Geneeskunde is een vakgebied dat zich richt op het functioneren van de cel, van weefsels, van organen en orgaansystemen en de invloed die ziektes of afwijkingen hierin hebben op het menselijk functioneren, zowel fysiek als psychisch. In de geneeskunde wordt gestreefd naar het herstellen van de gezonde toestand, het verzachten van symptomen of het voorkomen (preventie) van (ergere) pathologie.
Mensen die zich bekwaamd hebben in dit vakgebied worden arts of geneesheer genoemd.
Het klassieke begrip antibioticum heeft betrekking op stoffen van organische oorsprong die ziekteverwekkers (met name bacteriën in het lichaam) bestrijden, dit naast chemotherapeutica, stoffen die door de mens langs synthetische weg zijn bereid. Tegenwoordig wordt dit onderscheid niet meer strikt gehandhaafd en spreekt men bij alle stoffen die aan mensen kunnen worden toegediend om bacteriële infecties te bestrijden over antibiotica. Met de term chemotherapeutica worden tegenwoordig meer specifiek anti-kankermiddelen bedoeld. Middelen die ziekteverwekkers doden die zich niet in het lichaam maar op de huid of op b.v. werkbladen bevinden worden desinfectantia of antiseptica genoemd.
... het merendeel van de mensheid na hun baby-tijd geen melk kan verdragen t.g.v. lactose-intolerantie, en de West-Europese bevolking daar een uitzondering op is? Reclameslogans als ' melk is goed voor elk ' en ' melk de witte motor ' lijken dan ook achterhaald.
... malaria tot 1959 als inheemse ziekte voorkwam in Nederland.
... de werkzame dosering paracetamol (4x 1000 mg/dag) en overdosering (vanaf 6000 mg/dag) met onherstelbare leverschade heel dicht bij elkaar liggen?
... artsen vroeger diabetes mellitus constateerden door urine te proeven, als de urine zoet smaakte was de diagnose suikerziekte.