Eva Zengel

Uit Wikipedia, de vrije encyclopedie
Eva Zengel
Plaats uw zelfgemaakte foto hier
Persoonlijke gegevens
Geboortedatum 1931
Geboorteplaats Erfurt
Nationaliteit Duitse
Wetenschappelijk werk
Vakgebied Kunstgeschiedenis
Opleiding Kunstgeschiedenis
Archeologie
Alma mater Universiteit van Rostock

Eva Zengel (Erfurt, 1931) is een Duits kunsthistorica. Ze werkte bij verschillende belangrijke instellingen in de DDR en was aan het einde van haar carrière directrice van de Oost-Berlijnse afdeling van het Museum für Vor- und Frühgeschichte.

Leven en werk[bewerken | brontekst bewerken]

Zengel studeerde van 1953 tot 1958 kunstgeschiedenis en archeologie aan de Universiteit van Rostock. Ze behaalde voor beide studies haar master. Daarna werkte ze als wetenschappelijk assistente in Rostock en vervolgens bij een Berlijnse uitgeverij. In 1966 werd ze directeur van het Stadsmuseum Erfurt. In 1979 ging ze aan de slag bij het Ministerie van Cultuur van de DDR, waar ze Hoofdadviseur voor musea en monumentenzorg werd. In 1984 volgde ze Erik Hühns en interim-directeur Frauke Geupel op als directrice van het Museums für Vor- und Frühgeschichte, een functie die ze bekleedde tot aan haar pensioen in 1991.[1] Ingrid Griesa volgde haar op.

Kunsthistorisch werk[bewerken | brontekst bewerken]

Als kunsthistorica richtte Zengel zich onder andere op het werk van Frans Hals. Als directrice van het Museums für Vor- und Frühgeschichte was Zengel, net als Ingried Griesa, vooral geïnteresseerd in Heinrich Schliemann en zijn collectie. Ze organiseerde op wat diens 100e verjaardag zou zijn geweest een grote tentoonstelling, tezamen met het Nationaal Archeologisch Museum van Athene, die eerst in Athene te zien was en in 1990 en 1991 in het Altes Museum op de Museumsinsel in Berlijn. De tentoonstelling, die al voor de hereniging van was georganiseerd, bracht voor het eerst in jaren de Oost- en West-Berlijnse delen van de Schliemann-collectie samen. In 1990 gaf Zengel samen met de toenmalige West-Berlijnse directeur-generaal van het Staatliche Museen zu Berlin, Wolf-Dieter Dube, de aanzet tot elektronische gegevensverwerking van vondsten op de verflagen van de schilderijen.[2]

Kritiek[bewerken | brontekst bewerken]

Zengel liet zich in het openbaar meermaals positief uit over de hereniging van Oost- en West-Duitsland. Kritisch commentaar op deze opmerkingen van Zengel kwam van Marion Bertram, die Zengel ervan beschuldigde haar op een lijst te hebben gezet van werknemers die mogelijk ontslagen zouden kunnen worden, omdat Bertram probeerde mensen die tegen de hereniging waren aan het werk te houden, ongeacht hun kwalificaties.[3] Uiteindelijk zijn er echter geen ontslagen gevallen.

Werk (selectie)[bewerken | brontekst bewerken]

  • Frans Hals. 10 farbige Reproduktionen, 7 einfarbige Tafeln, Henschelverlag, Berlijn (1969)
  • met Marion Bertram: Troja, Mykene, Tiryns. Heinrich Schliemann zum 100. Todestag. Gemeinschaftsausstellung des Archäologischen Nationalmuseums Athen und des Museums für Ur- und Frühgeschichte der Staatlichen Museen zu Berlin im Alten Museum, Oktober 1990 bis Januar 1991. Museum für Ur- und Frühgeschichte, Berlijn (1990)
  • met Georgios Stylianos Korres: Heinrich Schliemann. Ein Leben für die Wissenschaft. Beiträge zur Biographie. Nicolai, Berlijn (1990) - ISBN 3-87584-334-7