Gebruiker:Nobelse/Kladblok

Uit Wikipedia, de vrije encyclopedie

Louis Emile Emmanuel Gilliéron[bewerken | brontekst bewerken]

Louis Emile Emmanuel Gilliéron (Villeneuve,1850-1924) , ook bekend als Emile Gilliéron vader, was een Zwitserse kunstenaar die bekendheid genoot als de eerst aanwezige tekenaar bij de archeologische vondsen in Griekenland rond eeuwwisseling. Hierdoor kon hij de kleuren vastleggen vooraleer deze veranderden door de inwerking van licht. Hij werd ook ingezet als restaurateur van fresco's in Knossos. De vondsten aldaar waren zo bekend dat hij een susscesvollen handel kon opzetten in reproduties van gevonden objecten,die hij verkocht over heel de wereld.

Hij werd gevormd in Basel, Munchen en Parijs.

In 1884 trouwde hij met Joséphine Zoechi (1866-1918)[1] en in 1885 wordt hun zoon Edouard Emile Giliéron (1885-1939), later bekend als Emile Gilliéron zoon.

In 1877 vestigde hij zich in Athene en werd al snel erkend als een onderlegd archeologisch tekenaar, vooral door het Duits Archeologisch Instituut (D.A.I.).

Hij werkte samen met Heinrich Schliemann.

Zijn faam werd definitief gevestigd als hij op de Parijse wereldtentoonstelling van 1889 zijn waterverftekeningen van de vondsten van de Akropolis toonde in het Griekse paviljoen.

Zijn grootste bekendheid verwierf hij toen Arthur John Evans hem in de lente van 1900 vroeg om naar Knossos in Kreta te komen . De samenwerking met Evans zou dertig jaar duren en zich verderzetten tijdens de carrière van zijn zoon. Hij verzorgde de illustraties van de vier volumes van het boek van Evans The Palace of Minos at Knossos dat wer uitgegeven tusen 1921 en 1936

Rond 1909-10 begon vader Guilliéron zijn zaak over te dragen naar zijn zoon die van zijn firma 'Gilliéron et fils" een bloeiende onderneming maakte.

Tekeningen:

  • de Ninnion tablet


Gerestaureerde fresco's zijn controversieel:[2]


Dit zou kunnen dienen voor een WP over hoogsel als schilderstechniek[bewerken | brontekst bewerken]

Aanbrengen van lichtaccenten met witte stipjes in de bovenste pigmentlaag.

Te gebruiken voor de helderste lichtweerspiegelingen die van een voorwerp afkomen (encyclo.nl)

Heel kenmerkend voor Bosch is het als een eindbewerking aanbrengen van hoogsels door middel van een dikkere toets of impasto van dekkend loodwit. Die hoogsels zijn vaak gevormd als witte stippellijntjes of arceringen die de belichting en vorm van de afgebeelde objecten en figuren accentueren. De witte hoogsels maken een nog opvallender deel uit van de in grijstinten geschilderde panelen, de grisailles.

Baldung had een opmerkelijke interesse in heksen en oude lelijke vrouwen, waaronder een aantal fraaie tekeningen met witte hoogsels. Meestal gaat het hier om satirisch moraliserende voorstellingen met de hekeling van seksuele activiteiten van oude onvruchtbare vrouwen.


Dit zou kunnen dienen voor een WP over Hendrik van Maeren[bewerken | brontekst bewerken]

Hendrik van Maeren (gest. 1534) (ook Hinrich of Heyndrick van Maren) was een voormalig katholiek priester die een geweldadige dood kende na zijn overgang naar de wederdopers in de zomer van 1533 een actief prediker van de werd in Warendorf (Westfalen, Duitsland).

Levensloop[bewerken | brontekst bewerken]

In de zomer van 1533 werd hij een actief prediker voor de Sacramentariërs. Op 5 januari 1534 voegde hij zich bij de wederdopers in Münster (Rothmann, Rol, Stapraet e.a.). In oktober 1534 was hij een van de zendelingen die uitgezonden werden om de wereld te bekeren. Echter, enkele dagen na zijn vertrek uit Münster werd hij gearresteerd in Soest, Westfalen, en daar op 23 oktober onthoofd, samen met Dusentschuer, Slachtscaep en vijf anderen.

Bibliografie

Mellink, Albert F. De Wederdopers in de noordelijke Nederlanden 1531-1544. Groningen: J.B. Wolters, 1954: 22, 26-28, 48 f., 85.

Dit zou kunnen dienen voor een WP over het Uhrovska manuscript[bewerken | brontekst bewerken]

Het Uhrovska manuscript is een verzameling van ongeveer 350 liederen genoteerd in eenrregelige vioolmelodieën uit de jaren 1730. Het is vernoemd naar een Slowaakse stad en werd pas halverwege de 20e eeuw herontdekt.

Het bevat verschillende dansstukken voor viool. Deze verzameling melodieën zou nuttig zijn geweest voor de band-leiders in Hongarije, Slowakije en elders. Debatten over het auteurschap van of de invloed van de Roma op deze muziekstukken illustreren de historiografische uitdaging om de creativiteit van de Roma los te koppelen van populaire ideeën over "zigeuners". De oorsprong ligt is vermoedelijk te vinden in centraal Europa.[3]

Het Ensemble Caprice onder leiding van Matthias Maute suggereert een verbinding van deze Roma-muziek met werken van Bach, Telemann en Vivaldi. Er zijn echter weinig bewijzen dat deze 'Westerse' componisten dit soort muziek kenden.[4] Enkel Telemann vermeld.

  • Telemann and the Baroque Gypsies, Ensemble Caprice, directed by Matthias Maute, Analekta Records, 2009.
  • Ook les musiciens de saint-Julien brengen een interpretatie hiervan in hun albun "Beauté Barbare" van 17 maart 2023
  • Uhrovska zbierka tancov z roku 1742 (Uhrovska Collection of Dances from 1742), Critical Edition prepared by Maria Jana Terrayova (Martin: Matica Slovenska, 1990).
  1. Archäologisches Museum Robertinum (2021), Die Aquarellkopien antiker Wand- und Marmorbilder im Archäologischen Museum von Émile Gilliéron u.a: hrsg. von Stephan Lehmann ; Archäologisches Museum der Martin-Luther-Universität Halle-Wittenberg. Sandstein Verlag, Dresden. ISBN 978-3-95498-618-7.
  2. (en) Restoration of Minoan paintings: Imitation or reproduction?. RSC Education. Geraadpleegd op 9 februari 2024.
  3. Echoes of Roma in the Reception of the Uhrovska Manuscript - RomArchive. www.romarchive.eu. Geraadpleegd op 28 december 2023.
  4. (en) The New York Times - Search. www.nytimes.com. Geraadpleegd op 28 december 2023.