Weesgegroet
Beluister |
(info) |
Het Weesgegroet (Latijn: Ave Maria) is een gebed gericht aan de Heilige Maagd Maria, de moeder van Jezus Christus. Het neemt een belangrijke plaats in binnen het rozenkransgebed

- Het eerste gedeelte van het gebed komt uit Lucas 1:28 (de begroetingswoorden van de aartsengel Gabriël).
- Wees gegroet, vol van genade, de Heer is met u.
- Het tweede gedeelte van het gebed komt uit Lucas 1:42 (de bezegeningswoorden van Elisabet, de nicht van Maria).
- U bent de gezegende onder de vrouwen, en gezegend is de vrucht van uw schoot!
- Het derde gedeelte van het gebed komt van de traditie. De titel moeder van God is door het Concilie van Efeze (431) goedgekeurd. Rond de zestiende eeuw is dit laatste deel aan het gebed toegevoegd.
- Heilige Maria, moeder van God, bid voor ons zondaars, nu en in het uur van onze dood
De woorden 'Maria' en 'Jezus' zijn aan het eerste, respectievelijk 2e deel toegevoegd (zie onder). Pas na de elfde eeuw is het gebruik van het Weesgegroet vast te stellen uit bronnen. Volgens Thomas Aquinas waren de genoemde toevoegingen van de woorden 'Maria' en 'Jezus' de enige aan de tekst uit het evangelie. Het derde deel van het gebed is dus later ontstaan. Rond het concilie van Trente (16e eeuw) is het derde deel officieel toegevoegd.
In de (byzantijnse) oosterse kerken bidt men een gebed dat op het weesgegroet lijkt:
Toonzettingen[bewerken]
Verschillende componisten hebben het Ave Maria getoonzet, waaronder Gounod. In zijn Ave Maria gebruikt hij het akkoordenpatroon van de eerste Prelude uit het Wohltemperierte Klavier van J.S.Bach als basis voor zijn melodie. Wereldberoemd is ook Ellens dritter Gesang, beter bekend als het Ave Maria van Schubert. In veel uitvoeringen wordt daarbij de originele Duitse tekst vervangen door het Latijnse 'Ave Maria'.