Overleg:Von Quadt

Gisselbert Quaede en Kinderen.

Giselbert was gezien de tijd waar hij en zijn dochter Mabilia worden vermeld zeer waarschijnlijk een zoon van Engelbert Quade van Blegge of Vlegge!? Zo lees ik dan ook dat Engelbert van Blegge ook een dochter heeft genaamd Mabilia. Van een vermelding van Gisselbert Quaede van Vleghe te Maastricht had de historicie Vinzenz von Zuccalmaglio met het schrijven van zijn boek over de heren van Blegge succesievelijk Peter, Sybodo en Engelbert, geen weet in 1846 en beschreef Quade van Vlegge in zijn boek in het oud Duits met een B Blegge zoals dat gebruikelijk was in die tijd. In een akte van 11-12-1276 en 1278 wordt Sibodone met Engelbert van Blechge nog samen in een akte van Berg vermeld nr.696 blz 408 als vader en zoon en nog een keer 712 bij Lacomblet band II 1200-1300. Echter de huige personen hebben deze B bij Bleggen ook als uitspraak behouden en in de huidige tijd ook zo beschreven daar zij geen notie hadden van Gisselbert Quadevleghe te Maastricht. Giselbert met dochter Mabelia vermeld; “Datum anno Domini MCCC, vicesimo primo feria secunda post annunciacionem beate virginis”, Schout en Schepenen van Maastricht oorkonden, dat Paulus de Susteren, optreden in de naam van de kommandeur van Biezen wegens ’een niet betaling’ van de cijns, in het bezit gesteld wordt van het huis van Mabilia, ongehuwde dochter van Giselbertus Quaedevlige, gelegen in de Honrestraat”. Zo had Giselbert voor zover bekent 1 zoon en 1 dochter. Henricus wordt in 1358 in een charter vermeld als Henricus Quaedvlyeghen. Gerdevries (overleg) 8 feb 2014 11:46 (CET)

Toevoegingen

Er worden toevoegingen gedaan gebaseerd op oude bronnen die kennelijk niet worden overgenomen door in de regel een betrouwbare bron uit 2002-2003. Het lijkt me derhalve niet verstandig die in het lemma te zetten. Een onbewezen filitaie met personen uit de 11e eeuw lijkt me evenzeer ongewenst. Paul Brussel (overleg) 14 feb 2014 16:47 (CET)

In de literatuur voorkomende Heren van Blegge

De oudste aanwijzing van Bleche verwijst naar een oorkonde die stamt uit het Jaar 1063 - 8 Juni, in dat Jaar koopt de (Pfalz?) Graaf Stephan bei Rhein het Riddergoed Blech in het Kirchspiel Paffrath van Konrad Menzlingen.

In het Jaar 1157 werd „Willehelm de Munheym“ (Wilhelm van Monheim) genoemd, die een grondstukruil overeenkomt met het Keulse Gereonsstift. De Monheimer Landsheren waren over meerdere honderd jaren de Graven aan de oostzijde van de rijn boven Keulen (vanaf 1380 waren dit de Hertogen van Berg). Vanaf 1250 verdeelden de Graven hun territorium in acht districten; een daarvan was het Ambt Monheim. De eerste Burg Bleche kwam reeds vroeg in verval en raakte zijn eigenschap als Ridderzetel kwijt aan het later terzijde nieuw opgerichte Haus Blech, dat reeds in 1183 en 1262 in oorkondes wordt bevestigd.

Vinzenz Jakob von Zuccalmaglio-Montanus beschrijft voor het Jaar 1183 een Ridder Sigwin von Blech, voor het Jaar 1260 Sybodo von Blech en in de tijd van 1273 tot 1280 zijn zoon Engelbert von Blech als Ridder von Burg Blech.

Sybodo met Familie de voorouders von Quadt

Ook door T.J.Lacomblet wordt in het Oorkondeboek von Niederrhein wordt over Sybodo (als Sibodone) veel geschreven, hij noemt zich in het Jaar 1257 von Munheim (Monheim) en werd door Margaretha von Berg haar Castellanus genoemd en verder ook Dapifer von Berg, iets later in de tijd in het Jaar 1262 noemt Sybodo zich Heer von Bleche. In een oorkonde van 1257 werd het Klooster Grefrath tolvrijheid gegeven te Munheim. Hierbij treed op als getuige Sibodone von Munheim. (Monheim am Rhein.) Sibodo zegelt ook mee als het Klooster Altenberg von Adolf III von Berg tolvrijheid voor Munheim krijgt.

Sibodo zijn familie word in het Jaar 1262 genoemd "Quad Sibodo miles dictus de Bleche uxor Petronilla en hun 5 zonen, Engelbert, Heinrich, Adolphi, Edmund en Bruno.

Gerdevries (overleg) 14 feb 2014 17:07 (CET)

Er ontgaat me misschien iets, maar ik zie geen gezaghebbende bron die aangeeft dat deze heren van Blegge bewezen voorgeslacht van de hier genoemde Sybodo von Blegge, grootvader van Johann Quadt zouden zijn, zeker waar het Nederland's Adelsboek (2002-2003) dit kennelijk niet ondersteunt. De enige genoemde bron (naast de oorkondenboeken zelf) dateert van 1846 en dat lijkt me te oud om nog te gebruiken. (Voorts lijkt het bovenstaande veel op WP:GOO.) Paul Brussel (overleg) 14 feb 2014 17:16 (CET)

ik heb de juiste titel niet goed gekozen en opgesplits, mogelijk dat we het zo wel kunnen plaatsen? Gerdevries (overleg) 16 feb 2014 10:57 (CET)

Samenvoeging

Op 17 maart 2024 is dit artikel samengevoegd met Quadt naar aanleiding van een nominatie op Wikipedia:Samenvoegen/202402. Onderstaand overleg is afkomstig van Overleg:Quadt en is hierheen verplaatst ter archivering. Jvhertum (overleg) 17 mrt 2024 10:08 (CET)

Begin archief

Gisselbert Quaede en Kinderen van Vleghe Bleghe.

Gisselbert 1) was gezien de tijd waar hij en zijn dochter Mabilia worden vermeld zeer waarschijnlijk een zoon van Engelbert Quade van Bleghe of Vleghe!? Zo lees ik dan ook dat Engelbert van Blegge een dochter genaamd Mabilia. 1a) Van een vermelding van Gisselbert Quaede van Vleghe te Maastricht had de historicus Vinzenz von Zuccalmaglio 2) met het schrijven van zijn boek over de heren van Blegge Peter, Sybodo en Engelbert geen weet in 1846 en beschreef Quade van Vlegge in zijn boek in het oud Duits met een B Blegge zoals dat gebruikelijk was in die tijd. In een akte van 11-12-1276 en 1278 wordt Sibodone met Engelbert van Blechge nog samen als vader en zoon genoemd 3). Echter de huidige personen hebben deze B bij Bleggen ook als uitspraak behouden en in de huidige tijd ook zo beschreven daar zij geen notie hadden van Gisselbert Quadevleghe te Maastricht en dat blijft ook zo.

Gisselbert 1) met dochter Mabelia vermeld in Charter 1322; “Datum anno Domini MCCC, vicesimo primo feria secunda post annunciacionem beate virginis”, Schout en Schepenen van Maastricht oorkonden, dat Paulus de Susteren, optreden in de naam van de kommandeur van Biezen wegens ’een niet betaling’ van de cijns, in het bezit gesteld wordt van het huis van Mabilia, ongehuwde dochter van Giselbertus Quaedevlige, gelegen in de Honrestraat”.

Na Hendrik verdwijnen zij uit Maastricht en zien we deze weer terug in Aachen. Een tak als Stadslui en een tak met een Schleiderleen begunstigd. De naam veranderd naar Quadvlieg waar hij vanaf 1550 tot heden zo blijft.

Zo had Giselbert 1 zoon en 1 dochter voor zover bekend. Henricus 4-4a) wordt in 1358 in een charter vermeld als Henricus Quaedvlyeghen.

1. Bron; org.charter uit 1322 mrt.26 RAL Rijksarchief te Maastricht. Mede door ondersteuning van Dr.P.Doppler aldaar.
1a Bron; http://wc.rootsweb.ancestry.com/cgi-bin/igm.cgi?op=GET&db=sueream&id=I34030   
2. Bron; Boek "Geschichte und Beschreibung der Stadt und des Kreises Mülheim a. R., Köln 1846, S. 327.
3. Bron; Lacomblet band II 1200-1300 akte van Berg vermeld nr.696 blz 408 en nog een keer bij nr.712.
4. Bron; org.charter uit 1358 mrt.19  RAL Rijksarchief te Maastricht  
4a.Bron; "Publications de la Societe dárcheologie dans le Duche de Limburg" 1907 blz. 220-222 uit boek 43,1 en blz. 304 van boek 43,2. Gerdevries (overleg) 8 feb 2014 19:44 (CET)

Heren Huis Blegge

De oudste aanwijzing van Bleche verwijst naar een oorkonde die stamt uit het Jaar 1063 - 8 Juni, in dat Jaar koopt de (Pfalz?) Graaf Stephan bei Rhein het Riddergoed Blech in het Kirchspiel Paffrath van Konrad Menzlingen.

In het Jaar 1157 werd „Willehelm de Munheym“ (Wilhelm van Monheim) genoemd, die een grondstukruil overeenkomt met het Keulse Gereonsstift. Monheimer Landsheren waren over meerdere honderd jaren de Graven aan de oostzijde van de rijn (vanaf 1380 waren dit de Hertogen van Berg).

Vanaf 1250 verdeelden de Graven hun Territorium in acht districten; een daarvan was het Ambt Monheim. De eerste Burg Bleche kwam reeds vroeg in verval en raakte zijn eigenschap als Ridderzetel aan het later bij zijde nieuw opgerichte Haus Blech, dat reeds in 1183 en 1262 in oorkondes wordt bevestigd. Vinzenz Jakob von Zuccalmaglio-Montanus beschrijft voor het Jaar 1183 een Ridder Sigwin von Blech, voor het Jaar 1260 Sybodo von Blech en in de tijd van 1273 tot 1280 zijn zoon Engelbert von Blech als Ridder von Burg Blech.

Ook door T.J.Lacomblet wordt in het Oorkondeboek von Niederrhein over Sybodo (als Sibodone) veel geschreven, hij noemt zich in dat Jaar 1257 von Munheim (Monheim) en werd hij door Margaretha von Berg haar Castellanus genoemd en verder Dapifer von Berg, iets later in de tijd in het Jaar 1262 noemt Sybodo zich Heer von Bleche. In een oorkonde van 1257 werd het Klooster Grefrath tolvrijheid gegeven te Munheim. Hierbij treed op als getuige Sibodone von Munheim. (Monheim am Rhein.) Sibodo zegelt ook mee als het Klooster Altenberg von Adolf III von Berg tolvrijheid voor Munheim krijgt.

Sibodo zijn familie word in het Jaar 1262 genoemd "Quad Sibodo miles dictus de Bleche uxor Petronilla met 5 zonen, Engelbert, Heinrich, Adolphi, Edmund en Bruno.

Gerdevries (overleg) 14 feb 2014 19:52 (CET)