Erwin Schrödinger: verschil tussen versies

Uit Wikipedia, de vrije encyclopedie
Verwijderde inhoud Toegevoegde inhoud
→‎Persoonlijke leven: Gevraagde bronvermelding ingevuld
zie verzoekpagina bots, replaced: tenminste → ten minste met AWB
Regel 52: Regel 52:


== Persoonlijke leven ==
== Persoonlijke leven ==
Schrödinger had een lang, gelukkig en zeer open huwelijk met zijn echtgenote Annemarie Bertel, de dochter van een gerespecteerde chemicus. Hij hield nauwgezet een dagboek bij met analyses, namen en data over zijn talrijke seksuele escapades, waaronder een tienermeisje dat hij had verleid en bezwangerd terwijl hij in dienst was als haar wiskundeleraar.<ref>[http://www.nndb.com/people/308/000072092/ Biografie Erwin Schrödinger] op Notable Names Database</ref> Hoewel zijn eigen huwelijk kinderloos bleef, had hij buitenechtelijke kinderen bij tenminste drie van zijn maîtresses. Een van deze kinderen was Ruth Georgie Erica, de op 30 mei 1934 in Oxford geboren dochter van hem en Hilde March. Hilda was de vrouw van zijn collega [[Arthur March]], die op zijn beurt een minnaar was van Schrödingers vrouw Annemarie.
Schrödinger had een lang, gelukkig en zeer open huwelijk met zijn echtgenote Annemarie Bertel, de dochter van een gerespecteerde chemicus. Hij hield nauwgezet een dagboek bij met analyses, namen en data over zijn talrijke seksuele escapades, waaronder een tienermeisje dat hij had verleid en bezwangerd terwijl hij in dienst was als haar wiskundeleraar.<ref>[http://www.nndb.com/people/308/000072092/ Biografie Erwin Schrödinger] op Notable Names Database</ref> Hoewel zijn eigen huwelijk kinderloos bleef, had hij buitenechtelijke kinderen bij ten minste drie van zijn maîtresses. Een van deze kinderen was Ruth Georgie Erica, de op 30 mei 1934 in Oxford geboren dochter van hem en Hilde March. Hilda was de vrouw van zijn collega [[Arthur March]], die op zijn beurt een minnaar was van Schrödingers vrouw Annemarie.


== Bibliografie ==
== Bibliografie ==

Versie van 20 okt 2013 17:34

Nobelprijswinnaar  Erwin Schrödinger
12 augustus 188721 mei 1964
Erwin Schrödinger (1933)
Geboorteland Oostenrijk
Geboorteplaats Wenen
Nationaliteit Oostenrijks
Overlijdensplaats Wenen
Nobelprijs Natuurkunde
Jaar 1933
Reden "Voor de ontdekking van nieuwe, productieve vormen van de atoomtheorie."
Samen met Paul Dirac
Voorganger(s) Werner Heisenberg
Opvolger(s) James Chadwick
Portaal  Portaalicoon   Natuurkunde

Erwin Rudolf Josef Alexander Schrödinger (Wenen, 12 augustus 1887 – aldaar, 4 januari 1961) was een Oostenrijkse natuurkundige, die beroemd werd door zijn bijdragen aan de kwantummechanica, in het bijzonder de Schrödingervergelijking waarvoor hij in 1933 de Nobelprijs kreeg.

Schrödinger is ook bekend van "Schrödingers kat", een gedachte-experiment uit 1935 omtrent het begrip superpositie in de kwantummechanica.

Biografie

Schrödinger werd in Wenen geboren als enig kind van het middenklasse-echtpaar Rudolf en Georgine Schrödinger. Hij genoot privéonderwijs tot zijn elfde jaar. In 1898 studeerde hij aan het Akademisches Gymnasium. Als jongen hield hij van Duitse poëzie en excelleerde in vele vakken. In 1906 ging hij naar de Universiteit van Wenen, waar hij in 1910 zijn doctoraal in de natuurkunde behaalde.

Aan de universiteit werd hij sterk beïnvloed door Friedrich Hasenöhrl, een briljante fysicus die tijdens de Eerste Wereldoorlog zou omkomen. Tijdens zijn Nobeltoespraak merkte Schrödinger op dat indien Hasenöhrl niet was gesneuveld, niet hij maar Hasenöhrl in Stockholm zou zijn geëerd. In 1911 werd hij assistent van hoogleraar Franz-Serafin Exner (1849-1936).

Middelste jaren

In 1914 verkreeg Schrödinger zijn habilitatie. Tussen 1914 en 1918 nam hij deel aan de Eerste Wereldoorlog als officier bij de Oostenrijkse artillerie aan het Italiaanse front. Op 6 april 1920 trad hij in het huwelijk met Annemarie Bertel (1896-1965), die hij reeds voor de oorlog had ontmoet. Nog datzelfde jaar werd hij assistent van Max Wien aan de Universiteit van Jena, en in september 1920 verkreeg hij de positie van buitengewoon hoogleraar theoretische natuurkunde in Stuttgart. In 1921 werd hij benoemd tot gewoon hoogleraar aan de Universiteit van Breslau.

In de herfst van 1921 vertrok hij naar de Universiteit van Zürich, waar hij de leerstoel theoretische natuurkunde overnam van Max von Laue. De zes jaar die hij aan Zürich verbleef, waren waarschijnlijk de productiefste van zijn wetenschappelijke carrière. In januari 1926 publiceerde Schrödinger in de Annalen der Physik het artikel Quantisierung als Eigenwertproblem over de golfmechanica, wat tegenwoordig bekendstaat als de Schrödingervergelijking, een van de beroemdste vergelijkingen uit de kwantummechanica.

In 1927 volgde hij Max Planck op als hoogleraar aan de Friedrich Wilhelm-universiteit in Berlijn. Omdat hij een hekel had aan het antisemitisme van de nazi's, besloot Schrödinger in 1933 uit eigen beweging in ballingschap te gaan en Duitsland te verlaten. Via Frederick Lindemann kwam hij terecht op het Magdalen College van de Universiteit van Oxford. Kort na zijn aankomst ontving hij, samen met Paul Dirac, de Nobelprijs voor de Natuurkunde.

Zijn baan aan Oxford liep stroef; vooral zijn onconventionele levensstijl - zijn open relatie met twee vrouwen - werd niet door iedereen aanvaard. In 1934 gaf Schrödinger aan de Princeton-universiteit lezingen; hij kreeg er zelfs een vaste aanstelling aangeboden, maar nam deze na lang uitstel uiteindelijk toch niet aan. Daarentegen keerde hij terug naar zijn geboorteland Oostenrijk, waar hij in 1936 hoogleraar natuurkunde werd aan de Universiteit van Graz.

Latere jaren

De Anschluss van Oostenrijk bij nazi-Duitsland in 1938 leverde voor Schrödinger meteen problemen op vanwege zijn vertrek uit Duitsland vijf jaar daarvoor, wat door de Duitse autoriteiten was opgevat als een onvriendelijke daad. Kort daarna lukte het hem om naar Italië te vluchten, vanwaar hij doorreisde naar Oxford, en later naar de Universiteit van Gent. Van die universiteit kreeg hij in 1939 een eredoctoraat toegekend.

Na een kort verblijf in Gent vertrok hij naar Ierland, om te helpen bij de opbouw van het Dublin Institute for Advanced Studies in Dublin. Dit instituut moest de Europese tegenhanger gaan worden van het Amerikaanse Institute for Advanced Study in Princeton. Op voorspraak van de Ierse premier Éamon de Valera, een voormalige wiskundedocent, werd Schrödinger benoemd tot directeur van de school voor theoretische natuurkunde, een functie die speciaal voor hem werd ingesteld. Hij bleef in Dublin tot aan zijn pensionering in 1955. Hierop keerde hij als hoogleraar terug naar Wenen, waar hij op 73-jarige leeftijd zou overlijden aan de gevolgen van tuberculose.

Golfmechanica

De basis van zijn golfvergelijking werd gelegd in 1925, toen Schrödinger zich tijdens de kerstvakantie met 'een Weense vriendin' had teruggetrokken in het Zwitserse skioord Arosa. Zijn beschouwingen kwamen voort uit een verhandeling over het zogenaamde golf-deeltjesdualisme van de jonge Franse student Louis-Victor de Broglie, waarop Albert Einstein hem opmerkzaam had gemaakt. De hypothese van De Broglie zette hij om in een wiskundige vergelijking, de naar hem vernoemde Schrödingervergelijking. Op 27 januari publiceerde hij in Annalen der Physik het eerste deel van het vierdelige artikel met de titel "Kwantisering als probleem van eigenwaarden", waarin hij het concept van de golfmechanica vastlegde.[1] In 1927 ontving hij de Matteucci Medal.

Persoonlijke leven

Schrödinger had een lang, gelukkig en zeer open huwelijk met zijn echtgenote Annemarie Bertel, de dochter van een gerespecteerde chemicus. Hij hield nauwgezet een dagboek bij met analyses, namen en data over zijn talrijke seksuele escapades, waaronder een tienermeisje dat hij had verleid en bezwangerd terwijl hij in dienst was als haar wiskundeleraar.[2] Hoewel zijn eigen huwelijk kinderloos bleef, had hij buitenechtelijke kinderen bij ten minste drie van zijn maîtresses. Een van deze kinderen was Ruth Georgie Erica, de op 30 mei 1934 in Oxford geboren dochter van hem en Hilde March. Hilda was de vrouw van zijn collega Arthur March, die op zijn beurt een minnaar was van Schrödingers vrouw Annemarie.

Bibliografie

  • Science and the Human Temperament (1935)
  • What is life? (1944)
  • Statistical Thermodynamics (1946)
  • Space-time Structure (1950)
  • Nature and the Greeks (1954)
  • Mind and Matter (1958)
  • Meine Weltansicht (1961, postuum)
Mediabestanden die bij dit onderwerp horen, zijn te vinden op de pagina Erwin Schrödinger op Wikimedia Commons.