Granville Bantock: verschil tussen versies
kGeen bewerkingssamenvatting |
k spelling |
||
| Regel 3: | Regel 3: | ||
Bantock heeft veel eigentijdse muziek uitgevoerd, om te beginnen na zijn benoeming als dirigent van de Tower, in [[New Brighton]] in 1897. In 1900 werd hij aangesteld als hoofd van een Conservatorium in [[Birmingham]] waar hij tot 1933 bleef. In 1908 werd hij professor in de muziek aan de plaatselijke universiteit, waar hij [[Edward Elgar]] opvolgde. Hij werd in 1930 geridderd. |
Bantock heeft veel eigentijdse muziek uitgevoerd, om te beginnen na zijn benoeming als dirigent van de Tower, in [[New Brighton]] in 1897. In 1900 werd hij aangesteld als hoofd van een Conservatorium in [[Birmingham]] waar hij tot 1933 bleef. In 1908 werd hij professor in de muziek aan de plaatselijke universiteit, waar hij [[Edward Elgar]] opvolgde. Hij werd in 1930 geridderd. |
||
Hij componeerde een uitgebreid oeuvre van muziek waaronder 5 [[opera]]'s, 5 [[balet]]ten, incidentele muziek voor toneel, [[overture]]'s, [[ |
Hij componeerde een uitgebreid oeuvre van muziek waaronder 5 [[opera]]'s, 5 [[balet]]ten, incidentele muziek voor toneel, [[overture]]'s, [[oratoria]], koraal-[[symfonie]]ën, 6 bundels liederen, [[sonata]]'s voor [[viool]] en [[piano]] en [[viola]] en piano enz. |
||
[[Categorie:Engels componist|Bantock, Granville]] |
[[Categorie:Engels componist|Bantock, Granville]] |
||
Versie van 26 aug 2006 07:19
Granville Bantock, Londen, Engeland (7 augustus 1868 - Londen, 16 oktober 1946) was een Engelse componist, de zoon van een dokter, die werd opgeleid voor de ambtenarij, maar die in 1889 naar de Royal Academy of Music ging, waar enkele van zijn eerste composities werden uitgevoerd. In 1892 werd zijn opera "Cadmar" voor het eerst opgevoerd in het Olympic Theatre.
Bantock heeft veel eigentijdse muziek uitgevoerd, om te beginnen na zijn benoeming als dirigent van de Tower, in New Brighton in 1897. In 1900 werd hij aangesteld als hoofd van een Conservatorium in Birmingham waar hij tot 1933 bleef. In 1908 werd hij professor in de muziek aan de plaatselijke universiteit, waar hij Edward Elgar opvolgde. Hij werd in 1930 geridderd.
Hij componeerde een uitgebreid oeuvre van muziek waaronder 5 opera's, 5 baletten, incidentele muziek voor toneel, overture's, oratoria, koraal-symfonieën, 6 bundels liederen, sonata's voor viool en piano en viola en piano enz.