Naar inhoud springen

Vuurwerk

Uit Wikipedia, de vrije encyclopedie
Dit is een oude versie van deze pagina, bewerkt door Gamekeeper (overleg | bijdragen) op 8 okt 2003 om 21:49.
Deze versie kan sterk verschillen van de huidige versie van deze pagina.

Vuurwerk bestaat uit ontplofbare of brandbare mengsels, die bij verbranding licht en/of geluid veroorzaken. Ze worden afgestoken om esthetische redenen (lustvuurwerk), in het bijzonder bij feesten zoals Oudjaar, of voor specifieke doelen (ernstvuurwerk).

Vuurwerk is waarschijnlijk ontdekt door de Bengalen (het woord 'Bengaals vuurwerk' verwijst nog naar het land Bangladesh), maar werd pas op grote schaal gebruikt door de Chinezen, aan het begin van onze jaartelling. Zij gebruikten het bij religieuze gebeurtenissen om boze geesten te verdrijven.

Militairen gebruiken vuurwerk ook wel eens voor verlichting van terreinen of het geven van signalen. De Chinezen beschikten zeker vanaf de vroege 13e eeuw over buskruit, het belangrijkste bestanddeel van vuurwerk. Vlak nadat de Chinezen het buskruit hadden ontdekt, deden ze er al proeven mee. Uit de proeven kwamen verschillende soorten vuurwerk voort. Vuurwerk vond na de ontdekking snel zijn weg naar Europa.

gevarenklasse

Het meeste vuurwerk komt uit China. Daar vindt ook de classificatie naar gevarenklasse plaats. De classificatie vindt plaats op grond van internationale regelgeving. Vuurwerk is naar aard en werking onderverdeeld in vier subklassen. Subklasse 1.1 is het zwaarste vuurwerk, subklasse 1.4 het lichtste. De vier subklassen zijn:

  • Subklasse 1.1: Gevaar voor massa-explosie.
  • Subklasse 1.2: Gevaar voor scherfwerking. Er bestaat geen risico voor massa-explosie.
  • Subklasse 1.3:
    • Gevaar voor brand, maar weinig gevaar voor scherfwerking.
    • Gevaar voor brand en scherfvorming, maar geen gevaar voor massa-explosie.
  • Subklasse 1.4: Gering gevaar voor ontploffing. De gevolgen blijven hoofdzakelijk beperkt tot de verpakking.

Volgens de Nederlandse regels moet consumentenvuurwerk altijd zodanig zijn verpakt dat het kan worden ingedeeld in de subklasse 1.4. Daarnaast blijven voor consumentenvuurwerk de bestaande regels van kracht, waarbij beperkingen zijn gesteld aan de hoeveelheden en soorten werkzame stof.

literatuur

  • LENSELINK, J. Vuurwerk door de eeuwen heen. 78pp, Amsterdam, 1991.
  • RAMLA, B. J.. Vuurwerk!. 88pp, Zutphen, 1995. ISBN: 90-5658-007-8

Bron

Een deel van deze tekst of een eerdere versie daarvan is overgenomen van de website van het Ministerie van VROM.