Naar inhoud springen

Hydraulische analogie

Uit Wikipedia, de vrije encyclopedie

De hydraulische analogie is het vergelijken van water met elektriciteit. Dit wordt vaak gebruikt als didactisch middel in het vak elektriciteit. Voor veel studenten kan deze benadering nuttig zijn vanwege het feit dat onze zintuigen de verschijnselen van water direct kunnen waarnemen. Bij elektriciteit zijn het alleen maar de effecten daarvan. Maar deze analogie kan ook omgekeerd gebruikt worden voor het modelleren van waterstromen.

Iedere analogie is niet volkomen maar dat zijn in dit geval ondergeschikte punten. Bijvoorbeeld de elektrische stroom: in de hydrauliek kan er sprake zijn van een langzame doorstroming, waar in de elektriciteitsleer de elektronen altijd met ongeveer dezelfde snelheid bewegen. Ook kan in halfgeleiders en elektrolyten een "tekort" aan elektronen zich verplaatsen in de vorm van "gaten" of ionen. Dit is echter van ondergeschikt belang omdat de elektrische stroom als totaal vergelijkbaar is met het debiet bij water.

Overeenkomsten

[bewerken | brontekst bewerken]

Praktische toepassing

[bewerken | brontekst bewerken]

Rond 1937 realiseerde dr Johan van Veen dat deze analogie praktisch gebruikt kon worden voor het berekenen van getijstroming in zeegaten.[1] Na de stormvloed van 1953 heeft hij dit werden uitgewerkt in het elektrisch analogon, wat later door Rijkswaterstaat verder werd uitgebouwd tot de analoge computer Deltar, waarmee alle waterloopkundige berekeningen voor de afsluitingswerken tot ca 1975 zijn uitgevoerd. Voor de recentere sluitingen is men overgestapt op digitale computers, die toen beschikbaar kwamen.

  1. Van Veen, Johan (1937). The analogy between tides and electrical currents. Rijkswaterstaat BER037. Gearchiveerd op 22 mei 2023.