kaarsjes
Nederlands
Uitspraak
Woordafbreking
- kaars·jes
Zelfstandig naamwoord
de kaarsjes mv
- verkleinwoord meervoud van het zelfstandig naamwoord kaars
- ▸ Tot mijn verrassing en ontroering hadden ze een verjaardagstaart voor me gemaakt van een oude resupplydoos met 44 kaarsjes erop.[1]
Verwijzingen
- ↑ Tim Voors“Alleen, De Pacific Crest Trail te voet van Mexico naar Canada”, eBook: Mat-Zet bv, Soest (2018), Fontaine Uitgevers