Wikipedia:Stijl 3 van bronvermeldingen

Uit Wikipedia, de vrije encyclopedie

Stijl 3 van bronvermeldingen is gebaseerd op de richtlijnen in het boek Schrijfwijzer van Jan Renkema. De hoofddoelstelling is een compacte en wetenschappelijke literatuurlijst.

Deze stijl maakt deel uit van een levende reeks van levende stijlen. Dit betekent dat deze stijl door een ieder mag worden gewijzigd of verder uitgewerkt. Ook mogen stijlen worden toegevoegd of verwijderd. Zie de sectie “Zie ook” voor de overige stijlen in deze reeks. De reeks is helemaal toegesneden op consumentengedrag: even rondkijken, vergelijken, kiezen, gebruiken en blijven gebruiken zolang het bevalt.

Boek[bewerken | brontekst bewerken]

  • J. Renkema (2012). Schrijfwijzer (5e druk). Amsterdam: Boom.
  • C. Braas, E. van der Geest & A. de Schepper (1996). Argumenteren. Groningen: Wolters-Noordhoff.
  • M. Steehouder, C. Jansen, K. Maat, J. van der Staak, D. de Vet, M. Witteveen & E. Woudstra (1999). Leren communiceren: Handboek voor mondelinge en schriftelijke communicatie (4e druk). Groningen: Wolters-Noordhoff.
  • a b M. Cutts (1996). The Plain English Guide. Oxford: Oxford University Press.
  • B. Vandermeersch (1981). De huidige mens. In L.A. de Kok, J.A.B. Verduijn en P. van Dooren (Red.), De evolutie van de mens: De speurtocht naar ontbrekende schakels (pp. 292-309). Maastricht: Natuur en Techniek.

Tijdschriftartikel[bewerken | brontekst bewerken]

  • z.a. (1998). Congres 'Overtuigende taal: kunst of kunstje?'. Onze Taal, 2/3, 52.
  • R. Grootendorst (1998). Oude en nieuwe retorica. Onze Taal, 2/3, 52-55.
  • T. Leemhuis (2011). 20 jaar Linux. Van hobbyproject tot sleuteltechnologie van de moderne computerwereld. c't, 10, 98-101.
  • J. de Jong (1998). De stem als betrouwbaar instrument. Psychologie, september, 32-33.
  • J. de Jong (1998). Waar laat ik mijn handen?. Psychologie, oktober, 28-29.
  • J. de Jong (1998). De essentiële eerste minuut. Psychologie, november, 26-27.
  • J. de Jong (1998). De kunst van het overtuigend afronden. Psychologie, december, 42-43.

Krantenartikel[bewerken | brontekst bewerken]

  • M. Steketee (25 oktober 2003). De geheime Google. NRC Handelsblad.

Internetpagina[bewerken | brontekst bewerken]

Noot[bewerken | brontekst bewerken]

  • Volgens M. Steketee worden de satellietschotels bij het Groningse Zoutkamp gebruikt om dataverkeer via communicatiesatellieten af te luisteren.

Bijzondere eigenschappen[bewerken | brontekst bewerken]

  • De stijl is aangepast aan de Nederlandse Wikipedia omdat hij gebruik maakt van een genummerde literatuurlijst, en noten in deze lijst worden geïntegreerd.
  • Bij meerdere bronnen krijgt elke bron een eigen index in de literatuurlijst. Dit betekent dat dan meerdere indexen achter elkaar in de lopende tekst komen. (Hierboven is dat bij de artikelreeks van de Jong het geval.)
  • Bij boeken en kranten worden de gebruikte pagina's niet genoemd. Als een boek meermaals wordt gebruikt, dan komt het maar één keer voor in de literatuurlijst. (Hierboven is het boek van Cutts tweemaal gebruikt.)
  • Bij tijdschriftartikelen wordt het paginabereik genoemd van het hele artikel. Als een artikel meermaals wordt gebruikt, dan komt het maar één keer voor in de literatuurlijst.
  • Van auteurs worden de voorletters en geen voornamen vermeld. De voorletters van auteurs komen voor de achternamen. Tussen voorletters komt geen spatie. Alle auteurs worden vermeld. Bij meer dan één auteur komt een ampersand tussen de laatste twee.
  • Als alleen de redacteuren bekend zijn, dan worden de redacteuren vermeld, gevolgd door (Red.). Als ook geen redacteuren bekend zijn, dan wordt z.a. vermeld.
  • Als het jaar van publicatie niet bekend is, dan wordt z.j. vermeld.
  • Als een publicatie geen titel heeft dan wordt z.t. vermeld.
  • Een ondertitel wordt vermeld. Na de titel komt dan een dubbele punt.
  • Alleen de eerstgenoemde plaats van uitgave wordt vermeld. Daarna komt een dubbele punt. Daarna komt de uitgever. Als er geen plaats bekend is, dan wordt z.pl. vermeld.
  • Eventueel wordt een ISBN-nummer of digital object identifier achteraan toegevoegd.
  • Noten krijgen elk een eigen index in de literatuurlijst.
  • Bronnen voor de gehele tekst worden niet opgenomen.
  • De stijl kan preciezer en nauwkeuriger worden gemaakt door in de lopende tekst:
    • de gebruikte pagina's in klein superscript achter de index te noteren;
    • een tekst eerst in te klemmen tussen kleine superscript accolades. (Hierdoor wordt de herkomst van informatie zonder bronvermelding niet versluierd als die informatie vlak voor informatie staat die van een bronvermelding is voorzien.)
  • De stijl is gebaseerd op de richtlijnen in het boek Schrijfwijzer van Jan Renkema. Die richtlijnen zijn echter gebaseerd op die van de APA. De richtlijnen van de APA kunnen daardoor geschikt worden gebruikt om kleine problemen op te lossen.