Michael Lynk

Uit Wikipedia, de vrije encyclopedie

Michael Lynk (Halifax, 1953) is een Canadees jurist en hoogleraar Recht.

Biografie[bewerken | brontekst bewerken]

Lynk is universitair hoofddocent (associate professor) Recht aan de Western University in London (Ontario) in Canada, waar hij arbeidsrecht, constitutioneel recht en mensenrechten doceert.[1] Daarvoor had hij gedurende een tiental jaren een juridische praktijk gespecialiseerd in arbeids- en vluchtelingenrecht in Ottawa en Toronto. Ook werkte hij in die periode voor de Verenigde Naties in Jeruzalem en hield zich daar bezig met vraagstukken op het gebied van mensenrechten en vluchtelingenproblematiek (waaronder die van de Palestijnen).

In maart 2016 werd hij door de Mensenrechtenraad van de Verenigde Naties met 47 stemmen voor en 0 tegen benoemd tot 7e Speciaal Rapporteur over de situatie van de mensenrechten in de sinds 1967 door Israël bezette gebieden.

Lynk heeft veel geschreven over arbeidsrecht en mensenrechten in Canada. Tevens heeft hij artikelen gepubliceerd over de toepassing van het Internationaal recht op het conflict in het Midden-Oosten. Regelmatig fungeerde hij als labour arbitrator, sprak regelmatig op conferenties en heeft hij regeringen en internationale organisaties geadviseerd over vraagstukken die verband hielden met arbeidsrecht en mensenrechten.

Hij maakte deel uit van de groep personen die op de "Honours List 2015" van de Mayor of London (de burgemeester) stond: hij werd geëerd voor zijn inzet voor de samenleving.[2]

Als speciaal rapporteur voor de Verenigde Naties probeert hij de situatie m.b.t. de mensenrechten in de door Israël bezette Palestijnse Gebieden in kaart te brengen. Dit wordt bemoeilijkt vanwege het feit dat hij Israël niet in mag. Desalniettemin slaagde hij erin in 2017 zijn rapport te publiceren en aan de Secretaris-generaal van de Verenigde Naties aan te bieden [3]

Tijdens een zitting van de VN-Mensenrechtenraad op 9 juli 2021 noemde hij de Israëlische nederzettingen op de Westelijke Jordaanoever een oorlogsmisdaad. Hij vroeg landen om Israël duidelijk te maken dat de "illegale bezetting" en haar verzet tegen het internationaal recht niet zonder gevolgen kan zijn[4].

Externe links[bewerken | brontekst bewerken]