Herinnering aan Holland: verschil tussen versies
aan den einder staan |
volslagen willekeurige foto |
||
Regel 1: | Regel 1: | ||
{{Infobox gedicht |
{{Infobox gedicht |
||
| naam = Herinnering aan Holland |
| naam = Herinnering aan Holland |
||
| afbeelding = |
| afbeelding = |
||
| onderschrift = |
|||
| onderschrift = Nederlands landschap met [[populier]]en, beschreven in het tweede [[stanza]] van Marsman's gedicht. |
|||
| cover-op-enwp = |
| cover-op-enwp = |
||
| orig titel = |
| orig titel = |
Versie van 18 sep 2019 21:31
Herinnering aan Holland | ||||
---|---|---|---|---|
Auteur | Hendrik Marsman | |||
Land | Nederland | |||
Onderwerp | Nederlandse landschap Nederlandse strijd tegen het water | |||
|
Herinnering aan Holland is een gedicht van de Nederlandse dichter Hendrik Marsman, voor het eerst gepubliceerd in 1936. Marsman schreef dit realistische gedicht tijdens zijn verblijf aan de Middellandse Zee. Het gedicht beschrijft het Nederlandse landschap en de Nederlandse strijd tegen het water. Het is een van de bekendste Nederlandse gedichten en werd in 2000 gekozen tot 'Gedicht van de Eeuw’ in Nederland.[1]
De eerste zin: Denkend aan Holland zie ik breede rivieren traag door oneindig laagland gaan, is overbekend geworden. Het gedicht is in nagenoeg iedere bloemlezing van bekende Nederlandse gedichten te vinden. De bekendheid en het karakter van een opsomming met bovendien een eenvoudig rijmschema van slechts drie keer gepaard mannelijk eindrijm rijm (aa.bb.cc.), met dus de klemtoon op de laatste lettergreep, heeft meer dan één dichter geprikkeld het vers te parodiëren. Een bekend voorbeeld is het hekeldicht De binnenring van Holland van Gerrit Komrij uit 1981. (Zie hiertoe onderstaand de pagina Parodieën op Herinnering aan Holland op Wikisource.)
De tekst
- Denkend aan Holland
- zie ik breede rivieren
- traag door oneindig
- laagland gaan,
- rijen ondenkbaar
- ijle populieren
- als hooge pluimen
- aan den einder staan;
- en in de geweldige
- ruimte verzonken
- de boerderijen
- verspreid door het land,
- boomgroepen, dorpen,
- geknotte torens,
- kerken en olmen
- in een grootsch verband.
- de lucht hangt er laag
- en de zon wordt er langzaam
- in grijze veelkleurige
- dampen gesmoord,
- en in alle gewesten
- wordt de stem van het water
- met zijn eeuwige rampen
- gevreesd en gehoord.
Bronnen, noten en/of referenties
|