Ruprecht van Palts-Simmern (1420-1478)

Uit Wikipedia, de vrije encyclopedie

Ruprecht van Palts-Simmern (1420 - 17 oktober 1478 in Saverne) was van 1440 tot 1478 prins-bisschop van het bisdom Straatsburg.

Oorsprong en familie[bewerken | brontekst bewerken]

Ruprecht werd in 1420 geboren als kleinzoon van de Duitse koning Ruprecht I en was de tweede zoon van Stefan van Palts-Simmern en zijn vrouw Anna van Veldenz.

Leven en werk[bewerken | brontekst bewerken]

Van 1432 tot 1436 diende hij als kanunnik in het bisdom Trier, en in 1436 in het bisdom Mainz. Van 1436 tot 1438 was hij provoost van de St. Guido kerk in Speyer, en in 1437 ontving hij een prebende in het aartsbisdom Keulen.

Hij studeerde in 1438/39 aan de Universiteit van Heidelberg en werd in 1440 provoost in Straatsburg. Zijn voorganger Conrad de Bussnang, die van 1439 bisschop van Straatsburg was, maar in 1440 aftrad, benoemde hem tot coadjutor. Paus Felix V keurde de benoeming van Ruprecht tot bisschop van Straatsburg goed, en dit besluit werd bevestigd door paus Eugenius IV. Ruprecht kon echter pas in 1449 zijn bisschopszetel betreden. Hij verbond zich politiek met het Paltsgraafschap aan de Rijn en sloot een alliantieverdrag met keurvorst Friedrich I. De hervorming van de geestelijkheid van het bisdom was onder zijn bewind slechts gedeeltelijk succesvol. Ruprecht moderniseerde de Hochstift in de richting van een seculiere territoriale staat, maar zijn hoge belastingeisen stuitten op weerstand.

Literatuur[bewerken | brontekst bewerken]