Overleg:Gregoriaans notenschrift

Ik stel voor dit lemma in zijn geheel te laten vervallen ipv samenvoegen. Vanwege de fouten die er in staan.

Dat vierkante noten die ontstaan zouden zijn vanwege dat de ganzenveer schuin aangesneden werd lijkt me een omdraaiing. De ganzenveer werd altijd al aangesneden, ook al was het alleen maar vanwege dat het merg verwijderd moest worden. De veer werd aangepast aan het doel. Voldeed de ganzenveer niet dan had men nog de mogelijkheid van veren van ander gevogelte. Men paste de veer aan aan wat men wilde noteren, niet andersom.

Dat de muziek aan het eind van middeleeuwen ingewikkelder werd is op zich juist. Dat gold echter niet voor het gregoriaans dat tot in de twaalfde eeuw in ontwikkeling was en daarna in verval raakte. Alleen de liturgische gezangen bleven. In de 19de eeuw ontstond opnieuw belangstelling voor het gregoriaans. Met namen bij de monniken van Solesmes. Zij begonnen eind 19de eeuw het gregoriaans opnieuw uit te geven. Maar het bleef gewoon het middeleeuwse gregoriaans.

Daardoor veranderde het gregoriaans notenschrift in het moderne notenschrift. Dit is onjuist. Het belangrijkste kenmerk van de notatie van het Gregoriaans is dat het nog altijd gebeurt zoals in de middeleeuwen: kwadraatnotatie.

Wat wel klopt aan dit lemma staat al in meerdere lemmata gregoriaans en in het lemma kwadraatnotatie.

Haagschebluf 7 mei 2014 12:22 (CEST)