Uitvoerende macht

Uit Wikipedia, de vrije encyclopedie

De uitvoerende macht is naast de wetgevende macht en de rechterlijke macht, de invulling van het idee van scheiding der machten binnen een staat; dit politieke systeem staat bekend als de Trias Politica van Charles Montesquieu. De uitvoerende macht houdt vooral in: vrede sluiten, oorlog voeren, zorg voor de openbare orde, en verdediging van het land. De uitvoerende macht heeft tevens als taak dat de wetten - uitgevaardigd door de wetgevende macht - worden toegepast en nageleefd.

Nederland[bewerken | brontekst bewerken]

In Nederland wordt de uitvoerende macht onder andere bekleed door:

Daarnaast zijn er nog andere organen die 'met openbaar gezag bekleed' zijn en tot de uitvoerende macht behoren. Daaronder vallen zelfstandige bestuursorganen.

België[bewerken | brontekst bewerken]

Federale overheid[bewerken | brontekst bewerken]

Op federaal (Belgisch) niveau wordt de uitvoerende macht volgens de Grondwet uitgeoefend door de Koning. Doordat de Koning geen handelingen kan stellen zonder dat hij hierin gedekt wordt door een minister, berust de uitvoerende macht in de praktijk bij de Federale regering, onder leiding van de eerste minister. Deze oefent de uitvoerende macht uit door middel van koninklijk besluit (KB) en ministerieel besluit (MB).

Gewesten[bewerken | brontekst bewerken]

De uitvoerende macht wordt in de gewesten uitgeoefend door de gewestregeringen (vroeger: gewestexecutieven), onder leiding van een minister-president. Zij oefenen hun macht uit door middel van regeringsbesluiten (RB) en ministeriële besluiten (MB). Dit zijn:

Hun werking wordt grotendeels geregeld in de Bijzondere Wet op de Hervorming van de Instellingen (BWHI) en de Bijzondere Brusselwet.

Gemeenschappen[bewerken | brontekst bewerken]

De uitvoerende macht wordt in de gemeenschappen in de regel uitgeoefend door de gemeenschapsregeringen (vroeger gemeenschapsexecutieven), onder leiding van een minister-president. Zij oefenen hun macht uit door middel van regeringsbesluiten (RB) en ministeriële besluiten (MB) Dit zijn:

Hun werking wordt grotendeels geregeld in de Bijzondere Wet op de Hervorming van de Instellingen (BWHI).

In Brussel worden een aantal gemeenschapsbevoegdheden uitgeoefend door:

De mate waarin dit kan, wordt geregeld in de Bijzondere Brusselwet

Provincies[bewerken | brontekst bewerken]

In de provincies wordt de uitvoerende macht uitgeoefend door de gouverneur en de bestendige deputatie.

Gemeenten[bewerken | brontekst bewerken]

In de gemeenten berust de uitvoerende macht bij de burgemeester en de schepenen, verenigd in het College van burgemeester en schepenen.

Gedecentraliseerde instellingen, parastatalen, etc.[bewerken | brontekst bewerken]

Door de toename aan overheidstaken zijn een aantal bevoegdheden van de uitvoerende macht overgedragen aan parastatalen (bankcommissie) en andere instellingen. De democratische controle op deze instellingen is echter veel beperkter.