Kwatrijn

Uit Wikipedia, de vrije encyclopedie

Een kwatrijn is een gedicht of een strofe van een gedicht van vier versregels en twee rijmklanken. Het woord is afgeleid van het Franse quatrain, van quatre, voor vier.[1]

Het rijmschema is meestal a-a-b-b, maar ook a-b-a-b en andere schema's zijn mogelijk. Een kwatrijn heeft gewoonlijk een ernstige, levensbeschouwelijke inhoud. Een schrijver van kwatrijnen was de Perzische dichter Omar Khayyám. Deze kwatrijnen kregen van vertaler Edward FitzGerald de naam Rubaiyat of رباعیات mee, afgeleid van de Arabische stam voor vier. Een bekende Nederlandse dichter van kwatrijnen was Jacob Israël de Haan.

Voorbeeld[bewerken | brontekst bewerken]

Vereerd doch Verbaasd van Simon Vestdijk
Latijn
Nederlands

Vides ut alta stet nive candidum
Soracte nec iam sustineant onus
silvae laborantes geluque
flumina constiterint acuto?
Horatius, Odae I 9.

Zie je hoe de berg Soracte hoog oprijst,
maagdelijk wit van de sneeuw; hoe de bossen
bijna bezwijken onder hun zware vracht, en de
waterstromen stil staan door de strenge vorst?
Horatius, Oden I 9.