Verkeersborden in België - Serie A: Gevaarsborden
Uiterlijk
Verkeersborden zoals gedefinieerd in Titel III Hoofdstuk II van het Belgische Koninklijk Besluit van 1 december 1975 van het algemeen reglement op de politie van het wegverkeer en van het gebruik van de openbare weg. (B.S. 09.12.1975) - Serie A.
A. Gevaarsborden
[bewerken | brontekst bewerken]-
A1a: Gevaarlijke bocht naar links.
-
A1b: Gevaarlijke bocht naar rechts.
-
A1c: Dubbele bocht of meer dan twee bochten, de eerste naar links.
-
A1d: Dubbele bocht of meer dan twee bochten, de eerste naar rechts.
-
A3: Gevaarlijke daling (min. 7%).
-
A5: Steile helling (min. 7%).
-
A7a: Rijbaanversmalling.
-
A7b: Rijbaanversmalling langs links.
-
A9: Beweegbare brug.
-
A11: Uitweg op een kaai of oever.
-
A13: Overdwarse uitholling of ezelsrug.
-
A14: Verhoogde inrichting(en).
-
A15: Glibberige rijbaan (slipgevaar).
-
A17: Kiezelprojectie.
-
A19: Vallende stenen.
-
A21: Oversteekplaats voor voetgangers.
-
A23: Plaats waar speciaal veel kinderen komen.
-
A25: Oversteekplaats voor fietsers en bestuurders van tweewielige bromfietsen of plaats waar die bestuurders van een fietspad op de rijbaan komen.
-
A27: Doortocht van groot wild.
-
A29: Doortocht van vee.
-
A31: Werken.
-
A33: Verkeerslichten.
-
A35: Overtocht van vliegtuigen op geringe hoogte.
-
A37: Zijwind.
-
A39: Verkeer toegelaten in twee richtingen na een gedeelte van de rijbaan met eenrichtingsverkeer.
-
A41: Overweg met slagbomen.
-
A43: Overweg zonder slagbomen.
-
A45: Overweg voor enkel spoor.
-
A47: Overweg voor twee of meer sporen.
-
A49: Kruising van een openbare weg door een of meer in de rijbaan aangelegde sporen.
-
A50: File
-
A51: Gevaar dat niet door een speciaal symbool wordt bepaald. Een onderbord duidt de aard van het gevaar aan.
Gebruikte onderborden
[bewerken | brontekst bewerken]-
Type Ia: Onderbord gebruikt om een afstand groter of kleiner dan de standaard 150m tot het gevaar aan te duiden
-
Type II: Onderbord gebruikt om de lengte van een gevaarlijk gedeelte van de openbare weg aan te duiden
-
Type III: Onderbord gebruikt samen met A15 om te duiden in welke omstandigheden de weg glibberig is. Ander mogelijke opschriften zijn "bij nat wegdek", "bladerval" ...
-
Type III: Onderbord gebruikt samen met A51 om de aard van het gevaar aan te duiden. Ander mogelijke opschriften zijn "spoorvorming", "mist", "zachte berm", "steengroeve" ...
-
Type IX: Onderbord gebruikt samen met A7 om te duiden dat de rijbaanversmalling de omvang van een rijstrook heeft. Mogen evenwel vervangen worden door het bord F97 alleen geplaatst