Gebruiker:Liesbeth Bouwhuis/Kladblok
De Bepper Balance Methode[bewerken | brontekst bewerken]
De Bepper Balance Methode is een en methode voor verschillende soorten coaches, therapeuten en begeleiders die mensen helpen bij hun veranderproces. De methode werkt met een tastbare houten tool, het Bepper-Bord of een grote versie, de Bepper Team-Kit.
De methode kenmerkt zich, naast het gebruik van deze tools, door het specifieke systeem van vragen stellen.
Doel van de methode is het visueel inzichtelijk maken van de aspecten die onderdeel zijn van een probleem. Naast het visueel inzichtelijk maken wordt ook het gevoel bereikt. Op deze wijze werken hoofd, hart en onderbuik samen bij het onderzoeken van een probleem. Zowel de coachende professional als de cliënt krijgen overzicht en inzicht en vinden op deze manier de kern van een probleem en de mogelijke weg naar verbetering.
De methode gaat uit van het principe dat een probleem altijd uit meerdere componenten bestaat. In stap 1 wordt de onderzoeksvraag bepaald. In stap 2 wordt het te onderzoeken probleem ontrafelt door het onderkennen van 9 aspecten die een rol spelen of onderdeel zijn van dit probleem.
Vervolgens wordt dit probleem vanuit verschillende kanten bekeken door eerst één en daarna een ander kant te belichten. Bij de Bepper Balance Methode worden de 9 aspecten die bij een onderzoeksvraag op het Bepper bord worden geschreven, gewogen in hetzelfde bord waarin 9 uitsparingen zijn gemaakt, met kleine steentjes in verschillende kleuren. Hierdoor wordt inzichtelijk hoe verschillende waarden zich tot elkaar verhouden. De verschillende waarden die onderling worden gewogen zijn bijvoorbeeld Energie die iets kost, tijd, motivatie, talent, ontwikkelingsmogelijkheden, moeite, plezier, energie die iets oplevert, voldoening, geld, aandacht, en meer.
Veel mensen zijn visueel ingesteld. Als mensen geen keuze kunnen maken of als het iets hen boven het hoofd groeit, zijn ze pas in staat een stap te zetten als ze met afstand en overzicht naar hetzelfde probleem kijken. De analyse van het probleem zorgt voor overzicht en rust waardoor inzicht ontstaat in de aspecten waar de cliënt invloed op kan uitoefenen.
Zij stelt de cliënt in staat zelf tot nieuwe inzichten te komen, zelf te ontdekken wat in de weg staat van de gewenste verandering en zelf de opties te ontdekken die het mogelijk maken om te veranderen en verbeteren. Hieruit volgt een actie of verandering in gedrag, visie of beleving waarmee de cliënt die verandering kan realiseren die eerder de voortgang van een proces in de weg stond. Door het zelf ontdekken van de kern en de mogelijkheden voor verandering en door de visuele en fysieke ondersteuning, beklijft het veranderplan en de route daar naartoe bij de cliënt. Dat betekent dat ook als de cliënt in oud gedrag terugvalt, de weg terug naar de nieuwe manier hervonden kan worden. Hierdoor voelt de cliënt zijn eigen kracht en mogelijkheden waardoor de ik-sterkte en het persoonlijk leiderschap versterkt wordt.
De professional ziet, observeert en ontdekt veel en krijgt een beeld van de innerlijke beleving van de cliënt. Zowel door wat er op het bord gebeurt als door observatie van alles dat er bij zichtbaar is in houding, woorden en gedrag van de cliënt.
Bij het werken met een team of een stel draagt de methode bij aan de verbetering van onderling begrip en de mate en manier van communiceren. Het bevordert samenwerking en communicatie en het bespreekbaar maken van onderwerpen op de-escalerende wijze. Er kan dan gewerkt worden met meerdere Bepper Borden en/of meerdere borden in combinatie met de team-kit of alleen met de teamkit. Afhankelijk van de situatie en samenstelling. De aanpak kan dan zowel probleem, proces of projectgericht zijn.
De Bepper Balance Methode kan men inzetten bij verschillende doelgroepen;
· Bij Individuele cliënten
· Bij tweetallen (of het nu een liefdesrelatie, ex-geliefden, klasgenoten, collega’s, vrienden, buren, familieleden of twee organisaties betreft)
· Bij gezinnen, alle soorten en samenstellingen
· Bij groepen en teams
Leeftijd, niveau (intellectueel of emotioneel), functie, taal en situatie spelen nauwelijks een rol bij de inzetbaarheid van deze methode.
Schema van de basisaanpak met de Bepper Balance Methode[bewerken | brontekst bewerken]
Je ziet hier vast een kleine schematische weergave van een Bepper-sessie.[bewerken | brontekst bewerken]
Een gesprek of sessie waarbij de BBM en het Bepper Bord worden ingezet bestaat, bij de basis-aanpak, uit de volgende stappen:
1. HOOFD - vraag
Deze bepaalt de cliënt.
2. ASPECT - vraag
Deze bepaalt de professional.
3. Het opschrijven van de Aspecten
Door de cliënt, één aspect per cirkel.
4. WEEG - vraag 1
Deze bepaalt de professional.
5. Weging 1
Door de cliënt, met een aantal gems (steentjes) in een bepaalde kleur.
6. WEEG - vraag 2, 3 enz.
Deze bepaalt de professional.
7. Weging 2, 3 enz.
Door de cliënt, met een aantal gems in een andere kleur.
Tijdens dit proces van 1 t/m 7 is de professional aan het Luisteren, observeren, samenvatten/ spinselen en doorvragen. Net zolang tot je cliënt iets ontdekt of voelt of besluit waar hij een stap(je) verder mee komt. Waarbij de cliënt kan ontladen, nieuwe inzichten krijgen of mogelijke acties ziet. Tijdens de stappen ‘proeft’ de professional, als de cliënt schrijft of weegt, wat de meest effectieve volgende vraag kan zijn in het schema.
Ter verduidelijking zie je hieronder je een voorbeeld van een (gedigitaliseerd) Bepper Bord naar aanleiding van een sessie over 'Thuiswerken'.
Je leest een omschrijving van de situatie en daarna een weergave van de stappen volgens de methode die cliënt en coach volgen. Daarna lees je in het kort wat dit voor de cliënt heeft opgeleverd. Bekijk de borden rustig. Wat staat er? Welke gems liggen er? Wat zegt dat jou als kijker? Bedenk ook dat dit bord er bij elke cliënt anders uitziet. Zelfs als dezelfde hoofdvraag wordt onderzocht. Bij een andere cliënt met een andere situatie en een ander karakter, zullen er bij de coach (meestal) andere aspecten worden gevraagd en ook andere weegvragen zijn.
Praktijkvoorbeeld: Thuis werken en invloed op de situatie[bewerken | brontekst bewerken]
Annabel bespreekt haar situatie in een coaching-sessie:
Annabel werkt sinds het ingaan van de corona-maatregelen thuis. Ze heeft 2 kinderen (8 en 10) die nu niet of weinig naar school gaan en (deels) thuis onderwijs moeten krijgen maar ook vrije tijd hebben. Vrije tijd met beperkte mogelijkheden. Annabel is alleenstaand en heeft een baan als teamleider bij een uitzendbureau. Annabel begint de sessie die in de praktijk op gepaste afstand plaatsvindt, met een snel tempo te praten. Het loopt haar over. Niks lijkt langer dan 5 minuten achter elkaar te kunnen en zo wordt er niks afgerond naar tevredenheid. Noch bij privé-dingen noch bij werk-dingen. Ze reageert anders dan ze gewend is en daar heeft ze last van. Ze stemt in met het voorstel om een Bepper Bord te leggen. De vraag die zij zelf bedenkt en wil onderzoeken, haar HOOFDVRAAG luidt: “Hoe zorg ik ervoor dat het allemaal lukt, met dat thuiswerken.” Als de vraag gecheckt is (is dit écht de vraag waar je antwoord op wilt en is deze zo juist geformuleerd?) stelt de coach haar een aspectvraag. De coach besluit een aspectvraag te kiezen die (eerst) haar werk centraal stelt. Deze luidt als volgt: “Wat zijn voorwaarden voor jou om ‘goed’ te kunnen werken als je thuis werkt?”
Op het eerste bord zie je de 9 aspecten die Annabel zelf op het bord heeft geschreven (Bekijk rustig welke aspecten ze heeft opgeschreven). Omdat zij het bord op schoot heeft, vraagt de coach haar de aspecten rustig voor te lezen. Soms geeft ze uit zichzelf een toelichting, soms stelt de coach een vraag.
Vervolgens vraagt de coach haar om 20 oranje gems te verdelen over deze aspecten met de 1e weegvraag in haar gedachten;
Weegvraag 1: “In welke mate staat dit aspect je op dit moment in de weg van ‘prettig werken’?"
Annabel houdt de 20 oranje gems in haar hand en voelt. Vrij snel legt ze haar gems in het bord terwijl ze haar gevoel volgt. Je ziet op de afbeelding haar weging in het bord. Terwijl ze iets zegt over haar weging als de coach vraagt of haar iets opvalt, vertelt ze het één en ander en de coach proeft bij haar een beetje een ‘wat overkomt mij allemaal’ gevoel. Ze voelt zich wat slachtoffer van alle omstandigheden en externe factoren, zo lijkt het. Daarom besluit de coach weegvraag 2 te laten gaan over haar invloed.
Weegvraag 2: “In welke mate kun jij zelf iets doen aan dit punt?”
In eerste instantie, voordat ze gaat wegen, zegt ze “Niks”…maar als de coach haar uitnodigt in zichzelf te zoeken, haar gems te voelen en rustig de tijd te nemen, dan komen er toch groene gems in het bord. Bij elke gem die ze legt heeft ze wel een idee wat ze kan doen. Welke actie ze kan ondernemen, welke taak ze aan iemand kan delegeren, waarvoor ze hulp kan vragen, hoe belangrijk het éigenlijk is op dit moment. Na het noemen van alle mogelijkheden wordt er even aandacht besteed aan de vraag wat er tot nu toe in de weg stond om deze mogelijkheden te benutten of te bedenken. En wat ze nodig heeft om hiermee aan de slag te gaan. Ook daar komen meerdere ideeën en acties uit naar voren.