Nolandiagram: verschil tussen versies

Uit Wikipedia, de vrije encyclopedie
Verwijderde inhoud Toegevoegde inhoud
ArthurBot (overleg | bijdragen)
k robot Erbij: cs:Nolanův diagram
ZéroBot (overleg | bijdragen)
k r2.7.1) (Robot: toegevoegd: ru:Диаграмма Нолана
Regel 27: Regel 27:
[[ja:ノーラン・チャート]]
[[ja:ノーラン・チャート]]
[[pt:Diagrama de Nolan]]
[[pt:Diagrama de Nolan]]
[[ru:Диаграмма Нолана]]
[[zh:諾蘭曲線]]
[[zh:諾蘭曲線]]

Versie van 3 mrt 2012 00:04

Nolandiagram

Het Nolandiagram is een politiek schema dat bekend is geworden door de Amerikaanse libertariër David Nolan. Hij maakte het ter illustratie van het feit dat libertarisme pleit voor zowel economische- als persoonlijke vrijheid, in tegenstelling tot het “linkse liberalisme” dat alleen pleit voor persoonlijke vrijheden en het “rechtse liberalisme” dat alleen voor economische vrijheid pleit.

Geschiedenis

Hoewel de precieze oorsprong onduidelijk is wordt het diagram en het begrip vaak toegeschreven aan David Nolan. Een soortgelijke tweedimensionale kaart verscheen in 1970 in de De Floodgates van Anarchy.

David Nolan publiceerde het diagram voor het eerst in het artikel The Case for a Libertarian Political Party in The Individualist. In 1971 zou hij zijn medewerking gaan verlenen aan de groep die later de Libertarian Party zou vormen.

Standpunten

In tegenstelling tot het traditionele links/rechts onderscheid en andere politieke taxonomieën heeft de Nolan Chart twee dimensies. De horizontale as geeft de economische vrijheid aan en de verticale as de persoonlijke vrijheid. Er zijn vier kwadranten die elk een deel van het politieke spectrum beschrijven.

In de linkerbovenhoek staat “traditioneel links”. Politici in dit kwadrant pleiten voor meer overheidsuitgaven op gebieden als de verzorgingsstaat, gezondheidszorg, onderwijs en kunst en voor meer barrières op het gebied van vrijhandel (Nolan noemt dit “weinig vrijheid op economisch gebied”); maar aan de andere kant voor een liberaal beleid op het gebied van abortus en homoseksualiteit (wat Nolan “veel vrijheid op persoonlijk gebied” noemt). In de rechterbenedenhoek staat het tegenovergestelde, “traditioneel rechts”. Politici in dit kwadrant willen lagere belastingen, maar zijn wel voor overheidsbemoeienis als het gaat om persoonlijke zaken. Rechtsboven staat Nolans eigen ideologie, het libertarisme, die zowel voor economische als persoonlijke vrijheid pleit. Linksonder staan de ideologieën die zowel weinig persoonlijke als weinig economische vrijheden voor staan, zoals het communisme en het fascisme. Nolan noemde dit zelf het “populisme”, maar later werden meer de termen autoritarisme en totalitarisme gebruikt.