Het Laatste Oordeel (Rogier van der Weyden)
Het Laatste Oordeel is een retabel van Rogier van der Weyden, een kunstschilder uit de school van de Vlaamse Primitieven. Dit werk heeft, als het opengeklapt is, het Laatste Oordeel als onderwerp en is tentoongesteld in het Hospices de Beaune in Frankrijk. Het bestaat uit negen panelen waarvan enkele nog in hun originele lijst. Oorspronkelijk bestond het hele werk uit olieverf op eiken panelen; later werden gedeelten op doek overgebracht. Rogier van der Weyden schilderde het hoogstwaarschijnlijk tussen 1445 en 1450. Zonder de lijsten is het 220 cm hoog en 548 cm breed.
Het centrale paneel toont een oordelende Christus, gezeten op een regenboog met de voeten op een gouden globe. Onder hem is de aartsengel Michaël afgebeeld die een weegschaal vasthoudt om zielen te wegen. Voor de toeschouwer is de poort van de hemel helemaal links te zien terwijl de ingang van de hel aan de andere zijde is afgebeeld. De andere panelen onderaan tonen een doorlopend landschap waarbij de figuren, nadat ze hun oordeel hebben ontvangen, naar hun finale bestemming gaan.
Zes panelen zijn met scharnieren opgehangen en tonen, als ze gesloten zijn, twee heiligen, Nicolas Rolin en zijn vrouw Guigone de Salins (de schenkers). Nicolas Rolin, kanselier van de Bourgondische hertog Filips de Goede bestelde het in 1443 voor de Hospices de Beaune. Guigone de Salins is begraven voor de plaats waar het schilderij oorspronkelijk was opgesteld, centraal in de grote ziekenzaal.
Het is zeker een van Van der Weydens meest ambitieuze werken, vergelijkbaar met zijn Kruisafneming in het Museo Nacional del Prado in Madrid. Het is in slechte staat en verplaatst om het te beschermen tegen het zonlicht op zijn vroegere locatie. Om en bij de 300.000 bezoekers zien het schilderij jaarlijks. Het heeft te lijden van verf die loskomt, vuil en stof en het verouderen en verdonkeren van zijn kleuren. Tijdens een restauratie werd het hele werk afgedekt met een verflaag. Men deed het nodige om het schilderij ook in gesloten toestand te kunnen tonen; iets wat traditioneel enkel op bepaalde zondagen gebeurde of op kerkelijke feestdagen.
Documenten over de bestelling van het werk zijn bewaard gebleven, en, ongebruikelijk voor een Vlaams altaarstuk bleven de kunstenaar, de opdrachtgever, de opstellingsplaats en de datum van afwerking bewaard. Het schilderij was bedoeld om in het centrum van de kapel te staan en Rolin benaderde van der Weyden rond 1443, het jaar waarin het hospitaal werd gesticht. Van der Weyden was klaar met zijn werk in 1451, het jaar waarin de kapel werd ingewijd. Het werd vervaardigd in het atelier van van der Weyden in Brussel, hoogstwaarschijnlijk met de hulp van zijn leerlingen. De panelen werden dan vervoerd naar het hospitaal. Het Laatste Oordeel werd voor het eerst vernoemd in een inventaris van 1501 toen het opgesteld stond op het hoofdaltaar.
Het retabel moest zowel troost als waarschuwing geven aan de stervenden. Het moest hen herinneren aan hun geloof en hun laatste gedachten naar het goddelijke leiden. Dat is af te leiden uit de positie van het schilderij in de ziekenzaal. Rolin vroeg dat 30 bedden met bedlegerige zieken (twee per bed) zo werden geplaatst dat ze het schilderij konden zien.