Gebruiker:Melissa Closset/Kladblok
Tramstatie Ichtegem[bewerken | brontekst bewerken]
Tramstatie (West Vlaams voor tramstation) is de benaming voor de plaats waar de stoomtram en later de spoorauto tussen 1910 en 1952 halte hield op het kruispunt van de Ringlaan en de Moerdijkstraat te Ichtegem.
Tramlijn Brugge - Leke[bewerken | brontekst bewerken]
In 1910 werd de tramlijn Brugge - Leke in het leven geroepen. Op 10 maart 1910 deed de stoomtram voor het eerst het traject van Brugge naar Leke, dit was goed voor 31.38 kilometer en het was een rit die 1 uur en 45 minuten duurde. Pas 10 dagen later werd de officiële inhuldiging gedaan. Dit traject werd 5 keer op een dag gedaan vanuit Brugge en 5 keer vanuit Leke. Door het vele oorlogsgeweld werd de dienstregeling tijdelijk onderbroken tussen 12 oktober 1914 en 6 december 1918.
Tramstatie[bewerken | brontekst bewerken]
De tramstatie die zich bevond op het kruispunt van de Moerdijkstraat en de Ringlaan werd gekenmerkt door 2 gietijzeren palen waarop de volgende vermeldingen stonden: "Ichteghem - arrêt du tram" en "Defense de circuler sur la voie".
Van stoomtram naar spoorauto[bewerken | brontekst bewerken]
Het waren vooral de Duitsers die zeer veel gebruik maakten van deze tram. De eerste stoomtram werd met kolen gestookt. 22 jaar laten nadat de stoomtram voor de eerste keer het traject deed, werd de stoomtram vervangen door de "spoorauto of motortram" met als doel reizigersvervoer. Deze spoorauto werd gedoopt met de naam "kamieltje". Door deze vervanging werd er veel minder hinderlijke rook uitgestoten en kon het traject in plaats van 5 keer per vertrekplaats, 7 keer per dag doorgaan. Dit kwam doordat de spoorauto tot 65 km per uur kon rijden. Bij de intrede van "kamieltje" gingen terug veel meer reizigers gebruik maken van de tram. Daardoor werd de stoomtram enkel nog gebruikt voor goederenvervoer. Tijdens de tweede wereldoorlog lag het tramverkeer gedurende 63 dagen stil. De stoomtram nam terug de plaats in van de spoorauto, dit met als reden om te besparen op stookolie.
Luchtaanval[bewerken | brontekst bewerken]
De tram werd op 12 februari 1943 het doelwit van een luchtaanval ter hoogte van Zedelgem. Men gaat er vanuit dat de Engelse piloot vermoedde dat de tram munitie vervoerde. Bij deze luchtaanval overleden 2 mensen ter plaatse en nog een aantal in het ziekenhuis. Onder andere was 1 van de dodelijke slachtoffers de 36 jarige Ichtegemse Godelieve Dupon. De heer Beuselinck liet samen met zijn dochtertje Francine ook het leven in deze aanval. Leon Deduytsche die stoker was van de tram en op het moment van de luchtaanval ook aanwezig was, had uit de rijdende tram gesprongen en werd daarbij geraakt door een kogel in de dij.
Afschaffing tram[bewerken | brontekst bewerken]
De stoomtram viel weg van 1949, maar "kamieltje" werd nog steeds gebruikt voor reizigersvervoer en spoorautotractoren namen de plaats in om goederenvervoer te verzekeren. Er was heel wat concurrentie voor de tram door het bus -en vrachtwagenvervoer. In 1952 werd uiteindelijk de beslissing gemaakt om alle trams af te schaffen. In datzelfde jaar werden ook de sporen weggedaan. In de plaats werd er voor reizigersvervoer beroep gedaan op autobussen.
Het liedje van de tram[bewerken | brontekst bewerken]
De zedelgemse rijkswachter Arseen Verleye maakt ter ere van de tram een muziektekst op de melodieën van "Funiculi Funicula".
Herinnering aan de tram[bewerken | brontekst bewerken]
Op de plaats waar de tramstatie zich vroeger bevond, staat er nu een monument ter herinnering aan de tram. Daarnaast staat er ook nog een herinnering aan de halte.
