Mees leerde, zoals zovelen, voetballen op de speelplaats. Hij liep school op het Sint-Edwarduscollege in Merksem. Royal Antwerp FC zag wel brood in de jonge voetballer en in ruil voor een paar voetbalschoenen werd hij ingelijfd bij de "Great Old". Op 26 december1944 maakte de 17-jarige Mees zijn debuut in het eerste elftal. Hij zou het rood-witte shirt in totaal 649 maal aantrekken.
Op 2 januari 1949 behaalde Mees zijn eerste cap voor de Belgische nationale ploeg, tegen Spanje. De wedstrijd eindigde op een 1-1-gelijkspel. Het was niet zijn laatste optreden. Op 2 oktober 1960 speelde hij zijn laatste wedstrijd bij de nationale ploeg, tegen Nederland. Mees behaalde die dag zijn 68ste cap. Hij scoorde driemaal als Rode Duivel. Hij was ook lange tijd aanvoerder van het nationale elftal.
Mees ontmoette na de oorlog een Engelse, genaamd Ida France. Het koppel was zinnens om de eindejaarsfeesten door te brengen in Kingston upon Hull, bij familie van Ida. De bedoeling was om daar eveneens met de voorbereidingen voor het huwelijk te beginnen. Bondscoach Bill Gormlie gooide echter roet in het eten: hij riep de Antwerpenaar voor het eerst op voor de nationale ploeg, voor de partij tegen Spanje. Mees moest zich stante pede melden op de Heizel voor de trainingen.
In zijn derde interland (op 24 april1949) ontving Mees een compliment van John Carrey van Manchester United. De Belgische ploeg gaf die dag Ierland partij in Dublin (0-2-winst) en Carrey bestempelde Mees als de beste speler die hij ooit op een voetbalveld had ontmoet.