Overleg:Fitness (biologie)

Pagina-inhoud wordt niet ondersteund in andere talen.
Onderwerp toevoegen
Uit Wikipedia, de vrije encyclopedie
Laatste reactie: 12 jaar geleden door Viridiflavus in het onderwerp Seksuele selectie

Helper gedrag[brontekst bewerken]

Merk op dat helpergedrag ook tussen niet-verwanten kan voorkomen. Hierbij hoopt een individu (meestal mannetjes) door mee te helpen bij het opbrengen van andermans nakomelingen, dat hij het territorium kan overnemen wanneer de eigenaar van hetzelfde geslacht sterft of op zogenaamde extra-paar copulaties (overspel). Hierbij probeert het tweede mannetje het wijfje te bevruchten, en kan zo toch onmiddellijk zijn fitness verhogen.
Dergelijk helpergedrag verhoogt ook de ervaring van de helper, waardoor deze zijn eigen kinderen succesvoller kan opbrengen en ook zo terug een hogere fitness kan bekomen.

Ik vond deze tekst erg onduidelijk, en ook geschreven vanuit een rationeel denkend dier dat op de hoogte is van de laatste evolutionaire theorieën. Is er ergens een bron te vinden voor deze beweringen? Voorlopig dus uit het artikel gehaald in afwachting van aanpassing of constructief overleg (bronnen, welke dieren betreft het (voorbeelden)?). Ook zou ik niet weten hoe ik dat zou kunnen opmerken vanuit het voorgaande voorbeeld. Viridiflavus (overleg) 6 okt 2011 16:32 (CEST)Reageren

Seksuele selectie[brontekst bewerken]

Een eerste hypothese die seksuele selectie verklaart is het handicapprincipe (Zahavi, 1975). Deze stelt dat als het mannetje een zo belastende structuur kan dragen én dit kan overleven (een lange staart geeft nl. problemen bij vliegen en vluchten voor predatoren, met andere woorden de staart is een handicap, een belemmering), dan moet het mannetje wel gezond zijn en goede genen hebben. Dit zorgt er dus voor dat ook de genen van de moeder meer kans maken om aan volgende generaties doorgegeven zullen worden. Zo wordt ook haar fitness groter.
Een andere mogelijke verklaring voor seksuele selectie is de sexy son-hypothese (Engels: aantrekkelijke zoon), waarbij de vrouwtjes er van uit gaan dat hun genen door hun (voor andere vrouwtjes) aantrekkelijke zonen meer verspreid zullen geraken. Met andere woorden, als de vrouwtjes enkel paren met het mannetje met de mooiste staart, zullen hun mannelijke nakomelingen in mindere of meerdere mate ook een mooie staart hebben, en dus ook relatief meer succes hebben bij andere vrouwtjes. Hierbij zullen de genen van de moeder dan ook relatief meer verspreid geraken in de populatie.
Bij het ontstaan van een dergelijk kenmerk, treedt een positieve terugkoppeling in gang, waarbij het kenmerk in de richting van de vrouwelijke voorkeur (de seksuele selectie) blijft toenemen totdat de kosten, gepaard gaande met dit kenmerk (bv. sterfte doordat het mannetje niet meer kan ontsnappen aan predatoren, wat dan weer natuurlijke selectie is), even groot worden als het voordeel (meer succes bij voortplanting). Eenmaal deze balans bereikt is (voordelen en kosten heffen elkaar op) zal het kenmerk niet meer in die richting verder kunnen evolueren (dan is bv. de maximale lengte van een pauwenstaart bereikt). Deze positieve terugkoppeling wordt in dit geval Fisher's runaway selection genoemd, naar de bioloog R.A. Fisher die de hypothese in 1915 opgesteld heeft. Ik zie niet in in hoeverre de toevoeging dit stukje over seksuele selectie op deze manier bijdraagt aan een artikel over fitness. Zou het niet beter zijn relevante stukken in het artikel over seksuele selectie te plaatsen?, of meer expliciet in te gaan op de relatie tussen een opvallend seksueel kenmerk en het concept van fitness. Viridiflavus (overleg) 6 okt 2011 17:39 (CEST)Reageren