Jorge Videla

Jorge Videla

Jorge Rafael Videla (Mercedes (provincie Buenos Aires), 2 augustus 1925) was tussen 1976 en 1981 president van Argentinië. Hij kwam aan de macht door als generaal en hoofd van de militaire junta een eind te maken aan de regering van Isabel Perón. Videla werd opgevolgd door Roberto Viola.

Het dictatoriale regime van Videla staat bekend om de talloze gedwongen verdwijningen, babyontvoeringen en de gruwelijke martelingen in de zogenoemde vuile oorlog. Hierbij zijn ongeveer 30.000 mensen omgekomen.

In 1985 werden Videla en acht andere leiders van de junta veroordeeld. In 1990 kreeg hij gratie van president Carlos Menem. Vanaf 1998 stond hij onder huisarrest. Zijn amnestie is in 2006 opgeheven wegens het feit dat genocide een vergrijp is waarvoor in de grondwet van Argentinië geen amnestie bestaat. Het beroep van Videla tegen deze beslissing is afgewezen en per oktober 2008 zit Videla in de militaire gevangenis op de basis Campo de Mayo nadat zijn recht op huisarrest werd opgeheven. Op 22 december 2010 is hij door een Argentijnse rechtbank veroordeeld tot een levenslange gevangenisstraf voor misdaden tegen de menselijkheid.

Op 24 november 2011 werd hij opnieuw aangeklaagd, ditmaal voor betrokkenheid bij de dood op 4 augustus 1976 van de toenmalige bisschop van La Rioja, Enrique Angelelli, een verklaard tegenstander van de junta. Deze kwam om door wat tot nog toe officieel steeds als een verkeersongeluk is beschouwd. De rechter acht het echter inmiddels bewezen dat zijn auto met opzet van de weg is geduwd.

Ook in 2012 volgde er een aanklacht, nu wegens ontvoering van baby's. Op 5 juli 2012 luidde de uitspraak 50 jaar gevangenisstraf.

Voorganger: Isabel Martínez de Perón

President van Argentinië 1976-1981

Opvolger: Roberto Eduardo Viola Prevedini