Drie karakteristieken: verschil tussen versies

Uit Wikipedia, de vrije encyclopedie
Verwijderde inhoud Toegevoegde inhoud
Mexicano (overleg | bijdragen)
→‎Anicca, dukkha, anatta: klemtonen, cursivering
Labels: Bewerking via mobiel Bewerking via mobiele app
Regel 4: Regel 4:
==Anicca, dukkha, anatta==
==Anicca, dukkha, anatta==
In veel [[sutta]]s (toespraken van de [[Gautama Boeddha|Boeddha]]) worden de drie karakteristieken op de volgende manier gepresenteerd:
In veel [[sutta]]s (toespraken van de [[Gautama Boeddha|Boeddha]]) worden de drie karakteristieken op de volgende manier gepresenteerd:
# Alle geconditioneerde dingen zijn anicca ([[Pali (taal)|Pali]]): impermanent, inconstant, veranderlijk van aard.
# Alle geconditioneerde dingen zijn ''anicca'' ([[Pali (taal)|Pali]]): impermanent, inconstant, veranderlijk van aard.
# Alle geconditioneerde dingen zijn daarom ook dukkha: pijnlijk, brengers van ongemak en oncomfortabel. Dukkha verwijst ook naar de inherente stress die veranderlijke dingen beleven.
# Alle geconditioneerde dingen zijn daarom ook ''dukkha'': pijnlijk, brengers van ongemak en oncomfortabel. Dukkha verwijst ook naar de inherente stress die veranderlijke dingen beleven.
# Omdat ze inconstant en veranderlijk zijn en ongemak brengen, is het niet passend om ze als iemands bezit of als 'zelf' te beschouwen. Ze zijn anatta: niet-zelf of zonder zelf, zonder eigenaar, bezitter.
# Omdat ze inconsistent en veranderlijk zijn én ongemak brengen, is het niet passend om ze als iemands bezit of als 'zelf' te beschouwen. Het past ze te beschouwen als '' anatta'': niet-zelf of zonder zelf, zonder eigenaar, bezitter.


De Boeddha gebruikte ook vaak de redenering dat als dingen ''echt'' jezelf of 'van jezelf' zijn, je er perfecte controle over uit moet kunnen oefenen. Niets moet ze overkomen waarvan jij niet wilt dat het ze overkomt. Echter, omdat geconditioneerde dingen veranderlijk (anicca) zijn, en veranderen conform hun condities of relevante oorzaken en niet slechts volgens iemands wil of intentie, staan geconditioneerde dingen niet onder jouw ultieme controle. Ze veranderen conform hun condities en oorzaken en ervaren daardoor interne stress en kunnen ongemak en lijden (dukkha) in de mens veroorzaken.
De Boeddha redeneerde dat als je dingen helemaal als jezelf of 'van jezelf' ervaart, je er perfecte controle over kunt of moet kunnen uitoefenen. Men denke bij 'dingen' allereerst aan de 5 zintuigen. Niets moet ze overkomen waarvan jij niet wilt dat het ze overkomt. Echter, omdat geconditioneerde dingen veranderlijk (anicca) zijn conform hun condities of relevante oorzaken zijn ze niet ultiem controleerbaar ofte wilsafhankelijk. Daardoor zijn ze belast met interne spanningen die leiden tot ongemak en erger (dukkha).


Dukkha betekent overigens niet dat dingen geen comfort ''kunnen'' brengen. Het verwijst meer naar het ongemak en de mentale stress die veroorzaakt worden doordat dingen en condities hun eigen weg gaan en niet noodzakelijkerwijs altijd onze wil en intenties 'gehoorzamen'. Onze verlangens blijven dan onbevredigd en dát is de werkelijke dukkha.
Dukkha betekent overigens niet dat dingen geen comfort zouden kúnnen brengen. Deze term slaat op het (allereerst mentale) ongemak veroorzaakt door het feit dat ze niet zelden hun eigen weg gaan (= autonoom zijn) en onze wil en intenties niet volgen. Verlangens blijven dan onbevredigd, intenties onbeantwoord en dát is de werkelijke dukkha.


==Het geconditioneerde en het ongeconditioneerde==
==Het geconditioneerde en het ongeconditioneerde==

Versie van 13 feb 2016 00:27

Dhamma wiel

Boeddhisme

Concepten
Geschiedenis
Stromingen
Geschriften
Tempels
Devotie
Per land
Termen
Van A tot Z
Dhamma wiel

De drie karakteristieken (Pali: tilakkhana) zijn een boeddhistische beschrijving van de wijze waarop dingen en objecten in de wereld aanwezig zijn. Volgens de lering van de drie karakteristieken zijn alle geconditioneerde dingen inconstant (Pali: anicca) en onderhevig aan stress (dukkha). Dit leidt tot de conclusie dat alle dingen daarom ook niet-zelf of zelfloos (anatta) zijn.

Anicca, dukkha, anatta

In veel suttas (toespraken van de Boeddha) worden de drie karakteristieken op de volgende manier gepresenteerd:

  1. Alle geconditioneerde dingen zijn anicca (Pali): impermanent, inconstant, veranderlijk van aard.
  2. Alle geconditioneerde dingen zijn daarom ook dukkha: pijnlijk, brengers van ongemak en oncomfortabel. Dukkha verwijst ook naar de inherente stress die veranderlijke dingen beleven.
  3. Omdat ze inconsistent en veranderlijk zijn én ongemak brengen, is het niet passend om ze als iemands bezit of als 'zelf' te beschouwen. Het past ze te beschouwen als anatta: niet-zelf of zonder zelf, zonder eigenaar, bezitter.

De Boeddha redeneerde dat als je dingen helemaal als jezelf of 'van jezelf' ervaart, je er perfecte controle over kunt of moet kunnen uitoefenen. Men denke bij 'dingen' allereerst aan de 5 zintuigen. Niets moet ze overkomen waarvan jij niet wilt dat het ze overkomt. Echter, omdat geconditioneerde dingen veranderlijk (anicca) zijn conform hun condities of relevante oorzaken zijn ze niet ultiem controleerbaar ofte wilsafhankelijk. Daardoor zijn ze belast met interne spanningen die leiden tot ongemak en erger (dukkha).

Dukkha betekent overigens niet dat dingen geen comfort zouden kúnnen brengen. Deze term slaat op het (allereerst mentale) ongemak veroorzaakt door het feit dat ze niet zelden hun eigen weg gaan (= autonoom zijn) en onze wil en intenties niet volgen. Verlangens blijven dan onbevredigd, intenties onbeantwoord en dát is de werkelijke dukkha.

Het geconditioneerde en het ongeconditioneerde

Anicca en dukkha hebben betrekking op alle geconditioneerde dingen. Anatta echter heeft betrekking op alle dingen: zowel de geconditioneerde dingen als het ongeconditioneerde of het doodloze. Het ongeconditioneerde kan in de toestand van Nirvana ervaren worden. Dat is de ervaring als alle geconditioneerde dingen onthecht zijn. Dit ongeconditioneerde is, net als de geconditioneerde dingen, anatta of niet-zelf. Het verschilt van de geconditioneerde dingen in dat het nicca (permanent of constant) is. Het ervaart geen interne stress of lijden.

Plaats binnen de leer

De lering van de drie karakteristieken is een fundamenteel concept van het boeddhisme. Een diepgaand inzicht hierin leidt tot het bereiken van Verlichting. Ook voor de beginner echter is een goed begrip en een goede toepassing van de lering van de drie karakteristieken een belangrijk en essentieel aspect van de boeddhistische praktijk.

De Anatta Lakkhana Sutta is de tweede lering die de boeddha gaf na zijn verlichting. In deze toespraak gaf hij een gedetailleerde uitleg van de drie karakteristieken en tijdens het luisteren naar deze toespraak bereikten de eerste vijf discipelen van de Boeddha het Nirvana en werden zo Arahants.

Relatie met andere concepten

De lering over de drie karakteristieken staat niet op zich. Voor een helder begrip van deze lering is ook een goed begrip van de lering over de vijf khandhas en de Vier Nobele Waarheden essentieel.

Zie ook

Externe links