Gebruiker:Zenbdg/Kladblok

Uit Wikipedia, de vrije encyclopedie

Plantage San Juan is een voormalige plantage in het westelijke deel van Curaçao en één van de oudste op het eiland. Het landhuis ligt op een heuvel en op een rechthoekig perceel met een oprijlaan.[1] Het was een provisieplantage die meerdere gewassen teelde.[2] Het is sinds de negentiende eeuw in bezit van de familie Schotborgh.[3]

Geschiedenis[bewerken | brontekst bewerken]

Het gebied rondom de plantage was vóór de komst van Europeanen al bewoond door de inheemse Caquetío.[3][4] In 1634 werd hier door Spanje de overgave getekend, waarna Curaçao officieel in Nederlandse handen was.

De plantage is vóór 1662 gesticht door vicedirecteur van de WIC, Matthias Beck.[3] Hij stichtte naast San Juan ook de plantages Savonet, Klein Sint Joris en Santa Barbara.[5] San Juan, destijds in het Nederlands nog Sint-Jan, werd in zestien percelen opgedeeld door Beck. Deze percelen werden verkocht aan Paulus en George Timmermans. Paulus' weduwe, die na zijn dood twee-derde van San Juan in bezit had, verkocht haar deel in 1688 weer aan haar broer, Apero van der Hoeven, voormalig gouverneur van de Nederlandse Antillen en destijds commissaris van de slavenhandel op het eiland. Zijn weduwe, Judith van Vielkens, verkocht dit twee-derde deel op haar beurt in 1712, samen met de eigenaren van het andere deel, Jan van den Burgh en Samuel Timmermans. De koper, Elias Parera, was echter slechts een tussenpersoon die voor Judith werkte. Met deze ver- en aankoop was San Juan nu van één eigenaar.[1] In totaal is Juan tussen 1688 en 1830 maar liefst acht keer van eigenaar gewisseld.[4] Het is vanaf minstens 1860 in bezit van de familie Schotborgh.[6]

De plantage[bewerken | brontekst bewerken]

Plantage San Juan telde in 1820 in totaal 116 tot slaaf gemaakten. Dit groeide enkele jaren door tot 124 in 1828, waarna het verminderde naar uiteindelijk 82 in 1863. 53 hiervan waren man, 29 vrouw. Veertig van het gehele aantal tot slaaf gemaakten was minderjarig in 1863.[7] Eén van de grootste slavenbegraafplaatsen ("Afrika" genaamd) van Curaçao bevindt zich vermoedelijk op San Juan, maar het is onduidelijk waar dit precies zou zijn.[2][5]

Door het droge klimaat van het eiland waren grote gedeeltes van veel plantages niet bruikbaar voor landbouw. Zo ook op San Juan: maar drie procent van de grond werd gebruikt om gewassen te verbouwen. Meestal werd de helft van het land braak gelegd terwijl de andere helft verbouwd werd.[4] In 1695 werd gerapporteerd dat sorghum, katoen, suiker, tabak en indigo werden verbouwd op San Juan. De tabak was van goede kwaliteit, het katoen beduidend minder. Rond 1835 werden zoutpannen aangelegd, maar deze werden al snel opgegeven vanwege de slechte opbrengst.[4]

De plantage bezat maar vier paarden in 1842, maar wel ongeveer vierhonderd schapen en tweehonderd geiten. De veestapel van San Juan was relatief groot vergeleken met andere plantages uit hetzelfde district.[7]

Meerdere van de zestien percelen zijn volgens een schetskaart uit 1724 later opgelost in tuinen.[1] Hoe lang dit zo is gebleven is onduidelijk. Een lijst van plantages en tuinen in 1842 vermeldt dat het tweede district van de westdivisie, waar San Juan toe behoorde, officieel geen tuinen meer had. Enkele die de districtsmeester heeft genoemd zijn in deze lijst al verenigd met Engelenberg (Cas Abou).[7]

Tegenwoordig is San Juan de enige van de vier oudste plantages die nog in particulier bezit is. Doordat het al lange tijd in familiebezit is en het een onverdeelde boedel betreft, is San Juan één van de meest authentieke plantages van Curaçao. Omdat het is aangewezen als conserveringsgebied, zijn moderne ontwikkelingen op het grondgebied niet mogelijk.[2]

  1. a b c Van Grol, G.J. (1934-1947), De grondpolitiek in het West-Indische domein der Generaliteit: een historische studie. Algemeene Landsdrukkerij, 131-132, 227-228. ISBN 9789060334515.
  2. a b c D. Koren, Slavernijverleden werpt schaduw vooruit. Werelderfgoedstatus voor Plantagesysteem West-Curaçao? (31-08-2020). Geraadpleegd op 17-12-2022.
  3. a b c (en) V. Mom; S. Vautier, CACTUS, a Document Management System to Support the Archaeological and Historical Research of San Juan, a Plantation on Curaçao (2008). Geraadpleegd op 17-12-2022.
  4. a b c d (en) Debrot, Adolphe Oscar, Cultural ties to the land in an arid plantation setting in Curacao. Carmabi Foundation (November 2009).
  5. a b Koren, David (2020). Een eeuwenlange strijd tegen droogte en teloorgang. Tijdschrift voor Historische Geografie 2: 135, 142
  6. Almanak voor de Nederlandsche West-Indische bezittingen, en de kust van Guinea. Jaargang 1860. Gebroeders Cleef (1860). Geraadpleegd op 5 januari 2024.
  7. a b c Renkema, Willem Egbert (1981), Het Curaçaose plantagebedrijf in de negentiende eeuw, Dissertatie. De Walburg Pers, 328-331, 346.