Met behulp van deze sjabloon kan een melodie op een notenbalk weergegeven worden.
Gebruik
Vul op de puntjes de naam voor het gewenste symbool in:
{{Muzieknotatie|...}}
of meerdere symbolen:
{{Muzieknotatie|...|...|...}}
Symbolen worden van elkaar gescheiden door een vertikale streep ofwel |.
Er zijn maximaal 30 parameters mogelijk. Voor mogelijke parameters, zie de kolom Naam in onderstaande tabel.
De mogelijkheden kunnen worden uitgebreid door meer plaatjes te uploaden. Pas dan ook onderstaand overzicht aan.
Kortere balken: Staff10 en Staff20; langere balk: Staff40
ClefG
Vioolsleutel zonder voortekens
ClefG+3
Vioolsleutel met drie kruisen
Maximaal 6 kruisen of mollen.
ClefF-2
Bassleutel met twee mollen
ClefF3
Baritonsleutel
Voortekens zijn nog niet mogelijk.
ClefF5
Contrabassleutel
ClefN
Percussiesleutel
38
Maataanduiding: 3/8
Ook mogelijk: 24, 34, 38, 44.
22
Maataanduiding: 2/2
44c
Maataanduiding: 4/4 C
Bar
Maatstreep
End
Eindstreep
4g1
'4' is een kwartnoot.
Ook mogelijk: 1, 2, 16, 32.
8g1
'8' is een achtste noot.
4pg1
'p' achter het duurcijfer levert een punt achter de noot.
8a1 | 12f1 | 8c1
Geef voor een triool van achtste noten de middelste noot de aanduiding 12.
Geen andere triolen mogelijk.
8b1
Dit is b1.
Benoem de noten altijd alsof er een vioolsleutel staat (zie voorbeeld hier direct onder). De toonhoogte loopt van a0 (op tweede hulplijn onder de balk) tot en met c3 (op tweede hulplijn boven de balk).
8c2
Dit is c2.
ClefF | 4c2
Voorbeeld van notatie met een andere sleutel: dit is eigenlijk een e0, maar het zou c2 zijn geweest als er een vioolsleutel had gestaan. Daarom wordt hier c2 genoteerd.
4f1+
'+' maakt een kruis.
Een kruis is mogelijk bij alle noten, ook bij b en e.
2b1-
'-' maakt een mol.
Een mol is mogelijk bij alle noten, ook bij c en f.
2b1n
'n' maakt een herstellingsteken.
4
'4' is een kwartrust.
Ook mogelijk: 1, 2, 8, 16, 32. Een punt achter een rust is niet mogelijk.