Private Pilot Licence

Uit Wikipedia, de vrije encyclopedie
Nederlands PPL-brevet afgegeven door de Inspectie Leefomgeving en Transport

Het private pilot licence (PPL), in de Verenigde staten bekend als een private pilot certificate (PPC), is een vliegbrevet waarmee iemand privévlieger wordt. Het PPL gaat vaak samen met een SEP class-rating, waarmee men de bevoegdheid krijgt om te vliegen in een eenmotorig vliegtuig. Men mag dan alleen vliegen zonder dat er een beloning (geld of in natura) tegenover staat, dus niet commercieel.

In Nederland bestaat het theoretisch gedeelte van de vliegbrevetten recreational pilot licence (RPL) en PPL uit de volgende examenvakken:

  • Principles of Flight & Aircraft General Knowledge
  • Flight Performance & Planning
  • Meteorology
  • Navigation
  • Air Law & Operational Procedures
  • Human Performance and Limitations
  • Radio/Telefonie (R/T).

Voor de radiotelefonie wordt de Engelse taal gebruikt. Naast het theoretisch gedeelte is er ook een praktijkexamen radiotelefonie. Om uiteindelijk de bevoegdheid te krijgen om daadwerkelijk te communiceren via de radio moet de vlieger ook nog een LPE (Language Proficiency Exam) afleggen.

Met een "standaard" PPL mag men uitsluitend vliegen in VFR-condities. Met het PPL is men in principe wereldwijd bevoegd om te vliegen, in tegenstelling tot het RPL welke uitsluitend in Nederland geldig is. Wereldwijd is in deze uitsluitend van toepassing in vliegtuigen met een Nederlands registratie-kenmerk. De erkenning van vliegbevoegdheden is nog niet mondiaal geregeld. In Europa worden vliegbevoegdheden over het algemeen wel onderling erkend (JAR/FCL en/of EASA).

Om het PPL te halen dient men het theoretisch gedeelte succesvol te hebben afgerond en daarnaast minimaal 45 vlieguren gelogd te hebben. Van deze 45 uren moeten minimaal 10 uren solo zijn gevlogen en moet er een overlandvlucht van ten minste 150 NM gemaakt worden.

Om te mogen vliegen met passagiers moet de piloot in de 90 dagen voorafgaand aan de vlucht ten minste 3 start- en landingen gemaakt hebben als gezagvoerder.