Berijpte veldridderzwam
Berijpte veldridderzwam | |||||||||||||||
---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|
Taxonomische indeling | |||||||||||||||
| |||||||||||||||
Soort | |||||||||||||||
Melanoleuca subpulverulenta (Pers.) Singer (1939) | |||||||||||||||
Synoniemen | |||||||||||||||
Tricholoma subpulverulentum | |||||||||||||||
|
De berijpte veldridderzwam (Melanoleuca subpulverulenta) is een schimmel behorend tot de familie Tricholomataceae. Hij leeft saprotroof op humeuze bodems in loof- en gemengde bossen op min of meer voedselrijke, meestal zandige bodems; ook vermeld van zandige plekken in de kustduinen.
Kenmerken[bewerken | brontekst bewerken]
Uiterlijke kenmerken[bewerken | brontekst bewerken]
- Hoed
Het is een vrij forse, licht grijsbruine soort. De hoed heeft een diameter van 4 tot 8 cm en de kleur is asgrijs.
- Steel
De steel heeft een lengte van 60–100 mm en een dikte van 7–12 mm en is gezwollen aan de basis.
- Lamellen
De lamellen zijn subdecurrent en de kleur is wit of crème.
Microscopische kenmerken[bewerken | brontekst bewerken]
De sporen zijn elliptisch en 6–8 × 4–5 µm groot. De cystidia zijn flesvormig met een zeer hoge hals en ongesepteerd.
Vergelijkbare soorten[bewerken | brontekst bewerken]
Deze paddenstoel lijkt op de zwartwitte veldridderzwam, maar volgens de Ecologische Atlas heeft deze laatste genoemde soort een sterk berijpte hoed en wat grotere sporen (6,5-10 x 5-6 µm).
Verspreiding[bewerken | brontekst bewerken]
In Nederland komt de berijpte veldridderzwam zeer zeldzaam voor.
Bronnen, noten en/of referenties |