SCSI: verschil tussen versies

Uit Wikipedia, de vrije encyclopedie
Verwijderde inhoud Toegevoegde inhoud
Spatie toegevoegd
Labels: Visuele tekstverwerker Bewerking via mobiel Bewerking via mobiele website
Caseman (overleg | bijdragen)
verwijzing iSCSI en SAN.
Regel 9: Regel 9:


De laatste incarnatie van SCSI is [[Serial Attached SCSI]] (SAS), waarmee de gegevens serieel vervoerd worden.
De laatste incarnatie van SCSI is [[Serial Attached SCSI]] (SAS), waarmee de gegevens serieel vervoerd worden.

== Protocol ==
De commando's die voor SCSI gebruikt worden kunnen ook gebruikt worden voor communicatie met een [[Storage area network|SAN]]. Een veel toegepaste methode is [[iSCSI]] waarbij de verbinding gebruik maakt van algemeen beschikbare netwerk hardware en protocollen.


==Overzicht==
==Overzicht==
Regel 79: Regel 82:
|??
|??
|}
|}

{{Commonscat|SCSI}}
{{Commonscat|SCSI}}



Versie van 30 apr 2015 09:03

SCSI controller

SCSI betekent Small Computer System Interface en wordt uitgesproken als [skoezie].

Dit is een controller-technologie die vooral gebruikt wordt om harde schijven en randapparaten zoals cd-rom-spelers en tapestreamers te koppelen op servers. Ook werd SCSI voor de komst van USB en Firewire gebruikt om scanners aan te sluiten. De SCSI-bus en SCSI-schijven liggen aan de bovenkant van de markt en worden vooral gebruikt op de wat zwaardere computers, zoals werkstations, servers en minicomputers. SCSI-schijven hebben tegenwoordig toerentallen tot 15000 rotaties per minuut (rpm). Omdat de SCSI-bus niet bezet blijft terwijl een schijf bezig is met een zoekactie (in tegenstelling tot IDE) kan een systeem met meerdere SCSI-aansluitingen zeer hoge doorvoersnelheden halen.

De interface bevat een parallelle databus die 8 of in latere uitvoeringen 16 bits breed is. De 8-bitsuitvoeringen gebruiken 50-aderige kabels, voor 16 bits zijn dit 68 aders. Er zijn 3 respectievelijk 4 adreslijnen zodat 8 of 16 adressen voor de nummering van de aangesloten apparaten gebruikt kunnen worden. Eén adres is echter altijd in gebruik door de controller. De databus moet aan beide uiteinden afgesloten worden met een set afsluitweerstanden (terminator). Voor de "LVD" (Low Voltage Differential) uitvoeringen is deze afsluiting actief uitgevoerd, hiermee kan de bruikbare buslengte aanmerkelijk vergroot worden.

Van de 16 bitsuitvoering is ook een "hot pluggable" uitvoering beschikbaar. Deze gebruikt een 80 pinsaansluiting (SCA), waarin ook de voeding van de schijf meegenomen is. Deze laatste wordt veel toegepast in RAID-configuraties waarbij schijven verwisseld kunnen worden zonder dat het systeem uit de lucht gaat.

De laatste incarnatie van SCSI is Serial Attached SCSI (SAS), waarmee de gegevens serieel vervoerd worden.

Protocol

De commando's die voor SCSI gebruikt worden kunnen ook gebruikt worden voor communicatie met een SAN. Een veel toegepaste methode is iSCSI waarbij de verbinding gebruik maakt van algemeen beschikbare netwerk hardware en protocollen.

Overzicht

naam snelheid
(MB/s)
databits aansluitpennen maximale lengte
SCSI 5 8 50 (ook wel 25) 6m
SCSI-2, Fast-SCSI 10 8 50 1,5-3m
Ultra SCSI 20 8 50 1,5-3m
Ultra Wide SCSI 40 16 68 1,5-3m
Ultra Wide SCSI 40 16 68 12m (LVD)
Ultra2 Wide SCSI 80 16 68 1,5-3m
Ultra2 Wide SCSI 80 16 68 12m (LVD)
U160 160 16 68 12m (LVD)
U320 320 16 68 12m (LVD)
U640 640 16 68 of 80 ??
Zie de categorie SCSI van Wikimedia Commons voor mediabestanden over dit onderwerp.