Erwin Dolder
Erwin Roger Dolder (Bazel, 1928 – 1970) was een Zwitsers couturier en modeontwerper.
Opleiding
[bewerken | brontekst bewerken]Hij werd tussen 1944 en 1946 opgeleid aan de Frauenarbeitsschule in zijn geboorteplaats en door Fred Spillmann. Dolder was na de oorlog korte tijd kleermaker van Prinses Juliana, en is in Nederland bekend[bron?] als de man die, min of meer heimelijk, de Nederlandse koningsmantel heeft vervangen door een kopie.
Koningsmantel
[bewerken | brontekst bewerken]In 1948 werd de koningsmantel in de ijzeren kist waarin hij vijftig jaar was bewaard naar het atelier van Dolder in het Paleis op de Dam gebracht om te worden opgeknapt voor de inhuldiging van Juliana. De mantel was sinds 1898 niet meer gebruikt en was zó slecht bewaard gebleven dat de aanstaande koningin hem niet kon dragen. De stof had zijn kleur verloren en het bont was grotendeels kaal en verkleurd. Zonder met de koningin te overleggen bestelde Dolder in Zwitserland nieuw rood fluweel en bont. Hij maakte een nieuwe mantel en bracht de 83 leeuwen, die op een katoenen ondergrond waren geborduurd, van de oude naar de nieuwe mantel over. De restanten van de oude mantel nam Dolder later mee naar Bazel.
Vlak vóór de inhuldiging werd Juliana verteld dat zij een vrijwel nieuwe mantel zou dragen. De aanstaande koningin, die besefte[bron?] dat dit afbreuk aan het historische karakter van de plechtigheid zou doen[bron?], liet geheimhouden dat de mantel was vernieuwd.[bron?] Pas in 1999 werd algemeen bekend dat Juliana een nieuwe mantel gedragen had.
Dolder ontwierp ook de japon en het bijzondere met diamanten en parels bezette blauwe kapje in renaissance-stijl dat de koningin bij haar inhuldiging droeg.De edelstenen en parels kwamen uit het koninklijke bezit en werden voor die gelegenheid uit andere sieraden verwijderd. Het honorarium voor al deze werkzaamheden bedroeg 2410 SFR (Zwitserse frank), wat overeenkwam met 1400 (?) gulden.[bron?]
Andere opdrachten
[bewerken | brontekst bewerken]In de vroege jaren vijftig werkte Dolder in Delft en Parijs. In de laatste stad maakte hij kleding voor onder meer Zarah Leander en Édith Piaf. Hij reisde op de bonnefooi naar Argentinië om kleermaker van Evita Peron te kunnen worden. Dat lukte niet en in 1952 was hij terug in Nederland in de hoop de gasten van de Engelse Koningin Elizabeth II die dat jaar gekroond zou worden te kunnen kleden. Dolder kreeg van Koningin Juliana de opdracht om de japonnen voor de opening van de Staten-Generaal in 1955 en 1956, avondjurken en een jas van sabelbont te maken. Om de zuinige Juliana perfect te kunnen kleden, maakte hij meer kosten dan hij bij Juliana in rekening durfde te brengen. Hij was ook verder niet zakelijk en maakte grote schulden.[bron?]
Uitzetting en overlijden
[bewerken | brontekst bewerken]In het najaar van 1956 werd zijn verblijfsvergunning niet verlengd. Dolder werd door de marechaussee naar de Belgische grens gebracht. Koningin Juliana was in die dagen in de Greet Hofmans-affaire verwikkeld en kon geen schandaal rond haar kleermaker gebruiken. Als modemaker had Erwin Dolder daarna geen succes meer. Hij stierf in 1970 aan een hersentumor. De geschiedenis van de verdwenen koningsmantel kwam pas in 1999 aan het licht.
Gebruikte literatuur
[bewerken | brontekst bewerken]- Grijpma, Dieuwke: Kleren voor de elite, 1999