Hoofdtelwoord: verschil tussen versies

Uit Wikipedia, de vrije encyclopedie
Verwijderde inhoud Toegevoegde inhoud
Geen bewerkingssamenvatting
Regel 22: Regel 22:
:Een is wel genoeg.
:Een is wel genoeg.
:Er staat daar één huis.
:Er staat daar één huis.

MORRIE PILS!!


==Breuken==
==Breuken==

Versie van 19 jan 2011 16:26

Een hoofdtelwoord is een woord (telwoord) dat een aantal weergeeft.

  • Een, twee, vijftien, achtentachtig, honderd.

In werkelijkheid zijn er maar een beperkt aantal hoofdtelwoorden. De meeste getallen worden weergegeven door een combinatie van telwoorden. De basisgroep van hoofdtelwoorden zijn:

  • een, twee, drie, vier, vijf, zes, zeven, acht, negen, tien, elf, twaalf, dertien, veertien, twintig, dertig, veertig, vijftig, zestig, zeventig, tachtig, negentig, honderd, duizend, miljoen, miljard en biljoen.

Daarnaast zijn er nog enkele woorden voor bijzonder grote getallen:

  • biljard, triljoen, triljard, quadriljoen, quadriljard enz.

Feitelijk zijn de telwoorden uit deze beide rijen vanaf miljoen zelfstandige naamwoorden. Er wordt namelijk meestal één voor gezet.

Woorden als: nul, geen, paar, beide, dozijn, gros worden ook tot de (bepaalde) hoofdtelwoorden gerekend, omdat gekoppeld worden aan het aantal van 0, 2, 12 of 144.

Schrijfwijze

Telwoorden van 1 tot 1000 worden aan elkaar geschreven: vijftien, zevenenvijftig, negenennegentig, honderdeneen of honderdeen, honderdvijftien, negenhonderdnegenennegentig.

Veelvouden van honderd, duizend en miljoen worden aan elkaar geschreven, ook de combinaties van die woorden: vijfhonderd, achtduizend, negenhonderdduizend.

Een of één

Om het woord één te onderscheiden van het lidwoord een, krijgt het alleen accentstreepjes als uit het zinsverband niet kan worden opgemaakt dat het als zodanig moet worden uitgesproken.

We nemen er nog een.
Een en ander hoeft geen betoog.
Een is wel genoeg.
Er staat daar één huis.

MORRIE PILS!!

Breuken

Bij breukgetallen worden rangtelwoorden gecombineerd met hoofdtelwoorden.

Onbepaalde hoofdtelwoorden

Onbepaalde hoofdtelwoorden zijn die waaraan niet kan worden afgelezen om welk aantal het precies gaat.

  • al, alle, allemaal, enig(e), enkel(e), ettelijke, evenveel, genoeg, hoeveel, luttel, meer, meerdere, meest, menig(e), minder, minst, niemendal, sommige, tig, veel (vele), verscheiden(e), verschillende, weinig(e), voldoende, wat, weinig, zat, zoveel