Mensjewiek: verschil tussen versies

Uit Wikipedia, de vrije encyclopedie
Verwijderde inhoud Toegevoegde inhoud
BertVorenk (overleg | bijdragen)
Geen bewerkingssamenvatting
BertVorenk (overleg | bijdragen)
kGeen bewerkingssamenvatting
Regel 3: Regel 3:
De '''mensjewieken''' ([[Russisch]]: Меньшевики; ''Mensjeviki'') waren een onderdeel van de [[Rusland|Russische]] revolutionaire beweging die in [[1903]] ontstond na een geschil tussen [[Vladimir Lenin]] en [[Julius Martov]], die beiden lid waren van de [[Russische Sociaaldemocratische Arbeiderspartij]]. Hun stroming werd het '''mensjevisme''' genoemd.
De '''mensjewieken''' ([[Russisch]]: Меньшевики; ''Mensjeviki'') waren een onderdeel van de [[Rusland|Russische]] revolutionaire beweging die in [[1903]] ontstond na een geschil tussen [[Vladimir Lenin]] en [[Julius Martov]], die beiden lid waren van de [[Russische Sociaaldemocratische Arbeiderspartij]]. Hun stroming werd het '''mensjevisme''' genoemd.


Sinds haar ontstaan in [[1898]] was deze partij verboden in Rusland en ze ontplooide haar activiteiten daarom ook vanuit het buitenland. Op het tweede partijcongres in [[1903]] ontstond een meningsverschil. Een minderheid - de mensjewieken - (mensje = ''minder'') wilde tijdelijk blijven samenwerken met de liberale en sociale groepen om hervormingen in gang te zetten. De [[bolsjewieken]] (bolsje = ''meer'') wilden door [[revolutie]] het staatsapparaat ondermijnen en zo nodig afzetten. Terwijl beide facties geloofden dat een revolutie tegen de bourgeois noodzakelijk was, waren de Mensjewieken meer gematigd en stonden positiever tegenover de liberale oppositie die meer wijdverspreide aanhang had en democratisch gericht was. (De Bolsjewieken waren hadden een meer onverzoenlijke opstelling tegen de bourgeoisie en de liberale democratie en zagen democratische samenwerking met andere partijen als ongewenst).
Sinds haar ontstaan in [[1898]] was deze partij verboden in Rusland en ze ontplooide haar activiteiten daarom ook vanuit het buitenland. Op het tweede partijcongres in [[1903]] ontstond een meningsverschil. Een minderheid - de mensjewieken - (mensje = ''minder'') wilde tijdelijk blijven samenwerken met de liberale en sociale groepen om hervormingen in gang te zetten. De [[bolsjewieken]] (bolsje = ''meer'') wilden door [[revolutie]] het staatsapparaat ondermijnen en zo nodig afzetten. Terwijl beide facties geloofden dat een revolutie tegen de bourgeois noodzakelijk was, waren de Mensjewieken meer gematigd en stonden positiever tegenover de liberale oppositie die meer wijdverspreide aanhang had en democratisch gericht was. (De Bolsjewieken hadden een meer onverzoenlijke opstelling tegen de bourgeoisie en de liberale democratie en zagen democratische samenwerking met andere partijen als ongewenst).


[[Julius Martov]] was de leider van de mensjewieken, [[Vladimir Lenin|Lenin]] die van de [[Bolsjewiek|bolsjewieken]]. Na de [[Februarirevolutie (1917)|Februarirevolutie]] leidden de mensjewieken de [[Voorlopige Regering (Rusland)|Voorlopige Regering]] van [[Aleksandr Kerenski]]. Naarmate het jaar [[1917]] vorderde ontplooiden zij een alsmaar repressievere houding tegenover de [[bolsjewieken]]. Na een mislukte opstand van 3-5 juli (de [[Julidagen]]) moesten veel bolsjewitische leiders onderduiken, waaronder Lenin. Anderen werden gevangengezet, zoals [[Leon Trotski]], die in de [[Peter-en-Paulvesting]] werd geworpen. In de loop van de maand augustus organiseerde generaal [[Lavr Kornilov|Kornilov]] een [[kornilov-affaire|couppoging]] tegen de Voorlopige Regering, die alleen maar kon worden afgewenteld met behulp van de bolsjewieken. Dit dwong de mensjewieken om de bolsjewitische leiders uit de gevangenis te bevrijden.
[[Julius Martov]] was de leider van de mensjewieken, [[Vladimir Lenin|Lenin]] die van de [[Bolsjewiek|bolsjewieken]]. Na de [[Februarirevolutie (1917)|Februarirevolutie]] leidden de mensjewieken de [[Voorlopige Regering (Rusland)|Voorlopige Regering]] van [[Aleksandr Kerenski]]. Naarmate het jaar [[1917]] vorderde ontplooiden zij een alsmaar repressievere houding tegenover de [[bolsjewieken]]. Na een mislukte opstand van 3-5 juli (de [[Julidagen]]) moesten veel bolsjewitische leiders onderduiken, waaronder Lenin. Anderen werden gevangengezet, zoals [[Leon Trotski]], die in de [[Peter-en-Paulvesting]] werd geworpen. In de loop van de maand augustus organiseerde generaal [[Lavr Kornilov|Kornilov]] een [[kornilov-affaire|couppoging]] tegen de Voorlopige Regering, die alleen maar kon worden afgewenteld met behulp van de bolsjewieken. Dit dwong de mensjewieken om de bolsjewitische leiders uit de gevangenis te bevrijden.

Versie van 15 nov 2009 17:33

Julius Martov, leider van de mensjewieken en rechtstreekse tegenstrever van Lenin in de periode voorafgaand aan de bolsjewistische Oktoberrevolutie van 1917, waarbij de Mensjewieken uiteindelijk aan het kortste eind trokken.

De mensjewieken (Russisch: Меньшевики; Mensjeviki) waren een onderdeel van de Russische revolutionaire beweging die in 1903 ontstond na een geschil tussen Vladimir Lenin en Julius Martov, die beiden lid waren van de Russische Sociaaldemocratische Arbeiderspartij. Hun stroming werd het mensjevisme genoemd.

Sinds haar ontstaan in 1898 was deze partij verboden in Rusland en ze ontplooide haar activiteiten daarom ook vanuit het buitenland. Op het tweede partijcongres in 1903 ontstond een meningsverschil. Een minderheid - de mensjewieken - (mensje = minder) wilde tijdelijk blijven samenwerken met de liberale en sociale groepen om hervormingen in gang te zetten. De bolsjewieken (bolsje = meer) wilden door revolutie het staatsapparaat ondermijnen en zo nodig afzetten. Terwijl beide facties geloofden dat een revolutie tegen de bourgeois noodzakelijk was, waren de Mensjewieken meer gematigd en stonden positiever tegenover de liberale oppositie die meer wijdverspreide aanhang had en democratisch gericht was. (De Bolsjewieken hadden een meer onverzoenlijke opstelling tegen de bourgeoisie en de liberale democratie en zagen democratische samenwerking met andere partijen als ongewenst).

Julius Martov was de leider van de mensjewieken, Lenin die van de bolsjewieken. Na de Februarirevolutie leidden de mensjewieken de Voorlopige Regering van Aleksandr Kerenski. Naarmate het jaar 1917 vorderde ontplooiden zij een alsmaar repressievere houding tegenover de bolsjewieken. Na een mislukte opstand van 3-5 juli (de Julidagen) moesten veel bolsjewitische leiders onderduiken, waaronder Lenin. Anderen werden gevangengezet, zoals Leon Trotski, die in de Peter-en-Paulvesting werd geworpen. In de loop van de maand augustus organiseerde generaal Kornilov een couppoging tegen de Voorlopige Regering, die alleen maar kon worden afgewenteld met behulp van de bolsjewieken. Dit dwong de mensjewieken om de bolsjewitische leiders uit de gevangenis te bevrijden. De onmacht van de Voorlopige Regering om de Eerste Wereldoorlog te beëindigen maakte dat de mensjewieken hun invloed verloren ten gunste van de bolsjewieken.

Enkele belangrijke mensjewieken waren Julius Martov, Pavel Axelrod, George Valentinovitsj Plechanov, Irakli Tsereteli, Lev Deich, Vladimir Antonov-Ovseenko, Moisei Uritski, Noi Zjordania en Fedor Dan.

Zie ook