Naar inhoud springen

Overleg:Frequentieregelaar

Pagina-inhoud wordt niet ondersteund in andere talen.
Onderwerp toevoegen
Uit Wikipedia, de vrije encyclopedie

Waarom is de frequentieregelaar uitgevonden? De frequentieregelaar is uitgevonden omdat hij voor verschillende doelen gebruikt worden, zoals snelheidsregeling van transportbanden en ventilatoren, hijsen, koppelregeling voor een wikkelapplicatie of

  • lastenverdeling en positionering van een ongeregelde motor met een vast pooltal,
  • een ongeregelde motor met omschakelbare polen,
  • een motor en een frequentieregelaar in een open stuurkring en
  • een motor en een frequentieregelaar in een gesloten regelkring.

Snelheidsregeling van een transportband.
Een transportband moet in snelheid geregeld worden zodat de producten tijdens het aan- en uitzetten niet van de baan vallen. Om dit te voorkomen zorgt de frequentieregelaar er voor dat er langzaam versneld en gestopt wordt. Er wordt dus een grote acceleratie en deceleratie in de frequentieregelaar wordt ingesteld.

Snelheidregeling voor draad oprollen.
Om bijvoorbeeld draad op te rollen is het belangrijk dat er met een constante trekkracht getrokken wordt. Omdat de straal van het opgerolde draad groter wordt neemt ook de spanning op het draad toe. Om dit te voorkomen is de frequentieregelaar uitgerust met een snelheidregeling. De frequentieregelaar zorgt er voor dat de motor een bepaald toerental zal gaan draaien zodat de motor precies de ingestelde snelheid levert.

De Slip wordt mede veroorzaakt door het Koppel van bijvoorbeeld de last van een werktuig, maar is in eerste instantie fysisch bepaald door de constructie van de a-synchoon motor. Door bijvoorbeeld de massatraagheid van de rotor, lagerweerstand en luchtspleetverliezen ontstaat al een slip. Een a-synchroon motor draait nooit een synchroon toerental tenzij deze een aantal diepe groeven in de rotor heeft, bijvoorbeeld elke 90 graden bij een 4 polige motor. Dit wordt een synchroon-reluctantiemotor genoemd. Bij deze a-synchroon variant loopt de rotor even snel als het stator veld, dus geen slip, ook niet bij belasting door een extern koppel. Deze motor kan niet slippen in zijn werkgebied dit is fysiek onmogelijk. Bij overbelasting van deze motor gaat deze zich gedragen als een a-synchroon motor met slechte eigenschappen.