Zeekweek-associatie

Uit Wikipedia, de vrije encyclopedie
Zeekweek-associatie
Zeekweek-associatie met zeekweek
Zeekweek-associatie met zeekweek
Syntaxonomische indeling
Klasse:Asteretea tripolii
(zeeaster-klasse)
Orde:Glauco-Puccinellietalia
(kweldergras-orde)
Verbond:Armerion maritimae
(verbond van Engels gras)
Associatie
Atriplici-Elytrigietum pungentis
Westh. & Beeft. in Beeft. 1962

De zeekweek-associatie (Atriplici-Elytrigietum pungentis) is een associatie uit het verbond van Engels gras (Armerion maritimae). Het is een een blijvende vegetatie van buitendijkse, hoge schorren, een soortenarme plantengemeenschap met dominantie van zeekweek. Deze associatie is te vinden langs de Europese Atlantische- en Noordzeekusten.

Naamgeving en codering[bewerken | brontekst bewerken]

De wetenschappelijke naam Atriplici-Elytrigietum pungentis is afgeleid van de botanische namen van gewone zoutmelde (Atriplex portulacoides) en een synoniem van de associatiekensoort zeekweek (Elymus athericus, syn. Elytrigia pungens).

Fysiognomie[bewerken | brontekst bewerken]

De zeekweek-associatie is een vrij dicht, kniehoog, blauwgrijs gekleurd grasland, zeer soortenarm en gedomineerd door zeekweek. De boom- en moslaag zijn afwezig, de struiklaag wordt karig vertegenwoordigd door dwergstruiken van gewone zoutmelde.

Ecologie[bewerken | brontekst bewerken]

Deze plantengemeenschap komt voor op buitendijkse, middelhoge tot hoge schorren, die alleen nog bij stormvloed overstromen. De bodem is zandig maar dikwijls bedekt met half verteerd plantaardig materiaal, het grondwater licht brak tot vrijwel zoet. We vinden dit soort plaatsen op lage, zandige duintjes, op hoge oeverwallen en aan de voet van dijken en grotere duinen.

Ze komt dus voor in een zone iets hoger dan de verwante zeealsem-associatie.

Successie[bewerken | brontekst bewerken]

De zeekweek-associatie ontstaat op termijn uit vegetaties van het verbond van gewoon kweldergras of het verbond van stomp kweldergras bij het achterwege blijven van begrazing, inclusief begrazing door grauwe gans. Het eindstadium van deze successie wordt gevormd door soortenarme of monospecifieke vegetaties van het riet-verbond.

Toename van de begrazing kan deze successie terugdringen.

Verspreiding[bewerken | brontekst bewerken]

De zeekweek-associatie heeft een uitgebreid verspreidingsgebied in West-Europa, langs de kustlijn van Spanje tot Denemarken en Engeland.

In Nederland is ze algemeen in het Waddendistrict en in de estuaria in Zeeland.

In België is deze vegetatie vooral te vinden in het Zwin en langs de brakwaterschorren van de Zeeschelde stroomafwaarts van Antwerpen. Het is veruit de meest voorkomende vegetatie op de hogere schorren.

Deze associatie neemt toe in omvang omwille van de voedselverrijking en het verdwijnen van begrazing op de schorren.

Diagnostische taxa voor Nederland en Vlaanderen[bewerken | brontekst bewerken]

De zeekweek-associatie heeft als enige kensoort het gras zeekweek, dat meestal zeer dominant voorkomt. Van de bovenliggende syntaxa komen ook de kensoorten zulte, rood zwenkgras, gewone zoutmelde relatief dikwijls voor, naast de naamgevende begeleidende soort spiesmelde.

Kensoorten, differentiërende soorten en begeleidende soorten voor de zeekweek-associatie
Kensoort Diff.soort Presentie Nederlandse naam Wetenschappelijke naam Opmerking Afbeelding
Boomlaag
Geen soorten
Struiklaag
kK > 40% gewone zoutmelde Atriplex portulacoides
Kruidlaag
kA 100% zeekweek Elytrigia atherica
kV > 60% rood zwenkgras Festuca rubra
kK > 60% zulte Aster tripolium
kK > 20% melkkruid Glaux maritima
kK > 20% lamsoor Limonium vulgare
kK > 10% gerande schijnspurrie Spergularia media subsp. angustata
kK > 10% zeeweegbree Plantago maritima
kK < 10% schorrenzoutgras Triglochin maritima
kK < 10% Engels lepelblad Cochlearia officinalis subsp. anglica
bg > 60% spiesmelde Atriplex prostrata
bg > 40% Zeealsem Artemisia maritima
bg > 30% klein schorrenkruid Suaeda maritima
bg > 10% fioringras Agrostis stolonifera
bg > 10% strandmelde Atriplex littoralis
bg > 10% gewoon kweldergras Puccinellia maritima
bg < 10% heen Bolboschoenus maritimus
bg < 10% kortarige zeekraal Salicornia europaea
bg < 10% langarige zeekraal Salicornia procumbens
bg < 10% zilte rus Juncus gerardii
bg < 10% dunstaart Parapholis strigosa
bg < 10% Engels gras Armeria maritima
Moslaag
Geen soorten

Zie ook[bewerken | brontekst bewerken]