Sultanaat van Bandjar
| Sultanaat van Bandjar | |||||
|---|---|---|---|---|---|
| Vazalstaat van het Sultanaat Demak (1526–1548) Soevereine staat (1548–1826) Protectoraat van Nederlands-Indië (1826–1905) Gewoonteregering onder Indonesië (sinds 2010) | |||||
| |||||
|
| |||||
| Kaart | |||||
| Sultanaat van Bandjar onder Sultan Soeleiman, jaren 1810 | |||||
| Algemene gegevens | |||||
| Hoofdstad | Koein (1520–1612) Pamakuan (1612–1622) Muara Tambangan (1622–1632) Batang Banyoe (1632–1642) Oude Martapura (1642–1663) Batang Alaië (1663–1680) Banjarmasin (1663–1680) Kayu Tangi (1680) Martapura (1771–1806)[a] Banjarmasin (1857–1862) Baras Koening (1862–1905) | ||||
| Oppervlakte | 31,911,149 km² (1700s) | ||||
| Talen | Bandjarees (officieel), Maleis, Dajaks | ||||
| Religie(s) | Islam (officieel), christendom, kaharingan, confucianisme. | ||||
| Regering | |||||
| Regeringsvorm | Islamitisch sultanaat gebaseerd op mandala | ||||
| Dynastie | Huis van Bandjermasin | ||||
| Staatshoofd | Sultans van Bandjar | ||||
Het Sultanaat van Bandjar (Bandjarees: كسلطانن بنجر) was een natiestaat van het Banjar in de vorm van een islamitisch sultanaat in Borneo. Het werd gevestigd in 1526 en bestond tot het in 1860 werd ontbonden door de koloniale regering van Nederlands-Indië en in 1905 ineenstortte.[3][4][5][6][7] Het sultanaat werd hersteld in 2010, maar zonder politieke macht.[8][9][10][11]
Geschiedenis
[bewerken | brontekst bewerken]Het sultanaat stond oorspronkelijk bekend als het "Kayu Tangi-koninkrijk", met Kayu Tangi als hoofdstad. Na een lange burgeroorlog die de Daha-staat verwoestte, kwam Soeria Angsa I (1520–1540) als overwinnaar tevoorschijn. Hij kroonde zichzelf tot de eerste sultan van Bandjar en vestigde zijn hoofdstad in Kuin. Kort na de stabilisatie van de nieuwe staat gaf hij opdracht tot een enorme uitbreiding van Sambas en de Sulu-eilanden. Het uitgestrekte gebied werd beheerd door zijn zoon, Rachmat Allah (1540–1570).[12]
Ondanks het verlies van een aantal gebieden was de heerschappij van Moesta'in bi-llah (1595–1642)[12] het hoogtepunt van Bandjars macht met de ontwikkeling van de peperhandel en Bandjars dominantie over de omliggende zeeën, die een strategisch handelspunt werden van de Straat van Malakka en het Brunei tot het Gowa en de Maluku. Tegen het einde van zijn regeerperiode kreeg Moesta'in bi-llah te maken met een conflict met de Verenigde Oostindische Compagnie (VOC), wat culmineerde in een mislukte aanval op Banjarmasin in 1633. Deze mislukte VOC-aanval versterkte de positie van Moesta'in bi-llah, en het conflict duurde voort tijdens de regeerperiode van zijn zoon Inajat Allah (1642–1645). Uiteindelijk stemden de Nederlanders ermee in een vredesverdrag te ondertekenen tijdens de regering van Ra'jat Allah (1660–1663).
Van 1663 tot 1679 was er een burgeroorlog tussen Soeria Nata II gevestigd in Banjarmasin en Soeria Angsa II gevestigd in Batang Alai. De Nederlandse steun voor Soeria Angsa II en Soeria Angsa II's overwinning bij de invasie van Banjarmasin in 1679 gaven de VOC meer economische invloed, en de VOC begon Bandjar geleidelijk te overheersen. Na uitgebreide uitbreidingen en onderhandelingen slaagden Tamdjid Allah I (1734–1759) en zijn schoonzoon, Mohammad van Bandjar (1759–1761), erin het grootste deel van het grondgebied van Bandjar te heroveren, waarbij de laatste een hard standpunt innam tegen de Nederlanders. Tahmid Allah II (1761–1801) slaagde erin de invloed van de VOC in Bandjar te verminderen, hoewel hij opnieuw veel gebieden aan de VOC overdroeg. Deze gebieden werden opnieuw gecontroleerd door Bandjar ten tijde van Soeleiman van Bandjar (1801–1825). Het Bandjar-sultanaat werd gereduceerd tot een Nederlands protectoraat tijdens de regeerperiode van Adam van Bandjar (1825-1857), en de invloed van de sultan werd onderdrukt.
De opvolgingscrisis van Adam van Bandjar en de eenzijdige benoeming van Tamdjid Allah II (1857-1859) door de Nederlanders leidden tot het uitbreken van de Bandjermasinse Oorlog, waarin oppositietroepen die sultan Hydajat Allah II (1859-1862) steunden erin slaagden de opvolgingsstrijd te winnen. De Nederlanders, die dit niet accepteerden, ontbonden het sultanaat in 1960, en Hydajat Allah II werd verbannen naar het regentschap Cianjur. Prins Antassari (1862) werd geïnstalleerd als sultan van Bandjar en leidde een kortstondig verzet voordat hij stierf aan de pokken. Moehammad Seman (1862-1905) leidde een regering in ballingschap in Puruk Cahu, bekend als Pagustian, voordat hij in 1905 werd vermoord, wat de val van het Bandjar-sultanaat betekende.[12] In 2010 werd het Bandjar-sultanaat hersteld met de kroning van al-Mu'tasim bi-llah tot 22e sultan van Bandjar.
Genealogie van de Sultans van Banjar
[bewerken | brontekst bewerken]| Soeria Angsa I (1) 1520–1540 | |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
| Rachmat Allah (2) 1540–1570 | |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
| Hydajat Allah I (3) 1570–1595 | |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
| Moesta'in bi-llah (4) 1595-1642 | |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
| Inajat Allah (5) 1642-1645 | Ra'jat Allah (7) 1660–1663 | ||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
| Sa'id Allah (6) 1645–1660 | Soeria Nata II (9) 1663–1679 | ||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
| Soeria Angsa II (8) 1660–1679, 1679–1700 | |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
| Tahmid Allah I (10) 1700–1717 | Kasoema Dilaga (11) 1717–1730 | ||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
| Koening (12) 1730–1734 | Tamdjid Allah I (13) 1734–1759 | ||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
| Mohammad (14) 1759–1761 | Tahmid Allah II (15) 1761–1801 | ||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
| Prins Amir | Soeleiman (16) 1801–1825 | ||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
| Prins Mas'oed | Adam (17) 1825–1857 | Prins Singhasari | |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
| Khalifat al-Moe'minin (20) m. 1862 | Kroonprins Abdul Rahman | Prins Aboe Bakar | |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
| Moehammad Seman (21) 1862–1905 | Tamdjid Allah II (18) 1857–1859 | Hydajat Allah II (19) 1859–1862 | Prins Umar | ||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
| Prins Joemari | |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
| al-Mu'tasim bi-llah (22) 2010– | |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
Notities
[bewerken | brontekst bewerken]Referenties
[bewerken | brontekst bewerken]- ↑ Moor, J. H. (1837). Notices of the Indian archipelago & adjacent countries: being a collection of papers relating to Borneo, Celebes, Bali, Java, Sumatra, Nias, the Philippine islands .... Singapore: F.Cass & co..
- ↑ Salinan arsip. Gearchiveerd op 18 januari 2012. Geraadpleegd op 3 juli 2011.
- ↑ The New American encyclopaedia: a popular dictionary of general knowledge. D. Appleton (1865), pp. 571.
- ↑ Houtsma, M. Th. (1987). E. J. Brill's first encyclopaedia of Islam 1913-1936. BRILL, pp. 647. ISBN 9004082654.ISBN 978-90-04-08265-6
- ↑ KALIMANTAN SELATAN
- ↑ Politik dan Perdagangan Lada di Kesultanan Banjar. Gearchiveerd op 18 januari 2012. Geraadpleegd op 3 juli 2011.
- ↑ Sejarah nasional Indonesia: Jaman pertumbuhan dan perkembangan kerajaan-kerajaan Islam di Indonesia. PT Balai Pustaka (1992), pp. 85. ISBN 978-979-407-409-1.
- ↑ Van Doren, J. B. J (1860). Bydragen tot de kennis van verschillende overzeesche landen, volken, enz. J. D. Sybrandi.
- ↑ Ooi, Keat Gin (13 October 2004). Southeast Asia: a historical encyclopedia, from Angkor Wat to East Timor. ABC-CLIO, 2004, pp. 211. ISBN 1576077705.ISBN 978-1-57607-770-2
- ↑ Brookes, Richard (1843). Brookes's Universal gazetteer: re-modelled and brought down to the present time. E.H. Butler, pp. 73.
- ↑ Reconstructie van het archief van de VOC-vestiging. Gearchiveerd op 21 februari 2014. Geraadpleegd op 4 augustus 2011.
- ↑ a b c Koninklijk Bataviaasch Genootschap van Kunsten en Wetenschappen (1860). Tijdschrift voor Indische taal-, land- en volkenkunde. Lange, pp. 94.