Evangeliarium van Munsterbilzen: verschil tussen versies

Uit Wikipedia, de vrije encyclopedie
Verwijderde inhoud Toegevoegde inhoud
Nieuw, afgesplitst van maas-Rijnlands
 
Geen bewerkingssamenvatting
Regel 18: Regel 18:
:: “Erlosen sal [hi] an (in) vrede siele mine van dien die genaken mi, want onder menegen hi was mit (of met) mi”.
:: “Erlosen sal [hi] an (in) vrede siele mine van dien die genaken mi, want onder menegen hi was mit (of met) mi”.

{{Appendix}}

Versie van 6 nov 2013 17:40

Het Evangeliarium van Munsterbilzen is een liturgisch boek dat de evangelie-lezingen van de H. Mis bevat. Het is in het Duitse Augsburg geschreven aan het begin van de 9de eeuw. Het kwam in 1096 in het bezit van de abdij van Munsterbilzen (Bilzen) en werd tot aan zijn opheffing bewaard in het adellijk damesstift aldaar.[1]Dit Evangeliarium bevat ook de oudste bewaard gebleven zin in het Limburgs en één van de oudste zinnen in het Nederlands. Zij luidt:

Tesi samanunga was edele unde scona ("Deze verzameling (kloostergemeenschap) was edel en schoon"

Dit zinnetje speelt in de geschiedenis van het Nederlands een essentiële rol.[2] Het komt vlak na Hebban olla vogala ( ... ), dat lang bekendstond als de oudste nog bewaarde getuigenis (in Oxford) van de Nederlandse taal. "Tesi samanunga" is in 1130 bijgeschreven in het evangeliarium van Munsterbilzen, volgend op een lijst van dertig namen van de kloosterlingen. Het gaat dan verder in het Latijn:

et omnium virtutum pleniter plena
"en geheel vervuld van alle deugden".

Het evangeliarium bevat ook de Ordo Stellae, een driekoningenspel, dat als het oudste toneelspel uit de Nederlanden geldt.

Naast dit Oudnederlandse lofvers "Tesi samanunga" bewaarde men in deze abdij van Munsterbilzen ook (minstens vanaf 1446 tot en met 1591) een 10de-eeuws psalterium. Dat helaas verloren gegane tweetalig Latijns-Oudnederlandse psalter werd vernoemd naar zijn laatst bekende bezitter, Arnold Wachtendonck. De Wachtendonckse Psalmen vormen samen het oudst bekende boek in de Nederlandse taal. Het vormde een verzameling van in het Oud-Oostnederfrankisch vertaalde psalmen, waarbij de vertaling interlineair wordt gegeven: de woordvolgorde van de Latijnse bron werd aangehouden in de vertaling, zodat de tekst ook voor leerdoeleinden gebruikt kon worden. Dit wordt goed gedemonstreerd uit de volgende vergelijking van een zin uit de Wachtendockse psalmen en de door Verdam gereconstrueerde Middelnederlandse “vertaling”:

Irlôsin sol an frithe sêla mîna fan thên thia ginâcont mi, wanda under managon he was mit mi
In Middelnederlandse transliteratie:
“Erlosen sal [hi] an (in) vrede siele mine van dien die genaken mi, want onder menegen hi was mit (of met) mi”.