Naar inhoud springen

John Marshall (rechter)

Uit Wikipedia, de vrije encyclopedie
John Marshall
John Marshall
Geboren 24 september 1755
Germantown, Colony of Virginia
Overleden 6 juli 1835
Philadelphia, Pennsylvania
Politieke partij Federalistische Partij
Partner Mary Willis Ambler
Beroep Advocaat
Rechter
Staatsman
Religie Episcopaal
Handtekening Handtekening
4e Opperrechter van het Amerikaanse Hooggerechtshof
Aangetreden 4 februari 1801[1]
Einde termijn 6 juli 1835
Voorganger Oliver Ellsworth
Opvolger Roger B. Taney
4e minister van Buitenlandse Zaken
Aangetreden 13 juni 1800
Einde termijn 13 maart 1801
President John Adams
Thomas Jefferson
Voorganger Timothy Pickering
Opvolger James Madison
Lid van het Huis van Afgevaardigden
voor het 13e district van Virginia
Aangetreden 4 maart 1799
Einde termijn 7 juni 1800
Voorganger John Clopton
Opvolger Littleton W. Tazewell
Portaal  Portaalicoon   Politiek

John Marshall (Germantown, 24 september 1755 - Philadelphia (Pennsylvania), 6 juli 1835) was de Opperrechter van de Verenigde Staten (Chief Justice) tussen 1801 en 1835. Zijn rechtspraak heeft bijgedragen tot de fundamenten van het Amerikaans grondwettelijk recht. Tegelijkertijd verdedigde hij het nationalisme en slaagde hij erin het Amerikaans Hooggerechtshof om te vormen tot een machtscentrum dat het Amerikaans Congres kan overreden. Aanvankelijk was Marshall een boegbeeld van de Federalistische Partij in de staat Virginia. Bovendien zetelde hij van 1799 tot 1800 in het Huis van Afgevaardigden. Vervolgens oefende Marshall van 1800 tot 1801 het ambt uit van Secretary of State onder president John Adams.

Als langst dienende Opperrechter van de Verenigde Staten domineerde Marshall de rechtbank meer dan drie decennia en speelde hij een belangrijke rol in de ontwikkeling van het Amerikaans rechtssysteem. Het meest opmerkelijke hierbij is dat hij, met name in het beroemde arrest Marbury v. Madison, het principe vestigde dat de rechterlijke macht het toetsingsrecht over wetten moet uitoefenen. Zo konden wetten vernietigd worden wanneer ze de Amerikaanse Grondwet schenden. Daarmee hielp Marshall de rechterlijke macht in de Verenigde Staten verankeren als een onafhankelijke en invloedrijke tak van de staat. Daarnaast vaardigde het Hooggerechtshof onder Marshall enkele belangrijke beslissingen uit met betrekking tot het federalisme. Het raakte aan de machtsbalans tussen de federale overheid en de staten gedurende de beginjaren van de Amerikaanse republiek. Meer bepaald bevestigde hij herhaaldelijk de suprematie van de federale wetgeving over de wetten op het niveau van de staten. Verder stond hij ook achter een brede interpretatie van de zogenaamde opgesomde bevoegdheden (enumerated powers).

Sommige van zijn beslissingen hadden weinig bijval bij het brede publiek. Desondanks werkte Marshall aan de uitbouw van de derde tak van de federale overheid en versterkte hij het federale niveau in de naam van de Amerikaanse Grondwet. Hij staat tevens aan de basis van de ontplooiing van de Amerikaanse rechtsstaat.[2] Samen met Daniel Webster was Marshall de meest vooraanstaande Federalist op dat moment. Ze streefden naar een sterkere federale overheid binnen de Federalist Party. Ze stonden hier tegenover de Jeffersoniaanse Democratisch-Republikeinse Partij.[3]