Beleg van Venlo (1459)

Uit Wikipedia, de vrije encyclopedie
Werk aan de winkel Dit artikel staat op een nalooplijst. Als de inhoud op verifieerbaarheid gecontroleerd is, kan dit sjabloon verwijderd worden. Geef dat ook aan op de betreffende nalooplijst. Bekijk ook de bewerkingsgeschiedenis om te zien of anderen hier al aan gewerkt hebben. Vanaf 23 november 2023 kunnen de niet-geverifieerde artikelen via nuweg of TBP verwijderd worden.

Het Beleg van Venlo in 1459 vond plaats tijdens de Opstand tegen Arnold (1459) van Adolf van Egmond.

Adolf van Egmont, hertog van Gelre en graaf van Zutphen, was al decennia impopulair bij zijn onderdanen door zijn financiële wanbestuur en zijn roekeloze oorlogsvoering. Een van zijn vijanden, de Bourgondische hertog Filips de Goede, hitste de Gelderse steden op om Arnold niet langer te gehoorzamen en zijn zoon Adolf als hertog te erkennen, en beloofde Bourgondiës steun aan iedereen die in opstand kwam. Nijmegen deed dit als eerste, gevolgd door andere steden, terwijl Adolf zich met hulp van zijn moeder Katharina van Kleef (dochter van Filips' zus) aan het hoofd van de opstand plaatste. In 1459 brak de oorlog uit. Adolf nam spoedig de steden Venlo, Arnhem, Wageningen, Zutphen en andere kleine steden in. Arnold had echter nog veel trouwe volgelingen onder de ridders, waaronder zijn broer Willem IV van Egmont, die het beleg voor Venlo sloeg waar Adolf zich verschanst had. Adolf gaf zich over en verzoende zich in oktober 1459 weer met zijn vader.[1]