Naar inhoud springen

Noto Soeroto: verschil tussen versies

Uit Wikipedia, de vrije encyclopedie
Verwijderde inhoud Toegevoegde inhoud
+ info
Regel 21: Regel 21:
* ''Wajangliederen'' (1931)
* ''Wajangliederen'' (1931)


== Externe link ==
== Externe links ==
[http://www.dbnl.org/auteurs/auteur.php?id=noto001 Noto Soeroto in de Digitale Bibliotheek Nederlandse Letteren]
* [http://www.dbnl.org/auteurs/auteur.php?id=noto001 Noto Soeroto in de Digitale Bibliotheek Nederlandse Letteren]
* [http://www.dbnl.org/tekst/bork001nede01/noto001.htm Kenschets in Van Bork & Verkruijsse, ''De Nederlandse en Vlaamse auteurs'']



[[Categorie:Nederlands schrijver|Noto Soeroto]]
[[Categorie:Nederlands schrijver|Noto Soeroto]]

Versie van 10 okt 2007 12:46

Raden Mas Noto Soeroto (Yogyakarta, 5 juni 1888Solo, 25 november 1951) was een Nederlands-Indisch journalist, schrijver en dichter van Javaanse afkomst. Hij was de eerste Javaanse dichter in de Nederlandse literatuur.

Noto Soeroto kwam uit een adellijk milieu: hij stamt uit het in 1757 gestichte Pakoe Alamse prinsdom, al was zijn vader, Pangeran Ario Noto Dirodjo (1858-1917), nooit daadwerkelijk vorst van het rijk geweest. Zelf zal Noto Soeroto altijd nauwe betrekkingen blijven onderhouden met zijn jeugdvriend Soeparto, die in 1916 is aangetreden als Prangwedono (Vorst) van het Mangkoenegarse Rijk.

Noto Soeroto was een voorstander van de "associatie-politiek": Nederlanders en Indiërs moesten het beste van elkaars eigenschappen overnemen - de westerse rationaliteit in een oosters hart - om zo te komen tot hogere welvaart in materiële en geestelijke zin. Hij koos dan ook, toen hij in 1906 in Nederland was gearriveerd, voor een carrière in Nederlandse militaire dienst; hij meende dat een militaire training hem dienstig kon zijn bij de opbouw van een Javaanse staat. Hij studeerde rechten in Leiden, behaalde zijn kandidaats maar zou zijn meestertitel nooit behalen. Hij verdiende de kost o.m. als redacteur van het tijdschrift Nederlandsch-Indië Oud en Nieuw en publiceerde in verschillende andere bladen. Hij was mede-oprichter en van 1911 tot 1914 voorzitter van de Indische Vereeniging en richtte samen met Louis Petit in 1920 de boekhandel-uitgeverij Hadi-Poestaka (Schone Geschriften) op.

In 1918 trouwde Noto Soeroto met Jo Meijer (hij had al eerder een kind verwekt bij René Roghair, een meisje dat maar 3 jaar oud zou worden). Uit zijn verbintenis met Jo Meijer wordt in 1918 zijn dochter Rawindro geboren, in 1922 nog een dochter: Dewatya, in 1928 een zoon: Harindro.

De Indische Vereeniging werd omgedoopt tot Indonesische Vereeniging en zij kwam in steeds sterker nationalistisch vaarwater. Met zijn tijdschrift Oedaya voer Noto Soeroto een veel behoudender koers en hij werd dan ook in 1924 als lid van de vereniging geroyeerd. In 1930 werd hij voorzitter van het Nederlandsch-Indonesisch verbond (NIV), al zou hij dat nog geen jaar blijven. Begin 1932 nam hij weer de boot terug naar Indonesië.


Werken

  • Melatiknoppen (1915)
  • De geur van moeders haarwrong (1916)
  • Fluisteringen van den avondwind (1917)
  • Bloemketenen (1918)
  • Lotos en morgendauw (1920)
  • Kleurschakeeringen (1925)
  • Nieuwe fluisteringen van den avondwind (1925)
  • Wajangliederen (1931)

Externe links