Impressions Rhapsodiques: verschil tussen versies

Uit Wikipedia, de vrije encyclopedie
Verwijderde inhoud Toegevoegde inhoud
volgens gewijzigde paginanaam + taal
Nlkalwien (overleg | bijdragen)
kGeen bewerkingssamenvatting
Regel 36: Regel 36:
Vooraleer het werk hier volledig besproken werd, zijn hier enkele varianten van het hoofdmotief, die doorheen de compositie gebruikt worden.
Vooraleer het werk hier volledig besproken werd, zijn hier enkele varianten van het hoofdmotief, die doorheen de compositie gebruikt worden.


{| class="wikitable"
[[Bestand:Kees Vlak Impressions Rhapsodiques2.png]]
|-

! De omkering !! De figuratie van de omkering !! De intervalvarianten
[[Bestand:Kees Vlak Impressions Rhapsodiques-part3.png]]
|-

[[Bestand:Kees Vlak Impressions Rhapsodiques4.png]]
| [[Bestand:Kees Vlak Impressions Rhapsodiques2.png]] || [[Bestand:Kees Vlak Impressions Rhapsodiques-part3.png]] || [[Bestand:Kees Vlak Impressions Rhapsodiques4.png]]
|}


[[Bestand:Kees Vlak Impressions Rhapsodiques5.png]]
[[Bestand:Kees Vlak Impressions Rhapsodiques5.png]]

Versie van 1 okt 2010 21:13

Impressions Rhapsodiques
De Markerwaard - IJsselmeer Impressies
Componist Kees Vlak
Soort compositie Fantasie
Gecomponeerd voor fanfareorkest
Compositiedatum 1981
Première 1981
Duur ± 12 minuten
Eiland in het Markermeer
Portaal  Portaalicoon   Klassieke muziek

Impressions Rhapsodiques (De Markerwaard - IJsselmeer Impressies) is een compositie voor fanfareorkest van de Nederlandse componist Kees Vlak.

Opmerking

Dit werk werd speciaal geschreven om zijn première te beleven bij de officiële opening van het nieuwe cultureel centrum van de gemeente Marken. De aanduiding "rhapsodiques" heeft betrekking op de verwerking van het volksliedje De zevensprong, waarvan motieven in deze compositie gebruikt zijn. De reden daarvoor zal in de verdere uitleg duidelijk worden. Het werk heeft twee ondertitels, namelijk IJsselmeer Impressies en De Markerwaard. De componist heeft dit werk immers opgevat als een muzikaal protest tegen de voorgenomen inpoldering van de Marken. Daarmee voegt hij zich bij die vele componisten en dichters die door middel van hun werken willen waarschuwen voor het gevaar dat de mens aan zijn eigen uitvindingen ten gronde zal gaan (bijvoorbeeld: Johann Wolfgang von Goethe: "Der Zauberlehrling ("De tovenaarsleerling")" (1797); Paul Dukas: "L'apprenti sorcier", symfonisch scherzo (1897)). Daarom heeft de componist geprobeerd om in deze compositie zijn indrukken van Marken - waar hij zelf woont - weer te geven.

Hierbij is zijn eerste en voornaamste indruk de oase van rust en historie, die verschillende vissersplaatsen aan de voormalige Zuiderzee en Marken in het bijzonder vormen, te midden van verstedelijking, industrialisering en verkeer. Wanneer men bedenkt dat dit voormalige eiland op 10 kilometer afstand ligt van Amsterdam en het dan met deze grote stad vergelijkt, is het nauwelijks voorstelbaar, dat dit dorp nog zo goed als onaangetast kon blijven door alle negatieve elementen van de ontwikkeling daar buiten. Zelfs het toerisme heeft tot op heden geen echte nadelige invloed op Marken en zijn bewoners gehad.

Mede dankzij de religieuze achtergrond is zondag rustdag en blijft het verkeer tot een minimum beperkt. Door het ontbreken van verkeer is de orde in de natuur nog nauwelijks verstoord, waardoor 's winters verschillende vogels op bepaalde plekken hier nog een pleisterplaats vinden bij hun vertrek naar het zuiden. De laatste jaren zijn bovendien honderden zwanen van de vervuilde randmeren (veroorzaakt door de inpoldering van zuidelijk Flevoland) naar Marken en omgeving verhuisd, hetgeen Marken een idyllisch aanzicht geeft.

Hoewel cultureel de voortgang van de ontwikkeling normaal ook op Marken zijn intrede doet, zijn de nadelen nog nauwelijks te bespeuren. De moderne amusementsmuziek heeft zijn invloed duidelijk op de jeugd, maar daarnaast bestaat er ook nog een oorspronkelijke volksdansgroep, gemengd koor, mannenkoor en toneelvereniging.

Het werk bestaat echter niet alleen uit idyllische muziek. De bedreiging van de inpoldering, waardoor er te Marken eventueel een luchthaven zou komen, wordt herhaalde malen naar voor gebracht.

Muziek

Compositorisch gezien is het geheel opgebouwd op een motief van drie tonen, die corresponderen met de drie lettergrepen van Mar–ker–waarder.

Bestand:Kees Vlak Impressions Rhapsodiques1.png

Uit dit motief worden de verschillende thema's ontwikkeld. De thema's tonen een grote verscheidenheid en zouden van middeleeuws tot hedendaags gerangschikt kunnen worden. Bij de ontwikkeling van de thema's maakt de componist zich soms los van de metriek en sommige fragmenten worden opgebouwd door het willekeurig samenvoegen van verschillende elementen. Ook wat betreft de notatie zijn enkele voor de harmonie- en fanfaremuziek ongebruikelijke aanduidingen gebruikt.

Vooraleer het werk hier volledig besproken werd, zijn hier enkele varianten van het hoofdmotief, die doorheen de compositie gebruikt worden.

De omkering De figuratie van de omkering De intervalvarianten
Bestand:Kees Vlak Impressions Rhapsodiques2.png Bestand:Kees Vlak Impressions Rhapsodiques-part3.png Bestand:Kees Vlak Impressions Rhapsodiques4.png

Bestand:Kees Vlak Impressions Rhapsodiques5.png

Bestand:Kees Vlak Impressions Rhapsodiques6.png

Bestand:Kees Vlak Impressions Rhapsodiques7.png

Ook bij andere neventhema's werd zoveel mogelijk van de tertsafstand uitgegaan.
Het werk begint met een psalm "lento religioso" die de eeuwenoude geschiedenis en het religieuze karakter van de bevolking van Marken weergeeft.

Bestand:Kees Vlak Impressions Rhapsodiques8.png

Daarna volgt een korte overgang.

Bestand:Kees Vlak Impressions Rhapsodiques9.png

Een herhaalde aanzwellende dissonant in het scherpe koper en slagwerk, verbreekt plots de serene sfeer. Dit noodlotmotief beeldt de bedreiging van de inpoldering uit.

Hierna volgt een gedeelte waarin de natuurelementen, in het bijzonder het omliggende water, de uitgestrektheid ervan en het grimmige, steeds wisselende golvenspel, worden uitgebeeld. De componist heeft hier de metrische inleiding los gelaten en laat de diverse secties van het orkest na elkaar inzetten. Daarbij spelen ze trillers, razendsnelle op en neer gaande melodische lijnen of varianten zoals in d (De combinatie van intervalvariant en figuratie). Deze opbouw, die tevens het onsamenhangend geharrewar rond de beslissing omtrent de inpoldering symboliseert, mondt aan het cijfer (4) uit in de figuratie van variant b (De figuratie van de omkering).

Dit motief dringt zich tussen het muzikaal materiaal, dat de elementen voorstelt. Bij cijfer (5) gaan ook de trompetten meespelen. Zij voeren het hoofdmotief uit, dat stilaan de elementen verdringt. Dit deel duurt relatief lang, om de uitgestrekte watervlakte en de omvang van het probleem aan te geven. Het onberekenbare en grillige spel der elementen neemt tenslotte af en onmiddellijk horen we weer het dreigende motief van de inpoldering, gevolgd door een laatste nagalm van de elementen.

Na een sombere overgang, opgebouwd uit het hoofdmotief in het basregister, komt de liefelijke zijde van Marken en het IJsselmeer aan de beurt: een romantisch thema (De verwerking van het hoofdthema) op innemende wijze gespeeld door de bugels en hoorns, een wandeling uitbeeldend op een windarme zomers zondagmiddag over de dijk en langs de weilanden enerzijds en het water met zijn rietvogels anderzijds, terwijl honderden witte zeilen zich langzaam over het uitgestrekte water voortbewegen. Lang duurt dit echter niet. Moderne invloeden doorbreken al gauw dit tafereel.

Het tempo wordt aanzienlijk verhoogd, het ritme wordt onrustig en onevenwichtig. Het geheel wordt gejaagd, het ritme van de grote steden wordt opgedrongen. Hier horen we de secundaire thema's (De verwerking tot secundaire thema's) met de talrijke maatsoortwisselingen. Midden in dit gedeelte komen er motieven uit het Oudhollandse liedje De zevensprong, als een soort verzet tegen de nieuwigheden. Dit lied wordt echter spoedig weer verdrongen door nog meer gejaagde en opdringerige invloeden.

Alhoewel alle thema's die hier gebruikt worden ontleend zijn aan het hoofdmotief, zijn er toch vaak grote contrasten merkbaar. Dit symboliseert de meningsverschillen omtrent het nut en de wenselijkheid van de inpoldering. Zal men nog in staat zijn de inpoldering te stoppen?

De componist spreekt deze hoop uit door het hoofdmotief een vredige discussie te laten beginnen met het beginmotief van De zevensprong.

Bestand:Kees Vlak Impressions Rhapsodiques10.png

Ook het hoofdthema komt nog terug maar wordt eerst verdrongen door een herinnering aan het woelige water, vooraleer het weerklinkt als een overwinnend slot. Als het ooit mocht gebeuren dat de inpoldering niet verder zal worden uitgevoerd moet de compositie hier eindigen (in de partituur staat dit vermeld als fine met een vraagteken). Het is echter nog niet zover en daarom treedt het noodlotmotief weer op, gevolgd door een generale pauze, waarna de droevige psalm het werk besluit.

Orkestratie

[bron?]