Gebruiker:EM's96/Kladblok

Uit Wikipedia, de vrije encyclopedie

Conceptualisatie van discriminatie[bewerken | brontekst bewerken]

Ethische uitwerking van discriminatie[bewerken | brontekst bewerken]

Dat discriminatie ethisch niet te verantwoorden is, lijkt vanzelfsprekend. Toch blijkt het niet duidelijk of elke vorm van onderscheid tussen mensen, zelfs als die negatieve effecten veroorzaken, een moreel ongeoorloofde vorm van discriminatie is[1].

Vanuit een ethische dimensie gaat het om het verantwoorden of het moreel gegrond is om op basis van kenmerk X persoon A en B op een verschillende manier te behandelen[1].

  • Gelijkheidsbeginsel, zoals beschreven door Aristoteles in het werk Ethica Nicomachea, stelt dat als casussen gelijk zijn die op een gelijke manier behandeld moeten worden. Dat zit impliciet in de maatschappelijke en juridische definitie van discriminatie omdat er gesproken wordt over ongelijk behandeling. Volgens een fundamentele regel uit de oordeelsleer zijn er drie logische mogelijkheden om discriminatie te beschrijven:
    • Alle persoonlijke kenmerken kunnen dienen als moreel geldige redenen om mensen te onderscheiden. Dit past bij de oorspronkelijke of bredere definitie van discriminatie maar sluit niet aan bij de hedendaagse maatschappelijke en juridische definitie. Daarnaast zou die omschrijving geen ethische reflectie vereisen.
    • Geen enkel persoonlijk kenmerk kan dienen als moreel geldige redenen om mensen te onderscheiden. Hoewel dit het grondbeginsel is van de mensenrechten, sluit dit niet aan bij de specifieke definities die verwijzen naar kenmerken die niet relevant zijn in een gegeven situatie. Die omshrijving zou eveneens de morele dimensie van discriminatie irrelevant maken.
    • Sommige persoonlijke kenmerken kunnen dienen als moreel geldige redenen om mensen te onderscheiden. Hoewel die definiëring aansluit bij de alledaagse definitie is dit niet genoeg om te oordelen over welke kenmerken moreel gezien geldige reden zijn. Aan de hand van het anti-discriminatie principe kunnen we die kenmerken omschrijven als legitiem en belangrijk in een bepaalde situatie.
  • Het beginsel van de relevantie. Er bestaat geen systematisch manier om ethische te oordelen over de moreel geldigheid en de (on)gelijk van gevallen bij het onderscheiden tussen mensen die discriminatie definiëren. De rede hiervoor is dat dit afhangt van de manier waarop ethisch geoordeeld wordt over de relevantie van enerzijds de kenmerken die als legitiem en belangrijk worden geacht en anderzijds welke gevallen (on)gelijk gesteld worden. Het oordelen over de relevantie zal afhangen van de achtergrond theorie, en die hun normatieve premissen, voor elk van deze drie criteria: ethische dimensie en de achtergrond theorie(en) die de legitimiteit en belang van bepaalde kenmerken en om de (on)gelijke gevallen te onderscheiden. Die achtergrond theorieën zijn afhankelijk van de perspectief van groepen of contexten/sectoren.
    • Sociaal (on)aanvaardbaar
    • (Ir)rationeel

Daarnaast iser ook de ethische vraag die ontstaat bij het opstellen van een wettelijk kader rond discriminatie sluit aan bij die van het recht en de vrijheid van individuen om moreel ongeoorloofd te handelen. Dit betekent dat het afbaken van wat we beschouwen als moreel ongeoorloofd handelen staat los van de vraag welke van die moreel ongeoorloofde handelingen wettelijk verbonden moeten/kunnen worden[1].

Maatschappelijke en juridische invullingen van discriminatie[bewerken | brontekst bewerken]

De nadruk van de bovernstaande beginsel krijgt binnen verschillende perspectieven een ander gewicht.

  • De perspectief van burgerrechten (civil rights definition)[2] is afkomstig van de sociale stijd voor gelijkheid. Discriminatie houdt in mensen te evalueren niet op basis van hun individuele bekwaamheid en vaardigheden (morele redelijk) maar aan de hand twijfelachtige stereotypes (moreel onredelijk). Dat veroorzaakt een moreel en publiekelijk onaanvaardbaar onderscheid binnen de gemeenschap tussen diegene die het kenmerk wel hebben en diegenen die het niet hebben. Die bestraffing van mensen voor kenmerken waarover zij geen controle hebben (irrelevant kenmerk), is in tegenstelling tot de overtuigingen van rechtvaardigheid en gelijkheid. De juiste reactie op discriminatie is daarom een wettelijk verbod.
  • De actuarieel perspectief (actuarial definition)[2] is afkomstig van de verzekering en economische sector. De term discriminatie wordt als neutraal beschouwd en verwijst gewoon naar classificatie. Discriminatie is in dat geval enkel problematisch wanneer er geen degelijke actuariële basis is voor de wijze waarop risico's worden ingedeeld, of wanneer mensen met gelijkwaardige risico's verschillend worden behandeld. In de bedrijfscontext betekent "irrationeel" vaak dat het onderscheid niet kan worden verdedigd in economische termen of.
  1. a b c (en) Heinrichs, Bert (2012/12/07). What Is Discrimination and When Is It Morally Wrong?. Jahrbuch für Wissenschaft und Ethik 2012
  2. a b (en) Rothstein, Mark A., Anderlik (1 september 2001). What is genetic discrimination, and when and how can it be prevented?. Genetics in Medicine 2001