Commissariaat

Uit Wikipedia, de vrije encyclopedie

Een commissariaat is een brede term voor een ambt of het bureau van een commissaris (toezichthouder of gevolmachtigde). Voorbeelden hiervan zijn:

  • Bestuurlijk:
  • Economisch: In economische termen wordt er vaak mee verwezen naar het ambt van een van de (toezichthoudende) leden (commissarissen) van een raad van commissarissen van een bedrijf, met name bij grote vennootschappen.
  • Militair:
    • In veel legers wordt de afdeling die belast is met de bevoorrading van de troepen (eten en dierenvoer, in Nederland bijvoorbeeld ook munitie[3]) aangeduid als commissariaat. Een persoon die zich hiermee bezig hield werd vroeger ook wel een kwartiermaker genoemd.
    • Binnen de Sovjet-Unie en het huidige Rusland wordt met een militair commissariaat (vojenkomat) verwezen naar een lokaal militair bestuurlijk bureau, waar plannen voor de militaire mobilisatie worden voorbereid en uitgevoerd, registers worden bijgehouden met betrekking tot militaire mankracht, economische middelen beschikbaar worden gesteld voor de strijdkrachten, pre-militaire training wordt aangeboden en andere andere militaire functies op lokaal niveau worden uitgevoerd.
  • Politie: Het politiebureau van een commissaris van politie wordt in sommige landen een commissariaat genoemd (bijvoorbeeld in België, Frankrijk en Indonesië). In Nederland wordt voor het kantoor van een (politie)commissaris vaak de benaming hoofdbureau gebruikt.
  • Religieus: Binnen de Rooms-katholieke kloosterorden (met name Franciscaanse) verwijst het naar een afdeling met een semiautonome status. Deze afdeling staat ofwel in lagere rang dan een kerkprovincie (maar kan zich daar wel tot ontwikkelen) of is verantwoordelijk voor een groep binnen de betreffende kloosterorde die beter apart kan worden bestuurd omdat deze bijvoorbeeld een andere taal spreekt dan de kerkprovincie waar deze anders onder zou vallen. De religieuze leider van een commissariaat wordt net als in de krijgsmacht een commissaris genoemd.