Knie (anatomie): verschil tussen versies

Uit Wikipedia, de vrije encyclopedie
Verwijderde inhoud Toegevoegde inhoud
Addbot (overleg | bijdragen)
k Verplaatsing van 79 interwikilinks die op Wikidata beschikbaar zijn op d:q37425
Regel 49: Regel 49:
== Externe links ==
== Externe links ==
* [http://www.eennieuweknie.nl/het-normale-knie-gewricht/ Webpagina over de knie]
* [http://www.eennieuweknie.nl/het-normale-knie-gewricht/ Webpagina over de knie]
* [http://www.knietrauma.be/ Webpagina over knietrauma's]

{{Navigatie uitwendige delen van het menselijk lichaam}}
{{Navigatie uitwendige delen van het menselijk lichaam}}
{{Navigatie skelet}}
{{Navigatie skelet}}

Versie van 18 jun 2013 09:12

Uitwendig aanzien van de knie
Linkerknie van een mens, van achteren bezien
MRI-scanning van de knie. In rood is de voorste kruisband, in groen de achterste kruisband aangegeven.

De knie (articulatio genus) is een gewricht in de vorm van een scharnierverbinding in het menselijk been, dat het scheenbeen en kuitbeen (de beenderen van het onderbeen) verbindt met het dijbeen (het bot van het bovenbeen). Deze verbinding wordt aan de voorkant beschermd door de patella (knieschijf).

Vanuit dit gewricht wordt het been gestrekt (extensie) door aanspanning van de bovenbeenspieren, de vierhoofdige dijbeenspier ofwel quadriceps, en gebogen (flexie) door aanspanning van de spieren aan de achterzijde van het bovenbeen (hamstrings, biceps femoris -femur, Latijn = dijbeen).

Tevens wordt vaak met de knie het gebied van het been bedoeld dat deze verbinding insluit en steunt, dus ook het omliggend weefsel. De bewegingen van de knie verlopen soepel door middel van kraakbeen. Het dunne elastische weefsel, kraakbeen, beschermt het bot en zorgt dat de gewrichtsvlakken gemakkelijk over elkaar kunnen glijden. Men kan twee soorten gewrichtskraakbeen onderscheiden in de knie, namelijk fibreus kraakbeen (meniscus) en hyalien kraakbeen. De voor-achterwaartse stabiliteit in het kniegewricht wordt vooral bereikt door kruislingse banden (de kruisbanden) die boven- en onderbeen verbinden. De zijwaartse stabiliteit wordt gewaarborgd door de collaterate banden. Een soepel scharnieren van bovenbeen ten opzichte van het onderbeen wordt bereikt doordat de knie omvat is in een kapsel en door de aanwezigheid van kraakbeenschijven tussen de scharnierende botdelen (de menisci).

Het kraakbeen slijt met de jaren, maar ook door belasting. Kraakbeen heeft slechts een gering vermogen om zichzelf te herstellen, doordat er in dit weefsel geen bloedvaten aanwezig zijn die voor de stofwisseling zorgen. Een groot deel van het herstelweefsel zal uit fibreus kraakbeen ontstaan. Fibreus kraakbeen is van mindere kwaliteit dan het hyaliene kraakbeen. Hierdoor zullen na verloop van tijd opnieuw scheurtjes en barsten in het kraakbeen ontstaan.

Bij gewervelde dieren wordt met de knie een analoge verbinding of deel van het been bedoeld.

Stabiliteit en mogelijk letsel

Voor de stabiliteit van de knie zorgen:

  • het gewrichtskapsel en de banden. Deze houden de botten bij elkaar. Om de wrijving hiertussen te verlagen is er gewrichtssmeer aanwezig welke uit de slijmbeurzen komt. Tijdens activiteiten wordt het gewrichtssmeer (Synovia) warmer en zorgt hierdoor voor nog minder wrijving.
  • De kruisbanden in de knie. Deze voorkomen verschuiving van het boven en onderbeen, voorwaarts of achterwaarts.
  • De spieren. Hoe sterker de spieren rondom de knie des te stabieler de knie is.

Mogelijke letsels aan de knie omvatten:

  • Een verzwikking, als gevolg van overbelasting van de kniebanden.
  • Een verstuiking, als gevolg van een overbelasting van het kniekapsel.
  • Een beschadiging van de meniscus, een berucht "sportersletsel".
  • Een kneuzing van de knie.
  • Een belasting van de knie: De knie heeft met onze actieve levenswijze veel te verduren. Mogelijke oorzaken van kniepijn zijn sportblessures waarbij knieletsels vaak ontstaan na een ongeval. In een aantal gevallen kan bij deze kwetsuren het kraakbeen beschadigd worden en kan er een kraakbeenletsel ontstaan. Andere oorzaken zijn een overmatige belasting en slijtage in combinatie met bijvoorbeeld spierzwakte en overgewicht.
  • Een overbelasting door arbeid: Dit is vooral het geval bij beroepen waarbij mensen veel moeten lopen, traplopen, heffen of bukken. Specifieke blessures komen voor in beroepen waarbij vaak geknield wordt, zoals timmerman, stratenmaker en tapijtlegger. Tegenwoordig wordt daarbij vaak speciale kniebescherming gedragen.
  • Een kruisbandletsel
  • Een letsel aan de binnenste knieband, bijvoorbeeld opgelopen door trampolinespringen

Vaak voorkomende klachten:

  • Een pijnlijke knie, een blokkering of zwelling van de knie.
  • Soms heeft men het gevoel door de knie te zakken of voelt men zich onzeker bij het bewegen.

Oorzaak van de pijn:

  • De pijn komt niet van het kraakbeen zelf maar van de geïrriteerde weefsels die eromheen liggen of van losgeraakte stukjes kraakbeen. De laag kraakbeen kan geleidelijk verder afslijten met artrose en voortschrijdende immobiliteit tot gevolg, indien kraakbeenletsels niet behandeld worden.

Mogelijke behandeling van kraakbeenletsels:

  • Artroscopische reiniging van het kniegewricht.
  • Mozaïekplastiek.
  • Microfractuur (Ice-picking).
  • Autologe Chondrocyten Implantatie.
  • Osteochondrale autograften en allograften.

Zie ook

Externe links

Sjabloon:Navigatie uitwendige delen van het menselijk lichaam

Zie de categorie Knees van Wikimedia Commons voor mediabestanden over dit onderwerp.