Gebruiker:Wvdbroek/Kladblok

Uit Wikipedia, de vrije encyclopedie

Trapasversnellingsbak

In 1878, de tijd van de Hoge Bi, was er al de Crypto-as. Dit planetair stelsel had twee standen en was natuurlijk zowel een naaf- als trapas-versnelling.

Met de komst van de Safety, begonnen meer fabrikanten versnellingssystemen te ontwikkelen, zowel voor de achternaaf als voor de trapas.

Versnellingen gemonteerd in de trapas van een fiets
trapasversnellingsbak

Veel ontwerpen zijn nooit echt in productie genomen; begin twintigste eeuw was de 2-bak van Sunbeam in Engeland succesvol. In Frankrijk was er een 3-bak met een schuivend tandwielblok (zie tekening); deze is zelfs 25 jaar in productie geweest, en werd pas eind jaren '20 verdrongen door de veel goedkopere derailleurs.

Kenmerkend voor alle trapasversnellingsbakken, is dat kettingwiel sneller of langzamer kan draaien dan de trapas.

Mutaped 3-bak uit 1935.
Mutaped trapasversnellingsbak (3) uit 1937

Kijk naar de middelste figuur van de tekening; het grote tandwiel links, zit vast aan het kettingwiel. Er is een de hulp-as, parallel aan de trapas. Het kleine tandwiel links op de hulp-as is hier altijd in contact met het grote tandwiel.   Er is schuifbaar tandwielblok op de trapas; in de middelste figuur zijn de middelste tandwielen met elkaar in contact. De aandrijfkrachten gaan via de trapas naar de hulp-as, en drijven via het kleine en grote tandwiel links, het kettingwiel aan. Het kettingwiel draait dus langzamer dan de trapas: een lichtere versnelling (feitelijk een vertraging). Het grote tandwiel links heeft ook aan de binnenkant een vertanding; als we het tandwielblok erin drukken, neemt de trapas het kettingwiel mee: de zware versnelling. Gaat het tandwielblok helemaal naar rechts, dan draait de hulp-as nog langzamer en zijn we in de lichtste versnelling. Het schakelen dient met beleid te gebeuren, want de tanden moeten in elkaar schuiven!

    Verschillende Duitse fabrikanten hadden voor de oorlog ook een trapas versnelling:  Bismarck, Wanderer en Brennabor waren 2-bakken, Adler een 3-bak en Rappa een 4-bak.

De Leeuwarder fietsenfabriek Phoenix heeft van eind jaren dertig tot circa '56 een echte 3-versnellingsbak (geen planetair stelsel) de Mutaped (Zwitsers) ingebouwd. Hiervoor was 'n speciaal groot bracket nodig, zie foto. 

De Vilex-B.U.E.C. was een fraai Frans ontwerp uit 1949.  Het was een 5-bak met vaste aandrijving en rem en freewheel in het bracket. Werkende exemplaren zijn zeldzaam.


Afgelopen jaren zijn veel nieuwe bakken op de markt gekomen. Omdat er een speciaal frame voor gemaakt moet worden, is de combinatie met de Ebike en een motor bij de trapas aantrekkelijk.

Pinion 18 versnellingen.
Veel tandwielen in een Pinion versnellingsbak

Het Duitse merk Pinion heeft zelfs een 18-versnellingsbak in de aanbieding