Gebruiker:Caribiana/Kladblok/Staten van het gebiedsdeel Curaçao: verschil tussen versies

Uit Wikipedia, de vrije encyclopedie
Verwijderde inhoud Toegevoegde inhoud
Geen bewerkingssamenvatting
Regel 30: Regel 30:
| Noten=
| Noten=
}}
}}
De '''Staten van het gebiedsdeel Curaçao''' (afgekort '''Staten van Curaçao''') was tussen 1937 en 1949 de volksvertegenwoordiging en wetgevende raad voor het [[Curaçao en Onderhorigheden|gebiedsdeel Curaçao]] als opvolger van de [[Koloniale raad (Curaçao)|Koloniale Raad]] en voorganger van de [[Staten van de Nederlandse Antillen]]. De samenstelling van de staten bestond uit 10 gekozen leden en 5 door de Gouverneur benoemde leden. De verdeling van de gekozen leden was: 6 zetels voor Curaçao, 2 voor Aruba en 1 elk voor Bonaire en de Bovenwindse eilanden.
De '''Staten van het gebiedsdeel Curaçao''' (afgekort '''Staten van Curaçao''', maar ook aangeduid als '''Koloniale Staten''') was tussen 1937 en 1949 de volksvertegenwoordiging en wetgevende raad voor het [[Curaçao en Onderhorigheden|gebiedsdeel Curaçao]] als opvolger van de [[Koloniale raad (Curaçao)|Koloniale Raad]] en voorganger van de [[Staten van de Nederlandse Antillen]]. De samenstelling van de staten bestond uit 10 gekozen leden en 5 door de Gouverneur benoemde leden. De verdeling van de gekozen leden was: 6 zetels voor Curaçao, 2 voor Aruba en 1 elk voor Bonaire en de Bovenwindse eilanden.


Bij de Curaçaose staatsregeling van 1936, die op 1 april 1937 van kracht werd, veranderde de naam en samenstelling van de volksvertegenwoordiging. De Koloniale Raad ging Staten van Curacao heten en voor de samenstelling werd gekozen voor een gemengd model: 10 gekozen leden en 5 door de Gouverneur benoemde leden. De verdeling tussen de eilanden van de gekozen leden was: 6 zetels voor Curaçao, 2 voor Aruba en 1 elk voor Bonaire en de Bovenwindse eilanden. Later kwam hier wijziging in.
Bij de Curaçaose staatsregeling van 1936, die op 1 april 1937 van kracht werd, veranderde de naam en samenstelling van de volksvertegenwoordiging. De Koloniale Raad ging Staten van Curacao heten en voor de samenstelling werd gekozen voor een gemengd model: 10 gekozen leden en 5 door de Gouverneur benoemde leden. De verdeling tussen de eilanden van de gekozen leden was: 6 zetels voor Curaçao, 2 voor Aruba en 1 elk voor Bonaire en de Bovenwindse eilanden. Later kwam hier wijziging in.

Versie van 26 okt 2020 13:52


Kolonie Curaçao en Onderhorigheden
Kolonie
 West-Indische Compagnie 1845 – 1954 Nederlandse Antillen 
Vlag van Nederland
(Details)
Algemene gegevens
Hoofdstad Willemstad
Oppervlakte 980 km²
Talen Nederlands (officieel), Engels, Papiaments Spaans
Religie(s) overwegend christendom
Volkslied Wilhelmus
Munteenheid Antilliaanse gulden
Regering
Regeringsvorm kolonie van Nederland
Dynastie Oranje-Nassau
Staatshoofd Koning der Nederlanden
Plv. staatshoofd Gouverneur
Legislatuur Koloniale Staten (1833-1937)
Staten van het gebiedsdeel Curaçao (1937-1949)
Geschiedenis
- Oprichting 1856
- Wet op de staatsinrichting van Gebiedsdeel Curaçao 1937
- Statuut voor het Koninkrijk der Nederlanden 1954

De Staten van het gebiedsdeel Curaçao (afgekort Staten van Curaçao, maar ook aangeduid als Koloniale Staten) was tussen 1937 en 1949 de volksvertegenwoordiging en wetgevende raad voor het gebiedsdeel Curaçao als opvolger van de Koloniale Raad en voorganger van de Staten van de Nederlandse Antillen. De samenstelling van de staten bestond uit 10 gekozen leden en 5 door de Gouverneur benoemde leden. De verdeling van de gekozen leden was: 6 zetels voor Curaçao, 2 voor Aruba en 1 elk voor Bonaire en de Bovenwindse eilanden.

Bij de Curaçaose staatsregeling van 1936, die op 1 april 1937 van kracht werd, veranderde de naam en samenstelling van de volksvertegenwoordiging. De Koloniale Raad ging Staten van Curacao heten en voor de samenstelling werd gekozen voor een gemengd model: 10 gekozen leden en 5 door de Gouverneur benoemde leden. De verdeling tussen de eilanden van de gekozen leden was: 6 zetels voor Curaçao, 2 voor Aruba en 1 elk voor Bonaire en de Bovenwindse eilanden. Later kwam hier wijziging in.

Statenvoorzitter gekozen of benoemd?

Het kiesrecht

Terwijl het kiesrecht reeds in 1886 in Suriname werd geintroduceerd zou kolonie Curacao moeten wachten tot 1 april 1937.[1] IN 1938 een voorstel tot wijziging van het kiesreglement ter uitbreiding van het aantal kiesgerechtigden.

Het kiesrecht was tussen 1937 en 1948 beperkt; voor mannen bestond er beperkt passief en actief kiesrecht en voor vrouwen slechts beperkt passief kiesrecht. Het algemeen kiesrecht werd pas in 1948 ingevoerd op de Nederlandse Antillen. De laatste vergadering van de Koloniale Raad was op 31 maart 1938 en de eerste vergadering van de Staten van de Nederlandse Antillen vond op 4 april 1938 plaats.

Voor de censuskiesrecht was de eis een aanslag naar het jaarlijks inkomen van ten minste 1200 gulden. [2]

Sommige benoemingen werd beschouwd als correctieve benoemingen omdat de betrokkene aan de kant het bestuur stonden.

Gehouden verkiezingen

De eerste statenverkiezingen op grond van het "Curacaosche kiesreglement 1937" vonden op 20 december 1937 plaats.[3][4]

  • 20 december 1937[5]
  • 17 november 1941
  • November 1945[6]

The introduction of partial suffrage in 1936 led to the first elections in Curaçao in 1937. During these elections political parties made their debut and the political elite tried for the first time to win the support of the voting population. Two parties took part in these elections: the Catholic Party which was founded in 1936, and the Curaçao Political Unit which consisted primarily of non-Catholics and was founded in 1937.[7]

Staten van Curacao

Overgang: 1936-1938

De Koloniale Staten werden Staten van Suriname. Ingevolge de overgangsbepaling van de staatsregeling mochten de leden van de Koloniale Raad nog een jaar na haar inwerkingtreding aanblijven. Als opvolger van de Koloniale raad, kreeg Curaçao een nieuwe volksvertegenwoordiging, genaamd de Staten van het gebiedsdeel Curaçao. "De Staten" was samengesteld uit 15 leden, waarvan 10 rechtstreeks door de kiezer worden gekozen en 5 door de Gouverneur na raadpleging van de Raad van Bestuur worden benoemd.[8]

Zittingsperiode 1938-1942

De plechtige opening van de Staten van Curacao vond plaats op 5 april 1938 in de nieuwe statenzaal waar?? Hiermee werd voor de eilanden een nieuw bestuurlijk tijdperk ingeluid. De Curacaose Staatsregeling schrijft voor dat de zitting van de Staten jaarlijks op de eerste dinsdag van april door of namens de gouverneur wordt geopend.

  • Statenverkiezing op 20 december 1937
  • Zittingsperiode april 1938-1942 (8 katholieken, 2 joden, 5 protestanten)

De Staten was al volgt samengesteld:

 Leden  Zittingsperiode 1938-1942
 Verdeling  Naam  Partij  Opmerkingen
Gekozen Curacao Moises da Costa Gomez CKP
Ernesto Cecilio Martijn
Adolphe Desertine
J. Capriles lijst Capriles-Rustige
J. Rustige
Willy Maal lijst Jonckheer-
Suarez-Maal
Aruba Jacobo Arends RK Aruba
J.M. de Cuba ??
Bonaire John de Jongh CKP
Bovenwinden W.R. Plantz
Benoemd Curacao John Sprockel* benoemd statenvoorzitter
Isaac Capriles
Salomon Alfred Senior
Carel Nicolaas („Cai") Winkel*
Ph. Bichon van IJsselmonde* in 1940 opgevolgd door F. Vromans.
  • ) oudlid Koloniale Raad

Zittingsperiode 1942-1946

  • Zittingsperiode april 1942-1946[9]

(9 katholieken, 1 jood en 3 protestanten, 2 geen)

De Staten was al volgt samengesteld:

 Leden  Zittingsperiode 1942-1946
 Verdeling  Naam  Partij  Opmerkingen
Gekozen Curacao Moises da Costa Gomez CKP
Adolphe Desertine herkozen
John Sprockel tevens statenvoorzitter
Jean André Jacques Ellis
José Maria Pedro Kroon
Elias Aloisius Romer
Aruba Jan Hendrik Albert Eman Groep Eman
Frederik Kwartsz
Bonaire John de Jongh CKP herkozen
Bovenwinden William Rufus Plantz
Benoemd Curacao Ernesto Cecilio Martijn (Cur. Kath.Partij)
Salomon Alfred Senior herbenoemd
Frederik Augustus Vromans herbenoemd
Carel Nicolaas („Cai") Winkel herbenoemd
Aruba Jacob Rudolf Arends (RK Partij

Onder Eman senior verwerft de partij twee zetels in de Koloniale Staten, de volksvertegenwoordiging van het rijksdeel, waarheen de eilanden inmiddels wel eigen representanten afvaardigen. Maar de klachten over achterstelling bij en zelfs verwaarlozing ten opzichte van Curaçao nemen allengs toe. “De naijver tegenover het hoofdeiland heeft er bepaald bedenkelijke vormen aangenomen,” rapporteert tijdens de oorlog de latere katholieke parlementariër P.J. Kerstens.[10][11]

Zittingsperiode 1946-1949

  • staten 1946-1949: (de staten had deze periode slechts 14 leden)
  • Statenverkiezing 5 november 1945

De Staten was al volgt samengesteld:

 Leden  Zittingsperiode 1946-1949
 Verdeling  Naam  Partij  Opmerkingen
Gekozen Curacao Efraïn Jonckheer DP
W.W. de Regt
R. Wix
Moises da Costa Gomez CKP
John Sprockel statenvoorzitter ??
Aruba Jan Hendrik Albert Eman Groep Eman
Frederik Kwartsz
J.R. Arends (RK Aruba)
Bonaire vacant
Bovenwinden William Rufus Plantz
Benoemd Curacao Adolphe Desertine CKP , tevens voorzitter
C.W.J. Jonckheer
E. Cohen Henriquez
Aruba Victor Henriquez vacant
Bonaire L. Gerharts ?

NOTES
zie wikepedia - kiesrecht Uit Gebiedsdeel Curaçao: Zo werd de Koloniale Raad van Curaçao vervangen door de Staten van Curaçao net als in Suriname waar de Koloniale Staten vervangen werden door de Staten van Suriname. In beide gevallen bestond dit parlement uit vijftien leden van wie er tien werden gekozen en vijf door de gouverneur werden aangewezen. In dat jaar werd ook Curaçao en onderhorigheden omgedoopt tot het Gebiedsdeel Curaçao. In 1937 volgden de eerste verkiezingen waaraan vanwege het toen geldende census- en capaciteitskiesrecht voor mannen slechts ± 5 procent van de bevolking mocht meedoen.

Uit Staten van de Nederlandse Antillen: Op 20 december 1937 vond de eerste verkiezing voor de Staten van de Nederlandse Antillen plaats. De Staten was de opvolger van de Koloniale Raad van het Gebiedsdeel Curaçao, samengesteld uit dertien leden benoemd door de Gouverneur. In haar eerste samenstelling bestond de Staten uit vijftien leden, waarvan vijf leden benoemd door de Gouverneur en tien leden gekozen door de inwoners van de eilanden op basis van een beperkt mannen-kiesrecht gebonden aan een bepaalde graad van ontwikkeling, minimaal lagere school, en het betalen van belastingen. In 1949 had de invoering van het algemeen mannen- en vrouwenkiesrecht gevolgen voor de samenstelling van de Staten. Kroonleden kwamen te vervallen en ging de Staten enkel uit gekozen leden bestaan: 21 zetels met een vaste verdeling per eiland. De eerste zetelverhouding en het ledenaantal werden al in 1950 aangepast.[12]

Verkiezingen[13]


Kiesrecht. Vanaf 1938 hadden de vrouw het recht om gekozen te worden. , ondermeer hadden vrouwen vanaf 1938 enkel passief kiesrecht en geen actief kiesrecht. Bij de verkiezingen van 17 maart 1949 voor de Staten van de Nederlandse Antillen mochten vrouwen op de Nederlandse Antillen voor het eerst naar de stembus. Nadat vrouwen zich reeds vanaf 1938 het passief kiesrecht bezaten was zij de eerste die de politieke arena betrad. Zij was een voorvechtster voor de rechten van de vrouw.[1] Wernet stond op de door Felipe Tromp aangevoerde kieslijst van de partij UNA, als kandidaat nummer vijf. Zij was ook de enige vrouwelijke kandidaat van de drie kandidatenlijsten voor de kieskring Aruba.[2] Hiermee werd zij de eerste vrouw in de geschiedenis van Aruba die zich op het politieke arena begaf en kreeg UNA de eer de eerste Arubaanse politieke partij te zijn met een vrouwelijke kandidaat op de kieslijst. Op Aruba stemmen 12.819 mensen, waarvan 6.557 mannen en 6.262 vrouwen.[3] Zij kreeg 13 persoonlijke stemmen. Bij de statenverkiezingen van 21 december 1950 stond Wernet wederom als enige vrouw op Aruba op de kieslijst van UNA-II,een afsplitsing van UNA met A. Werleman als lijstaanvoerder. , maar behaalde wederom onvoldoende persoonlijke stemmen voor een zetel.

Na 1951 Laura a drenta arena politico. Laura a figura como number 9 riba e lista di partido Union Nacional Arubano II, cu tabata encabeza pa Apolonio Werleman. Tabatin un otro partido, UNA 1, cu tabata encabeza pa Felepito Tromp, kende for di 1986 a bira nos prome gobernador. Laura tabata prome dama cu a yega di aparece riba lista di un partido politico. Su trabaonan den tereno politico tabata cortico, pero cu tur seguridad a sirbi de ehempel cu a stimula otro hende muhe pa drenta politico. Laura a bandona politica na aña 1955[4]

Nadat in 1948?? het algemeen mannen- en vrouwenkiesrecht werd ingevoerd Wernet-Paskel was in 1949 de eerste Arubaanse vrouw die zich politiek verkiesbaar stelde. Een jaar eerder was een wet aangenomen die vrouwen ook actief en passief stemrecht toekende. Het algemeen kiesrecht voor de NA kwam in 1947? Tot stand. Vrouwen mochten daardoor bij de verkiezingen van 17 maart 1949 voor het eerst naar de stembus. Hiermee was Aruba en de UNA-partij koploper binnen de Nederlandse Antillen. [5] ?? kandidatenlijst van Curacao met 4 lijsten onderzoeken!! Was zij 4 og 5 op de lijst van UNA? Hiermee vestigde zij een mijlpaal in de vrouwengeschiedenis van Aruba. Uitslag verkiezingen 17 maart 1949 voor Staten van de NA, 5 zetels voor AVP en 3 voor UNA. Op Curacao kwamen ook vrouwen voor op de kandidatenlijsten, te weten L.C. van der Linde-Helmijr op de lijst van E. Jonckheer, Angela Altagracia de Lannoy-Willems op de lijst van Moises da Costa Gomez (NVP) en , A.A. Henriquez-Con op de lijst van I. Debrot en Eva Maria Fraenkel-Nieuwstraten op de lijst Herman Schotborgh (COP),[6] Op kandidatenlijst nr. 1 van Felipe Tromp positie nr. 5 Laura Wernet-Paskel.[7] Ze bleef tot 1955 actief in de politiek.

Toen de Nederlandse eilanden zelfbestuur zouden krijgen, betrad ze, als eerste Arubaanse vrouw, ook de politieke arena: in 1949 was ze de nummer vijf op de lijst van Union Nacional Aruba (UNA) maar haalde onvoldoende stemmen voor een zetel in de nieuwe Staten van de NA. Voor de eilandsraadverkiezingen in 1950 stond ze als nummer 4 op de lijst van UNA-II, een afsplitsing van de UNA.[8]

Zij was een voorvechtster voor rechten voor de vrouw. In 1953 organiseerde zij op Aruba een grote inzamelingsactie voor slachtoffers van de watersnoodramp in Zeeland.[9] Zij heeft het land waar zij heeft gestudeerd altijd hoog gehouden. In 1957 constateerden artsen kanker bij haar en op 1 januari 1960 moest zij daardoor noodgedwongen haar taak als onderwijzeres neerleggen. Zij overleed in 1962 in het Lago-hospitaal.

, politica en voorvechtster van vrouwenrechten?. Wernet was in 1949 de eerste vrouwelijke kandidaat op een Arubaanse kieslijst. Ze was in de electorale geschiedenis van Aruba de eerste vrouw die op een kieslijst verscheen.

Laura Paskel trouwde op 18 september 1937 in Oranjestad met Willem Wernet (1911-1990), Lago-medewerker, ondernemer. Uit dit huwelijk werden 6 zoons en 1 dochter geboren. Zij trouwde in 1937 met Willem Wernet te Oranjestad. Zij kregen 6. zoons en een dochter.

Het was dat toen gebruikelijk was kreeg ze als gehuwde vrouw ontslag. Toen ze in 1937 in het huwelijk trad met Willem Wernet, kreeg ze als getrouwde vrouw ontslag, zoals dat toen gebruikelijk was. Zo stond ze opnieuw voor de klas op de Mariaschool, maar ook op andere scholen, zoals het Filomena College in San Nicolas.

Wernet was bij de statenverkiezingen van de Nederlandse Antillen van 17 maart 1949 de eerste Arubaanse vrouw die zich politiek verkiesbaar stelde. In 1948 werd voor de zes eilanden van de Nederlandse Antillen het algemeen mannen- en vrouwenkiesrecht ingevoerd, een verruiming voor vrouwen die naast passief ook actief kiesrecht zonder beperkingen werden toegekend. Bij de eerstvolgende statenverkiezingen van 17 maart 1949 stelde Wernet zich als politiek verkiesbaar als eerste Arubaanse vrouw. Zij was een voorvechtster voor de rechten van de vrouw.[10]

Voor de invoering in 1948 van het algemene mannen- en vrouwenkiesrecht bestond er een beperkt census- en capaciteitskiesrecht.Hierbij konden vrouwen vanaf 1938 gekozen worden doch zelf stemmen. Bij de verkiezingen van 17 maart 1949 voor de Staten van de Nederlandse Antillen mochten vrouwen voor het eerst naar de stembus. Wernet stond op de door Felipe Tromp aangevoerde kieslijst van de partij UNA, als kandidaat nummer vijf en als enige vrouwelijke kandidaat van de drie kieslijsten.[11] Hiermee werd zij de eerste vrouw in de geschiedenis van Aruba die zich op het politieke arena begaf en UNA heeft de eer de eerste Arubaanse politieke partij te zijn met een vrouwelijke kandidaat op de kieslijst. Bij de statenverkiezingen van 21 december 1950 stond Wernet wederom als enige vrouw op Aruba op de kieslijst van UNA-II,een afsplitsing van UNA, maar behaalde eveneals in 1949 onvoldoende persoonlijke stemmen voor een statenzetel. omgIn Santa Cruz is er een basisschool Sint Jan naar haar vernoemd in het jaar ???, het Colegio Laura Paskel te Kadushi Largo.De basisschool in het district Sta Cruz draagt nu haar naam.Zo werd in 1992 de basisschool Sint Jan in Sante Cruz omgedoopt tot Colegio Laura Wernet-Paskel. Bekende RK vrouwenfiguur in Sta Cruz

Paskel stond als kandidaat nummer vijf op deze lijst en was ook de enige vrouwelijke kandidaat in de kieskring Aruba.[12] Door zich kandidaat te stellen op de lijst van een politieke partij maakte zij gebruik van het passief recht, dat overigens sinds 1938 voor de vrouw bestond. Met de invoering van het algemene mannen- en vrouwenkiesrecht in 1948 konden vrouwen voor het eerst stemmen. Dit gold ook voor die mannen, die voorheen onder de beperkingen bepalingen vielen. Door zich kandidaat te stellen op de lijst van een politieke partij maakte zij gebruik van het passief recht, dat overigens sinds 1938 voor de vrouw bestond. Met de invoering van het algemene mannen- en vrouwenkiesrecht in 1948 konden vrouwen voor het eerst stemmen. Dit gold ook voor die mannen, die voorheen onder de beperkingen bepalingen vielen.

Nadat in 1948 het algemene mannen-en vrouwenkiesrecht op de Nederlandse Antillen werd ingevoerd mochten vrouwen bij de statenverkiezingen van 17 maart 1949 voor het eerst naar de stembus. Vanaf 1938 had de vrouw reeds het passief kiesrecht. Laura Wernet-Paskel trad als eerste vrouw in het politieke arena in Aruba en maakte gebruik van het passief recht, die sinds 1938 bestond, om zich kandidaat te stellen bij de statenverkiezingen van 1949.

, die zich kandidaat stelde, nadat in 1948 een algemene mannen-en vrouwenkiesrecht ingevoerd werd. Daarvoor was het kiesrecht onderhevig aan een groot aantal beperkende bepalingen, zowel voor mannen en vrouwen. De vrouw kan weliswaar vanaf 1938 gekozen worden maar Laura Wernet-Paskel werd in 1949 de eerste vrouw op een kandidatenlijst in het kieskring Aruba. het zelf geen stemrecht.

Kiesrecht. Vanaf 1938 hadden de vrouw het recht om gekozen te worden. , ondermeer hadden vrouwen vanaf 1938 enkel passief kiesrecht en geen actief kiesrecht. Bij de verkiezingen van 17 maart 1949 voor de Staten van de Nederlandse Antillen mochten vrouwen op de Nederlandse Antillen voor het eerst naar de stembus. Nadat vrouwen zich reeds vanaf 1938 het passief kiesrecht bezaten was zij de eerste die de politieke arena betrad. Zij was een voorvechtster voor de rechten van de vrouw.[13] Wernet stond op de door Felipe Tromp aangevoerde kieslijst van de partij UNA, als kandidaat nummer vijf. Zij was ook de enige vrouwelijke kandidaat van de drie kandidatenlijsten voor de kieskring Aruba.[14] Hiermee werd zij de eerste vrouw in de geschiedenis van Aruba die zich op het politieke arena begaf en kreeg UNA de eer de eerste Arubaanse politieke partij te zijn met een vrouwelijke kandidaat op de kieslijst. Op Aruba stemmen 12.819 mensen, waarvan 6.557 mannen en 6.262 vrouwen.[15] Zij kreeg 13 persoonlijke stemmen. Bij de statenverkiezingen van 21 december 1950 stond Wernet wederom als enige vrouw op Aruba op de kieslijst van UNA-II,een afsplitsing van UNA met A. Werleman als lijstaanvoerder. , maar behaalde wederom onvoldoende persoonlijke stemmen voor een zetel.

Op de Nederlandse Antillen werd in 1948 het algemeen kiesrecht ingevoerd. Bij de statenverkiezingen van 17 maart 1949 gingen voor het eerst naar de stembus: vrouwen en dat deel van de mannen, dat voorheen op grond van welstand of ontwikkeling uitgesloten waren van het actief kiesrecht. Als bekende RK vrouwenfiguur stelde Laura Wernet-Paskel zich kandidaat op de UNA-lijst, aangevoerd door Felipe Tromp. Bij de partijstemming behaalde zij met 594 stemmen de vijfde plaats op de lijst.[16][17] Bij deze verkiezingen maakte als eerste en enige vrouw in Aruba gebruik van het passief kiesrecht, welk recht reeds vanaf 1936 voor vrouwen bestond.[18]

De Staten van het gebiedsdeel Curaçao (afgekort Staten van Curaçao) was tussen 1937 en 1949 de volksvertegenwoordiging wetgevende raad voor het gebiedsdeel Curaçao als opvolger van de Koloniale Raad en voorganger van de Staten van de Nederlandse Antillen. De samenstelling van de staten bestond uit 10 gekozen leden en 5 door de Gouverneur benoemde leden. De verdeling van de gekozen leden was: 6 zetels voor Curaçao, 2 voor Aruba en 1 elk voor Bonaire en de Bovenwindse eilanden.

De plechtige opening van de Staten van Curacao vond plaats op 5 april 1938 in de nieuwe statenzaal waar?? Hiermee werd voor de eilanden een nieuw bestuurlijk tijdperk ingeluid. De Curacaose Staatsregeling schrijft voor dat de zitting van de Staten jaarlijks op de eerste dinsdag van april door of namens de gouverneur wordt geopend.

Overgang: 1936-1938

De Curaçaose staatsregeling van 1936, getiteld "Wet op de staatsinrichting van Curaçao", trad op 1 april 1937 in werking. Bij de Landsregeling die op 1 april 1937 van kracht werd, veranderde de naam en samenstelling van de volksvertegenwoordiging. De Koloniale Staten werden Staten van Suriname. Ingevolge de overgangsbepaling van de staatsregeling mochten de leden van de Koloniale Raad nog een jaar na haar inwerkingtreding aanblijven. Als opvolger van de Koloniale raad, kreeg Curaçao een nieuwe volksvertegenwoordiging, genaamd de Staten van het gebiedsdeel Curaçao. "De Staten" was samengesteld uit 15 leden, waarvan 10 rechtstreeks door de kiezer worden gekozen en 5 door de Gouverneur na raadpleging van de Raad van Bestuur worden benoemd.[1]

Het kiesrecht

Terwijl het kiesrecht reeds in 1986 in Suriname werd geintroduceerd zou kolonie Curacao moeten wachten tot 1 april 1937.[2] IN 1938 een voorstel tot wijziging van het kiesreglement ter uitbreiding van het aantal kiesgerechtigden.

Het kiesrecht was tussen 1937 en 1948 beperkt; voor mannen bestond er beperkt passief en actief kiesrecht en voor vrouwen slechts beperkt passief kiesrecht. Het algemeen kiesrecht werd pas in 1948 ingevoerd op de Nederlandse Antillen. De laatste vergadering van de Koloniale Raad was op 31 maart 1938 en de eerste vergadering van de Staten van de Nederlandse Antillen vond op 4 april 1938 plaats.

Voor de censuskiesrecht was de eis een aanslag naar het jaarlijks inkomen van ten minste 1200 gulden. [3]

Gekozenen: 1938-1942

  • voor Curacao:
  1. Moises Frumencio da Costa Gomez (Cur. Kath.Partij)
  2. Ernesto Cecilio Martijn (Cur. Kath.Partij)
  3. Adolphe Desertine (Cur. Kath. Partij)
  4. J. Capriles (lijst Capriles-Rustige)
  5. J. Rustige (lijst Capriles-Rustige)
  6. Willy Maal (lijst Jonckheer-Suarez-Maal)
  • voor Aruba:
  1. Jacob Rudolf Arends
  2. J.M. de Cuba
    • voor Bonaire: John de Jongh (CKP)
    • voor Bovenwinden: W.R. Plantz

Benoemingen: John Sprockel (voorzitter en oudlid-KR)), Isaac Capriles, Salomon Alfred Senior, Carel Nicolaas („Cai") Winkel (oudlid-KR), Ph. Bichon van IJsselmonde (oudlid-KR), later in 1940 opgevolgd door Vromans.




De Staten van Suriname was de volksvertegenwoordiging toen Suriname nog deel uitmaakte van het Koninkrijk der Nederlanden, en in de eerste periode van de onafhankelijkheid. Het was de voorloper van De Nationale Assemblée van de Republiek Suriname.

Bij de Landsregeling die op 1 april 1937 van kracht werd, veranderde ook de naam van de volksvertegenwoordiging. De Koloniale Staten werden Staten van Suriname. De Staten bestonden voorlopig uit 10 gekozen en 5 benoemde leden. Overigens had maar 2% van de Surinamers toen stemrecht.

In 1949 werden de Staten voor het eerst gekozen bij algemeen kiesrecht. Er kwam een kabinet, benoemd door de Gouverneur, maar verantwoording schuldig aan de Staten. Dit alles vond zijn neerslag in het Statuut voor het Koninkrijk der Nederlanden van 1954 en in de eerste grondwet van de Republiek Suriname van 1975.

Toen Suriname op 25 november 1975 een onafhankelijk land werd, werd de volksvertegenwoordiging Parlement van de Republiek Suriname genoemd. Bij de staatsgreep van 1980 werd dit parlement buiten werking gesteld.



Samenstelling Staten

  • Zittingsperiode april 1942-1946[4] (9 katholieken, 1 jood en 3 protestanten, 2 geen)

Gekozenen:

  • voor Curacao:
  1. John Sprockel, tevens voorzitter (CKP),
  2. Adolphe Desertine (Cur. Kath. Partij),
  3. Jean André Jacques Ellis (Cur. Kath.Partij),
  4. Moises Frumencio da Costa Gomez (Cur. Kath. Partij),
  5. José Maria Pedro Kroon (Cur. Kath. Partij)
  6. Elias Aloisius Romer (Cur. Kath. Partij),
  • voor Aruba:
  1. Jan Hendrik Albert Eman (Groep Eman),
  2. Frederik Kwartsz (Groep Eman).
  • voor Bonaire: John de Jongh (herkozen, Curacaose Kath. Partij)
  • voor Bovenwinden: William Rufus Plantz (partijloos)

Benoemden: Jacob Rudolf Arends (RK Partij Aruba), Ernesto Cecilio Martijn (Cur. Kath.Partij), Salomon Alfred Senior (herbenoemd, partijloos); Frederik Augustus Vromans (herbenoemd, partijloos) en Carel Nicolaas („Cai") Winkel (herbenoemd, partijloos)


Gekozenen: 1942-1946

  • voor Curacao:
  1. John Sprockel, tevens voorzitter (CKP),
  2. Adolphe Desertine (Cur. Kath. Partij),
  3. Jean André Jacques Ellis (Cur. Kath.Partij),
  4. Moises Frumencio da Costa Gomez (Cur. Kath. Partij),
  5. José Maria Pedro Kroon (Cur. Kath. Partij)
  6. Elias Aloisius Romer (Cur. Kath. Partij),
  • voor Aruba:
  1. Jan Hendrik Albert Eman (Groep Eman),
  2. Frederik Kwartsz (Groep Eman).
  • voor Bonaire: John de Jongh (herkozen, Curacaose Kath. Partij)
  • voor Bovenwinden: William Rufus Plantz (partijloos)

Benoemden: Jacob Rudolf Arends (RK Partij Aruba), Ernesto Cecilio Martijn (Cur. Kath.Partij), Salomon Alfred Senior (herbenoemd, partijloos); Frederik Augustus Vromans (herbenoemd, partijloos) en Carel Nicolaas („Cai") Winkel (herbenoemd, partijloos)



  • staten 1946-1949: (de staten had deze periode slechts 14 leden)
  • Statenverkiezing 5 november 1945
  • voor Curacao gekozen:
  1. Efrain Jonckheer (DP)
  2. W.W. de Regt (DP)
  3. R. Wix
  4. M. da Costa Gomez (CKP)
  5. J.H. Sprockel (CKP)
  • voor Aruba gekozen:
  1. Jan Hendrik Albert Eman (Groep Eman),
  2. Frederik Kwartsz (Groep Eman)
  3. J.R. Arends (RK Aruba)
  • voor Bonaire: L. Gerharts (automatisch gekozen wegens ontbreken van tegenkandidaten, maar verzuimde geloofsbrieven in te leveren)
  • voor Bovenwinden: W.R. Plantz, tevens ondervoorzitter (automatisch gekozen wegens geen tegenkandidaten)

Benoemden door Gouverneur: Adolphe Desertine, tevens voorzitter (Cur. Kath. Partij), voor Bonaire:L. Gerharts, voor Aruba: Victor Henriquez, voor Curacao C.W.J. Jonckheer en E. Cohen Henriquez

Sommige benoemingen werd beschouwd als correctieve benoemingen omdat de betrokkene aan de kant het bestuur stonden.

  1. "Wet op de Staatsinrichting van Curaçao", Amigoe, 3 juli 1936. Geraadpleegd op 15 juni 2019.
  2. "Van Raad naar Staten", Amigoe, 2 april 1938. Geraadpleegd op 11 mei 2020.
  3. Staten (111), 29 juli 2018
  4. "[https://resolver.kb.nl/resolve?urn=ddd:010401014:mpeg21:pdf Ook Arends, Martijn, Winkel Senior en Vromans in de Staten]", Amigoe, 27 november 1941. Geraadpleegd op 10 mei 2020.