Gebruiker:Motivatiebehoeften/kladblok
Motivatiebehoeften
Het begrip motivatie wordt door Van Dale beschreven als: beweegreden, drijfveer. Het onderzoek naar motivatie, richtte zich op de vraag wat de basis van motivatie vormt. Wat zit er achter een beweegreden of drijfveer? Wat vormt de bron? In 1994 is Herman Beuker van de school voor praktische menskunde een onderzoek begonnen naar wat mensen motiveert en demotiveert. Het uitgangspunt was dat de verschillen in motivatiekenmerken ofwel drijfveren tussen de mens en zijn (werk)omgeving invloed hebben op de hoeveelheid energie die dagelijks wordt geïnvesteerd in de samenwerking en op het welbevinden in de werksituatie. In 2005 kwam de doorbraak met de ontdekking dat behoeften
van mensen de basis vormen van motivatie.
De oorsprong van de begrippen
In 1991 heeft Rodger Bailey (NLP) deze beschreven als denkpatronen. Zijn metaprogramma’s, zo stelde hij, zijn typeringen van het gedrag dat ontstaat uit bepaalde overtuigingen en waarden
van mensen. Het zijn met namen de overtuigingen, die aanleiding gaven om met het onderzoek vanaf het begin een andere richting uit te gaan.
Het onderzoek wat voor de motivatiebehoeften is gedaan heeft een ander mensbeeld, namelijk dat bepaald gedrag, wijze van reageren en de wijze van communiceren beïnvloed wordt door de mate waarin een bepaalde behoefte bij een mens aanwezig is. De behoefte is niet zichtbaar, het gedrag wat hieruit voortkomt, de manier van reageren en de wijze van communiceren zijn met deze kennis wel zichtbaar en daarmee herkenbaar. Tegengestelde behoeften kunnen tussen mensen door onbekendheid voor terughoudendheid, miscommunicatie en demotivatie zorgen. Dit kan tussen personen en personen en een werksituatie.
De gehanteerde begrippen lieten in eerste instantie alleen ruimte voor of het één, of het ander, bijvoorbeeld intern- of extern gemotiveerd. Bij de onderzoekgroep bleek dit in een deel van de gevallen niet van toepassing te zijn. Dat deel reageerde wisselend op situaties en was dus bijvoorbeeld in de ene situatie mee intern gemotiveerd en in de andere meer extern gemotiveerd. De desbetreffende mensen zijn dus beide. Alle onderzoekpersonen waren, ook al was dit soms in zeer beperkte mate, gericht op beide kenmerken van een onderdeel. Het is de mate waarin een behoefte bij een persoon aanwezig is, die het verschil tussen mensen duidelijk maakt. Bijvoorbeeld duidelijk relatiegericht versus duidelijk productgericht.
De opzet achter de motivatiebehoeften is de herkenning. Kijken en luisteren naar mensen met de kennis van het onderzoek, geeft de herkenning die de behoefte bevestigen. Zo hebben relatiegerichte mensen, de term omschrijft het al, behoefte aan contact met anderen en meer productgerichte mensen hebben meer behoefte om met ‘iets’ bezig te zijn. Een moeter reageert met: als het moet dan moet het, de willer met: ik moet niets.
De wijze van onderzoeken
Vragen vormden het grootste deel van het onderzoek. Een norm hierbij was de invalshoek dat bijvoorbeeld bij het kenmerk moeter of willer uit werd gegaan van de mate waarin iemand zichzelf opdrachten gaf of niet. Gebeurde dit veelvuldig dan viel deze onder de categorie moeters. Gaf iemand zichzelf weinig opdrachten, dan viel deze onder de categorie willers. Was het niet duidelijk of wisselend, dan viel deze onder de categorie beide. De stelling: mensen geven zichzelf in meer of mindere mate opdrachten en dit is van invloed op hun reacties, gedrag en communicatie, werd vervolgens als één van de vragen onderzocht.
De individuele behoeften
- De behoefte om met iets bezig kunnen zijn = productgericht
- De behoefte aan persoonlijk contact met andere mensen = relatiegericht
- De behoefte aan steeds nieuwe situaties = benaderend
- Behoefte aan zekerheid = vermijdend
- De behoefte om het te laten kloppen = gericht op verschillen
- De behoefte aan overzicht = gericht op overeenkomsten
- De behoefte om iets samen te doen = team player
- De behoefte om iets alleen te doen = solist
- De behoefte om resultaten te kunnen halen = intern gemotiveerd
- De behoefte aan sfeer en persoonlijke aandacht = extern gemotiveerd
- De behoefte aan een eigen keuze = willer
- De behoefte aan duidelijkheid = moeter
Productgericht tegenover relatiegericht. Intern gemotiveerd staat tegenover extern gemotiveerd, enz. Tegenstellingen die je bij iedereen terugvindt.
[1] http://www.motivatiegids.nl
Bronnen, noten en/of referenties
|