroveren, tot de Franken haar in de 5e eeuw voorgoed in bezit namen.
Agrippa's kleindochter [[Julia Agrippina minor|Agrippina]], de moeder van [[keizer Nero]], werd hier in [[15]] geboren. Nadat zij in [[49]] in het huwelijk trad met [[Claudius (keizer)|keizer Claudius]] (haar oom nota bene), wist zij hem ertoe te bewegen haar geboortestad het volgende jaar te verheffen tot de status van ''[[colonia (Romeinse term)|colonia]]'', waardoor de inwoners het Italische burgerrecht verkregen. De officiële benaming van deze kolonie werd toen <small>COLONIA·CLAVDIA·ARA·AGRIPPINENSIVM</small>, in inscripties afgekort tot <small>CCAA</small>. De stad werd het bestuurscentrum van de (sinds circa 88) zelfstandige provincie [[Germania Inferior]]. Zij ontwikkelde zich snel tot een belangrijke rivierhaven, waar handel en industrie (vooral de fabricage van glas) bloeiden. De bloeiperiode werd onderbroken door de invallen van de [[Franken (volk)|Franken]] in het midden van de 3e eeuw. De verdedigingswerken van de stad werden versterkt door [[Publius Licinius Egnatius Gallienus|keizer Gallienus]] en door de gallische tegenkeizer [[Postumus]] (259-268), die er resideerde. [[Constantijn de Grote]] liet het sterke bruggenhoofd ''Divitia'' (''[[Köln-Deutz|Deutz]]'') bouwen, dat door een brug met de stad was verbonden. In [[355]] kwam de stad in handen van de Franken, maar [[Julianus Apostata|keizer Julianus]] kon ze heroveren. De Franken namen de stad voorgoed in bezit kort nadat, met de moord in Rome op de romeinse [[Magister militum|legerleider]] [[Flavius Aëtius]], in [[454]] een machtsvacuum was ontstaan.


De opgravingen na de verwoestingen in de [[Tweede Wereldoorlog]] hebben duidelijk de grote betekenis van de stad in de [[4e eeuw|4de]] en [[5e eeuw|5de eeuw]] aangetoond. Beroemd is het uit de 3e eeuw daterende, zeer goed bewaard gebleven [[Dionysus-mozaïek]], dat in [[1941]] in resten van een grote woning werd aangetroffen. Andere Romeinse resten zijn o.a. de Römerturm (een hoektoren van de antieke omwalling), delen van een aquaduct, van een praetorium en van een paleis. Talrijke inscripties tonen ook aan dat het christendom al vroeg aanwezig was.
De opgravingen na de verwoestingen in de [[Tweede Wereldoorlog]] hebben duidelijk de grote betekenis van de stad in de [[4e eeuw|4de]] en [[5e eeuw|5de eeuw]] aangetoond. Beroemd is het uit de 3e eeuw daterende, zeer goed bewaard gebleven [[Dionysus-mozaïek]], dat in [[1941]] in resten van een grote woning werd aangetroffen. Andere Romeinse resten zijn o.a. de Römerturm (een hoektoren van de antieke omwalling), delen van een aquaduct, van een praetorium en van een paleis. Talrijke inscripties tonen ook aan dat het christendom al vroeg aanwezig was.

Versie van 14 sep 2009 23:28

Reconstructie van het Romeinse Keulen

Colonia Claudia Ara Agrippinensium, afgekort als CCAA, was sinds 50 na Chr. de officiële Latijnse benaming van het Romeinse Keulen.

Nadat Julius Caesar tijdens zijn veldtocht in Gallië de Rijn was overgestoken, wist hij de Germaanse stam der Ubii te winnen voor een bondgenootschap met Rome. Maar het was de veldheer Marcus Vipsanius Agrippa, de schoonzoon van keizer Augustus, die de Ubii ook de toestemming gaf zich op de door de Romeinen gecontroleerde linkeroever van de Rijn te komen vestigen.

Zo ontstond hier in 38 v.Chr. (volgens sommige historici was dat pas in 19 v.Chr.) het Oppidum Ubiorum (d.i. Ubiërsstad), dat bestemd was om het bestuurlijke centrum van de provincia Germania te worden. In deze nieuwe nederzetting werd, zeker vóór 9 v.Chr., een vredesaltaar (Latijn: ara) opgericht voor Rome en Augustus, zoals dat reeds te Lugdunum (Lyon) voor de Gallische provincies was gebeurd. De exacte ligging van dit altaar is nog steeds niet gekend. De zwager van Arminius, een zekere Segismundus (dat is de gelatiniseerde vorm van Sigismund), werd in 9 v.Chr. als priester aan dit altaar verbonden.

Agrippa's kleindochter Agrippina, de moeder van keizer Nero, werd hier in 15 geboren. Nadat zij in 49 in het huwelijk trad met keizer Claudius (haar oom nota bene), wist zij hem ertoe te bewegen haar geboortestad het volgende jaar te verheffen tot de status van colonia, waardoor de inwoners het Italische burgerrecht verkregen. De officiële benaming van deze kolonie werd toen COLONIA·CLAVDIA·ARA·AGRIPPINENSIVM, in inscripties afgekort tot CCAA. De stad werd het bestuurscentrum van de (sinds circa 88) zelfstandige provincie Germania Inferior. Zij ontwikkelde zich snel tot een belangrijke rivierhaven, waar handel en industrie (vooral de fabricage van glas) bloeiden. De bloeiperiode werd onderbroken door de invallen van de Franken in het midden van de 3e eeuw. De verdedigingswerken van de stad werden versterkt door keizer Gallienus en door de gallische tegenkeizer Postumus (259-268), die er resideerde. Constantijn de Grote liet het sterke bruggenhoofd Divitia (Deutz) bouwen, dat door een brug met de stad was verbonden. In 355 kwam de stad in handen van de Franken, maar keizer Julianus kon ze heroveren. De Franken namen de stad voorgoed in bezit kort nadat, met de moord in Rome op de romeinse legerleider Flavius Aëtius, in 454 een machtsvacuum was ontstaan.

De opgravingen na de verwoestingen in de Tweede Wereldoorlog hebben duidelijk de grote betekenis van de stad in de 4de en 5de eeuw aangetoond. Beroemd is het uit de 3e eeuw daterende, zeer goed bewaard gebleven Dionysus-mozaïek, dat in 1941 in resten van een grote woning werd aangetroffen. Andere Romeinse resten zijn o.a. de Römerturm (een hoektoren van de antieke omwalling), delen van een aquaduct, van een praetorium en van een paleis. Talrijke inscripties tonen ook aan dat het christendom al vroeg aanwezig was.

De tijdgenoten noemden de stad nog lange tijd simpelweg Ara, terwijl de inwoners zichzelf Agrippinenses noemden, naar de naam van hun weldoenster. Pas in de 3e eeuw lijkt de volledige stadsnaam meer algemeen gebruikt te zijn geworden. In de post-Romeinse periode bleef van deze volledige naam enkel Colonia bewaard, waarvan dan de moderne namen Köln, Keulen en Cologne zijn afgeleid.

Verder lezen